Nederland-Israël: Palestina buiten spel?

Civis Mundi Digitaal #2

door Paul de Waart

Nederland-Israël: Palestina[1] buiten spel?

Paul de Waart[*]

Oorsprong van het Israëlisch-Palestijnse conflict

De openingszin van het eerste hoofdstuk van een recente studie over internationaal recht en de oorsprong van het Arabisch-Israëlische conflict wint er geen doekjes om:[2]

If there were three words which could explain the success which lay behind the creation of Israel and the conquest of Palestine in 1948 they would be anti-Semitism, colonialism and Zionism. Not only do these words end with the same suffix, but they all contributed directly to the decision of Britain to support Jewish colonization in Palestine.

Het boek van de Palestijnse wetenschapper Victor Kattan onderscheidt zich van de vele andere wetenschappelijk studies over het conflict door de weerlegging van de gangbare opvatting dat het Israëlisch-Arabische conflict onvermijdelijk was en door te benadrukken dat niet alleen Arabieren maar ook joden de slachtoffers zijn van het Europese wangedrag in het Midden-Oosten. De rode draad in het boek is de stelling dat joden, moslims en anderen meer dan duizend jaar in betrekkelijke harmonie hebben samengeleefd. Bovendien laat het er geen misverstand over bestaan dat internationaal recht de bron is van het Arabisch-Israëlisch conflict maar dat het ook onmisbaar is voor de vreedzame regeling ervan.[3] Kattans diepgaande analyse ondersteunt de stelling van Couwenberg in het eerste digitale nummer van Civis Mundi dat het Israëlisch-Palestijns conflict het sluitstuk is van het Europese dekolonisatiedrama.[4] Onder de tussenkop ‘Uitzichtloze dekolonisatieproblematiek’ memoreert Couwenberg dat Civis Mundi herhaaldelijk aandacht heeft gevraagd voor het feit dat de heersende opinie in Nederland wegkijkt van de pijnlijke realiteit dat er in Palestina sprake is van een onrechtmatige Israëlische bezetting, die ontaard is in kolonialisme en apartheid. Het aantreden van het kabinet Rutten-Verhagen met gedoogsteun van Wilders sinds het verschijnen van Civis Mundi in digitale vorm dreigt die situatie nog schrijnender te maken.

Herwaardering Israëlische bezetting

Couwenberg vreest dat de Israëlische bezetting trekken is gaan vertonen van wat ook, en wellicht juist, vanuit Nederland in Zuid Afrika fel is bestreden als apartheid. Die vrees wordt gedeeld door de toenmalige speciale VN rapporteur over de mensenrechtensituatie in bezet Palestijns gebied, John Dugard. Hij bepleit een adviesaanvrage van de VN aan het Internationaal Gerechtshof over de juridische gevolgen van de voortzetting van het Israëlische bezettingsregime in Palestina.[5] Het advies van dit hof zou in het bijzonder antwoord moeten geven op de vraag of en in hoeverre dat regime de kenmerken is gaan vertonen van kolonialisme en apartheid.[6]

Naar aanleiding van Dugards pleidooi heeft de Human Sciences Research Council (HSRC) in Kaapstad in mei 2009 een uitvoerig rapport uitgebracht onder over Occupation, Colonialism, Apartheid? A re-assessment of Israel’s practices in the occupied Palestinian territories under international law.[7] De conclusie is dat er alle aanleiding is voor een adviesaanvraag over de juridische gevolgen van kolonialisme en apartheid in bezet Palestijns gebied.[8] In de context van het verbod van apartheid stelt het HSRC onder meer de inperking op de vrijheid van meningsuiting door de Israëlische bezetter in Palestina aan de kaak.

