Civis Mundi Digitaal #10
Wim Couwenberg
De laatste jaren is er in Europa, afgezien van Groot-Brittannië, groeiende scepsis over de zegeningen van de Amerikaanse militaire interventiepolitiek in de niet-westerse wereld, zeker na de opgedane ervaringen in Afghanistan en Irak die het moslimradicalisme en -terrorisme veeleer aangewakkerd dan teruggedrongen hebben. De daar gevoerde oorlogen worden dan ook vooral als een Amerikaans avontuur gezien. In veler ogen ontbreekt een overtuigend verhaal over de eigen veiligheidsbelangen die daar op het spel zouden staan.
In Amerikaanse ogen wordt Europa steeds pacifistischer en dat, zo stelt men, in een tijd van groeiende verwevenheid van allerlei nieuwe risico’s zoals ingrijpende machtsverschuivingen in oostelijke richting die ertoe leiden dat machtspolitiek in de internationale politiek weer de overhand krijgt; een tijd ook van internationaal terrorisme, van falende staten als broeinest van terrorisme en criminele organisaties, en van mondiale ecologische crises. Het zijn risico’s die in de Amerikaanse zienswijze juist nopen tot een nieuw en veel breder opgevat veiligheidsbeleid en tot grotere militaire inspanning.[1]
Maar de harde waarheid is dat die Amerikaanse interventiepolitiek tot nu toe bitter weinig heeft opgeleverd. Irak is van een schurkenstaat onder Sadam Hoessein na de Amerikaans-Britse interventie veranderd in een ‘failed state’ zoals we dagelijks in de krant kunnen lezen. En de Amerikaanse missie in Afghanisthan lijkt op een droevige mislukking uit te lopen ondanks de inzet van honderden miljarden dollars, bijna 2000 doden in eigen gelederen en duizenden burgerslachtoffers. Tel uit je winst.
In Amerika verandert er trouwens ook wel iets. Tot het einde van het eerste decennium van deze eeuw was de organisatie van de Amerikaanse strijdkrachten erop gericht twee oorlogen tegelijk te kunnen voeren. Daar komt men nu van terug. Voortaan wil Amerika zich meer gaan richten op versterking van de militaire capaciteit van zijn bondgenoten in de wereld om zodoende Amerikaanse militaire interventies met alle bijkomende politieke en financiële kosten en kosten aan mensenlevens te verminderen. Amerikanen krijgen langzamerhand genoeg van al die buitenlandse oorlogen[2]. Het is vooral de Tea Party - een nieuwe populistische beweging in de VS - die daar stem aan geeft.
[1] F. Osinga, Op weg naar een nieuw Strategisch Concept: kanttekening bij het AID-rapport, Internationale Spektator, 5, 2010
[2] Zie P. Beinart, The Icarus Syndrome, A History of American Hubris, 2010.