Juist dit jaar hebben ruim 250 Zuid-Afrikaanse academici in binnen- en buitenland de University of Johannesburg (UJ) opgeroepen om de samenwerking met de Ben Gurion University of the Negev (BGU) op te schorten totdat, ‘at minimum, the state of Israel adheres to international law and BGU, (...) openly declares itself against the occupation and withdraws all privileges for the soldiers who enforce it.’[9] De samenwerking dateert nog uit de tijd van de apartheid in Zuid-Afrika. De lijst van onderzoekers en adviseurs vermeldt naast Victor Kattan en John Dugard ook Israëlische juristen uit Jeruzalem en Tel Aviv, onder wie Daphna Golan, directeur van het Centrum voor Mensenrechten van de juridische faculteit van de Hebrew University of Jerusalem (HUJ).[10]

Academische boycot

Nederland en Israël onderhouden goede culturele betrekkingen op basis van een culturele overeenkomst uit 1975. Met Palestina - de Palestijnse Gebieden[11] - is de culturele relatie echter nog maar bescheiden. [12] Anders dan bij het toenmalige apartheidssysteem in Zuid Afrika[13], heeft de Algemene Vergadering van de VN staten nog niet opgeroepen tot een boycot van Israëlische universiteiten en culturele instellingen. Nederland steunde destijds de VN oproep tot een boycot van Zuid-Afrikaanse universiteiten en culturele instellingen omdat zij in lijn was met al ondernomen beleidsmaatregelen tegen Zuid Afrika, zoals het opzeggen van het cultureel akkoord en het instellen van een visumplicht.[14]

De oproep van Palestijnse wetenschappers en andere intellectuelen aan buitenlandse collega’s om Israëlische universiteiten en culturele instellingen te boycotten dateert van augustus 2002. Hij vloeide voort uit de frustratie in de Palestijnse civil society over de onmacht van de VN en de onwil van individuele lidstaten, in het bijzonder Rusland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, om na het uitbreken van de tweede intifada in 2000 een halt toe te roepen aan het harde optreden van de regering Sharon tegen Palestijnen in bezet gebied met volstrekte minachting voor internationaal recht. De oproep vond, behoudens enkele uitzonderingen, weinig spectaculaire weerklank tot 29 september 2010. De UJ besloot toen gehoor te geven aan bovengenoemde breed ondersteunde petitie en voorwaarden te verbinden aan de voortzetting van de samenwerking met de BGU. Bij niet vervulling daarvan binnen zes maanden zou de samenwerking worden beëindigd.[15]

Israëls ontzet door Leiden

De Universiteit Leiden (UL) organiseert jaarlijks Cleveringa bijeenkomsten in binnen- en buitenland om de herinnering levend te houden aan de beroemde protestrede van prof. Rudolf Pabus Cleveringa op 26 november 1940 aan de UL tegen het ontslag door de Duitse bezetter van joodse hoogleraren in Nederland, onder wie zijn collega E.M. Meijers. Net als met de Cleveringa-leerstoel en de Cleveringa-oratie wil de UL met deze bijeenkomsten invulling geven aan haar motto ‘Libertatis praesidum’ (Bolwerk van de vrijheid).

De Cleveringa bijeenkomsten in binnen- en buitenland worden ieder jaar door het Leids Universiteits Fonds (LUF) georganiseerd op of rond 26 november. Alumni van de UL en een Leidse wetenschapper debatteren dan over de vrijheid van meningsuiting, mede ter invulling van bovengenoemd motto. In het overzicht van buitenlandse Cleveringa bijeenkomsten in het lustrumjaar 2010 - het UL vierde in februari haar 435ste verjaardag - komt voor het eerst Israël voor.[16] De aankondiging vermeldt de lezing van prof. Dr. W. Otterspeer die hij op 25 november jl. gehouden heeft aan de Hebrew University of Jerusalem over ‘Professor Cleveringa tussen mythe en voorbeeld’. Zij geeft daarbij als toelichting dat prof. Otterspeer niet alleen aandacht zal schenken aan de historische achtergrond van deze Cleveringa bijeenkomst ‘maar ook aan de hedendaagse ontwikkelingen in de vrijheid van meningsuiting, de universitaire vrijheid en de opkomende ontwikkelingen van een academische boycot van Israëlische universiteiten en wetenschappers.’[17]

Oud -ambassadeur Jan Wijenberg, die zich sinds jaar en dag inzet voor de Palestijnse zaak[18], heeft bij de rector magnificus van de UL geprotesteerd tegen de Cleveringa bijeenkomst in Israël. Wijenberg voert onder meer als argument aan dat de lezing plaats vindt in de context van een toenemend aantal inbreuken op de academische vrijheid in Israël. Juist dit jaar heeft de HUJ de voorzitter van het VN-onderzoek, Richard Goldstone, ontheven van zijn functie als honorair bestuurder op verzoek van een advocaat uit Jeruzalem, David Schonberg. Hoewel deze blij is met het resultaat, vindt hij gebrek aan inzet als ontslaggrond een bedenkelijk verzinsel.[19] ‘Een Ander Joods Geluid’ (EAJG) steunt het standpunt van Wijenberg, dat overigens door de UL is verworpen. [20]

Over de wenselijkheid en het nut van een academische boycot verschillen de meningen, ook in Palestina. Voorstanders van positieve prikkels voor academische vrijheid en vrijheid van meningsuiting in Israël en Palestina door universitaire samenwerking moeten vooral sinds de Israëlische militaire actie Cast Lead tegen Gaza en het voortduren van de bouw van joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem in strijd met internationaal recht steeds meer op eieren lopen.[21] De UL hoeft zich dat niet te laten welgevallen. Zij is het echter aan haar status van bolwerk voor vrijheid verplicht om te voorkomen dat zij met haar beslissing partij kiest voor Israël ten koste van Palestina. Het Leids ontzet van Israël mag geen steunbetuiging worden aan het regeerakkoord van het huidige kabinet.

Regeerakkoord

Het valt op dat het regeerakkoord met als motto vrijheid en - niet in - verantwoordelijkheid in het hoofdstuk Buitenland geen andere staten dan Israël met name noemt: [22]

Nederland wil verder investeren in de band met de staat Israël. Nederland blijft daarbij voorstander van een alomvattend vredesakkoord tussen Israël en de Palestijnen. Een twee-staten-oplossing, met als uitgangspunt de grenzen van 1967, vormt hierbij het uitgangspunt. Nederland blijft in de bevordering hiervan bilateraal en multilateraal een actieve rol spelen.

Het NRC Handelsblad ziet daarin een overwinning van de Partij voor de Vrijheid (PVV).[23] Deze partij kiest in haar buitenlandbeleid voor Nederland en dus niet voor de internationale gemeenschap, de VN. Dat beleid stelt -daarom (?) - onomwonden:[24]

Israël is een weergaloos succes. Geboren in het donkerste moment van de twintigste eeuw en uitgegroeid tot een centrum van technologische vooruitgang. Israël is de enige democratie in het Midden-Oosten, de thuisbasis van het Joodse volk na tweeduizend jaar ballingschap en het land dat als geen ander de klappen van de jihad opvangt. Israël vecht voor ons. Als Jeruzalem valt, dan zijn Athene en Rome aan de beurt. Daarom is Israël het centrale front in de verdediging van het Westen.

Daarom moeten we alles op alles zetten om het offensief van de linksen en de mohammedanen om Israël te vernietigen te stoppen. Nederland en de EU dienen onmiddellijk op te houden met eisen dat Israël zichzelf met het doen van territoriale concessies veroordeelt tot onverdedigbare grenzen. Land voor vrede heeft geen zin. Het is geen territoriaal maar een ideologisch conflict, een conflict tussen de rede van het vrije Westen en het barbarisme van de islamitische ideologie.

De paragraaf in het regeerakkoord kan tegen deze onkritische politieke eenzijdigheid alleen bescherming bieden indien hij het internationaal recht in stelling brengt. In dat opzicht is er echter weinig reden tot optimisme. Een twee-statenoplossing wordt namelijk niet ondersteund op grond van volkenrechtelijke aanspraken van het Palestijnse volk op het gebied dat in 1967 door Israël is bezet: de Gaza strook en de Westelijke Jordaanoever, inclusief Oost-Jeruzalem. De grenzen van Israël van voor 1967 zijn slechts het uitgangspunt voor bilaterale onderhandelingen.

In haar schriftelijke verklaring voor het Internationaal Gerechtshof van 30 januari 2004 over het de adviesaanvraag van de Algemene Vergadering van de VN over de bouw van de muur door Israël in bezet Palestijns gebied stelde de toenmalige Nederlandse regering:[25]

The Netherlands believes that the establishment of a Palestinian State, living side by side with Israel in peace and security, must be realised through political dialogue and negotiations. If the Court decides to comply with the General Assembly’s request, there is a real danger that this would undermine the re-launching of such a political dialogue on all aspects of a comprehensive peace settlement.

De Nederlandse conclusie luidde dan ook:[26]

The Netherlands is convinced that the construction of the wall in the Occupied Palestinian Territory, including in and around East Jerusalem, in departure of the Armistice Line of 1949, is in contradiction to relevant provisions of international law. The Netherlands is also convinced that the request for an advisory opinion from the Court will not help the efforts of the two parties to re-launch a political dialogue and is therefore inappropriate. The Netherlands therefore respectfully requests the Court to exercise its discretion to decline to answer the question put to it by the UN General Assembly in this case.

Buiten spel

De PVV schroomt niet om in strijd met het internationaal recht als oplossing voor te stellen dat de Nederlandse regering Jordanië voortaan gewoon Palestina noemt en dat de Nederlandse ambassade moet verhuizen naar de hoofdstad van Israël: Jeruzalem.[27] Het valt te vrezen dat het huidige kabinet, gedoogd als het is door de PVV, het uitgangspunt voor een twee-statenoplossing nog sterker dan voorheen politiek zal inkleuren ten gunste van Israël maar ten koste van internationaal recht. Dat belooft voor Palestina weinig goeds voor de invulling van het voornemen van de regering om te investeren in de band met de staat Israël.

Cleveringa onderstreepte in zijn protestrede dat de juridische faculteit van de UL volgens haar doelstelling gewijd is aan de betrachting van de rechtvaardigheid. Dat moet ook doorklinken in de nu aangegane band met Israël. Investering daarin via Cleveringa-bijeenkomsten moet gepaard gaan met het opkomen voor de rechten van het Palestijnse volk tegen de Israëlische bezetter. De schending van deze rechten mondt anders uit in een bevestiging van Kattans constatering dat[28]

today the reverse of what was promised to Lord Rothschild in 1917 has transpired: instead of there being a Jewish national home in Palestine, as envisaged by the Balfour Declaration and the Mandate, we essentially have a situation where ‘a Palestinian national home’ may be established within a Jewish state.

Indien dat inderdaad het eindpunt mocht worden van de routekaart naar vrede, zijn de voortekenen voor de duurzaamheid en rechtvaardigheid daarvan onheilspellend. Daarop wijst het Israëlische beleidsvoornemen om van nieuwkomers in Israël een loyaliteitsverklaring te eisen voor het joodse karakter van deze staat.[29]

 


[*] Prof. dr. Paul de Waart is emeritus hoogleraar Volkenrecht

 


[1] Tenzij uit de context anders blijkt, staat Palestina in deze bijdrage voor het gebied van het Palestijnse volk, dat Israël in 1967 heeft bezet. Het gaat hier om bezet gebied en niet om betwist gebied, zoals Israël de wereld  nog steeds wil doen geloven. De positie van Palestina als staat is niet de uitkomst van de Oslo Akkoorden maar van het recht op zelfbeschikking van het Palestijnse volk krachtens het Volkenbondmandaat uit 1922 in samenhang met de Verdeelresolutie van Algemene Vergadering van de VN uit 1947. Zie ook het Report of the Independent Fact Finding Committee on Gaza: No Safe Place, Presented to the League of Arab States, 30 April 2009, blz 147, § 606. Zie http://www.arableagueonline.org/las/picture_gallery/reportfullFINAL.pdf, waar het rapport kan worden geraadpleegd.

[2] Victor Kattan, From Coexistence to Conquest - International Law and the Origins of the Arab-Israeli Conflict, 1891-1949, Pluto Press, 2009, blz. 8.

[3] Zie mijn boekbespreking in het Leiden Journal of International Law nr. 4/2010.

[4] Civis Mundi digitaal # 1, september 2010, Thema 8: Israëlisch-Palestijns conflict, een poging tot verheldering.

[5] Zie mijn ‘Israel’s Settlement-Policy Stumbling-Block in the Middle East Peace Process’ in Thomas Skouteris en Annemarieke Vermeer-Kunzli (eds), The Protection of the Individual in International Law - Essays in Honour of John Dugard, Cambridge University Process 2007, blz. 97-111.

[6] Ibid. blz. 108.

[7] Zie http://www.hsrc.ac.za/Media_Release-378.phtml, waar de ruim 300 pagina’s tellende studie kan worden gedownload.

[8] Ibid. blz. 294.

[9] http://www.ujpetition.com/2010/09/south-african-academics-support-call.html.

[10] Ibid. blz. 12.

[11] http://www.minbuza.nl/nl/Reizen_en_Landen/Landenoverzicht/P/Palestijnse_gebieden. Volgens Buitenlandse Zaken vormen de Palestijnse Gebieden nog geen land maar een staat-in-wording.

[12] http://www.minbuza.nl/nl/Reizen_en_Landen/Landenoverzicht/I/Israël: Reizen en Landen: Israël 1. Betrekkingen met Nederland.

[13] AV Resolutie 35/206 E van 16 december 1980 ‘Cultural, Academic and other boycotts of South Africa’, aangenomen met 123 stemmen voor, waaronder Nederland, 8 tegen (waaronder België, Frankrijk, de toenmalige Bondsrepubliek Duitsland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten) en 13 onthoudingen (waaronder de Noordse landen, Griekenland, Ierland en Italië).

[14] Ministerie van Buitenlandse Zaken Verslag Algemene Vergadering van de VN nr. 126, Staatsuitgeverij 1981, blz. 58

[15] http://www.uj.ac.za/EN/Newsroom/News/Pages/UJsetsconditionsforlinkwithIsraeliuniversity.aspx. De BGU heeft het verstrijken van die termijn niet afgewacht en zelf het partnerschap gestopt.

[16] http://www.luf.nl/default.asp?paginaid=139.

[17] http://www.luf.nl/algemeen/websiteBijlage.asp?bijlage=23-9-2010_10_3_16.PDF.

[18] Zie onder meer ‘Sleutel tot vrede in het Midden-Oosten’, Civis Mundi 2008/4, blz. 133-151.

[19] Zie ook Abe Selig, ‘Goldstone stripped of honorary Hebrew U governship’, Jerusalem Post 5 juni 2010 [http://www.jpost.com/Israel/Article.aspx?id=177529].

[20] http://www.eajg.nl/index.asp?navitemid=97&type=3&item=3110, waar Wijenbergs brief is opgenomen.

[21] http://unesdoc.unesco.org/images/0015/001564/156437e.pdf: ‘Proposed Guiding Principles for Israeli/Palestinian Academic Cooperation: Translating the Shared Adherence to Academic Freedom into action’ (2007). De Palestijnse voorvechter van academische vrijheid en Israëlisch-Palestijnse universitaire samenwerking, Sari Nusseibeh, riep in 2007 ‘in the face of academic boycotts’ de Britse regering op tot ‘A Positive Actions Remedy (PAR)’[http://www.ipso-jerusalem.org/files/Nusseibeh.pdf]. In 2009 legde hij zich neer bij het besluit van de Al-Quds University Jerusalem, waarvan hij het hoofd is, de banden met Israëlische universiteiten te verbreken [http://www.pacbi.org/etemplate.php?id=921.

[22] http://www.rijksoverheid.nl/regering/het-kabinet/regeerakkoord.

[23] Het regeerakkoord onder de loep, NRC Handelsblad van 14 oktober 2010, blz. 5 noot 7.

[24] Verkiezingsprogramma PVV 2010-2015 ‘De agenda van hoop en optimisme’, blz. 40.

[25] http://www.icj-cij.org/docket/files/131/1627.pdf, paragraaf II.5.

[26] Ibid. paragraaf IV.9.

[27] Verkiezingsprogramma PVV, supra noot 24, blz. 43. De partij heeft internationaal recht niet hoog in het vaandel staan, zoals blijkt uit de voorgestelde oplossing de handhaving van de internationale rechtsorde uit de Grondwet te schrappen omdat het buitenlands beleid uitsluitend in dienst moet staan van het Nederlands belang.

[28] Kattan, a.w. noot 2, blz. 5.

[29] http://www.mfa.gov.il/MFA/Archive/Editorials/2010/Summary-of-editorials-from-the-Israeli-press-27-Jul-2010.htm.