Civis Mundi Digitaal #11
Bespreking van Emiel de Bont: Onder Taliban en Krijgsheren, Nederland en de oorlog in Afghanistan, Uitgever: Nieuw Amsterdam, 2011.
Leon Wecke
Bespreking van Emiel de Bont: Onder Taliban en Krijgsheren, Nederland en de oorlog in Afghanistan, Uitgever: Nieuw Amsterdam, 2011.
Emiel de Bont, diplomaat en oud politiek adviseur bij de Nederlandse missie in Afghanistan, heeft naar eigen zeggen geen wetenschappelijke constructie gemaakt, maar gepoogd een verhaal, gebaseerd op onderzoek en ooggetuigenverslagen, beeldend te verwoorden. En daarin is hij meer dan geslaagd. Het boek gaat over de diplomatieke kant van de Nederlandse inspanning in Afghanistan. De schrijver laat diverse medewerkers van het ministerie van Buitenlandse Zaken aan het woord inclusief hemzelf. Aan de lezer ontrolt het Afghaans tafereel zich zoals dat door politieke adviseurs, die tussen 2005 en 2010 aan de Nederlandse militaire eenheden waren toegevoegd, werd waargenomen. De D van Diplomatiek in de zogeheten ‘Dutch approach’ (DDD: Defence, Development and Diplomacy) wordt eindelijk eens belicht. De politiek adviseurs (de Polads) was het immers, net als de toegevoegde ontwikkelings- en cultureel adviseurs verboden om met de pers te spreken. Het kijkje in de ver van huis gevestigde Afghaanse keuken biedt een aantal onthullende observaties. In de historische aanloop naar de Nederlandse aanwezigheid in Afghanistan wordt de later omgekomen krijgsheer Massoud, verzetsheld in de strijd tegen de Russen en leider van de Noordelijke Alliantie, ten tonele gevoerd, die voorafgaand aan de aanslagen van 9/11 al waarschuwde voor ‘spectaculaire aanslagen op Amerikaanse en Europese doelen’.
Het is een vlot geschreven boek, waarin overigens ook humor niet ontbreekt. Zoals de passage over de moord op Massoud: "Maar waar is Massoud?" vroeg hij. ‘ In d e vriezer’, stamelde Saleh, die even niet op het Engelse woord voor mortuarium kon komen". Goed is ook dat Den Bont ons eraan herinnert dat de strafexpeditie van de Amerikanen meteen na 9/11 niet de bedoeling had een einde aan het Talibanbewind te maken, maar zoveel mogelijk Taliban en terroristen van al-Qaida te doden. De Amerikanen hadden indertijd niet veel meer dan 500 tot 600 man aan de grond: de actie was een koopje volgens Bush in een gesprek met de journalist Bob Woodward.
Terloops komt ook nog de politieke deelname van Nederland aan de laatste Irakoorlog ter sprake. De Bont heeft het in dit verband over het ‘loopbruggetje’ dat de Nederlandse regering had naar beide ruziënde partijen, de VS en de kritische Europese NAVO-bondgenoten. De met het internationale recht strijdige drogredenering inzake de opeenvolgende resoluties van de VN-Veiligheidsraad, weshalve een nieuwe resolutie overbodig was, blijft onvermeld. Daarvoor is de diplomaat in De Bont wellicht nog iets te sterk.
Haagse miskenning politieke realiteit in Afghanistan
De auteur verhaalt beeldend hoe diverse leiders van de Taliban om zeep gebracht worden. En vooral hoe de wisselende relaties van krijgsheer tot krijgsheer en van krijgsheer tot centraal gezag het politieke en sociale landschap bepalen. Een probleem blijkt de Haagse politiek te zijn, die met zijn gedetailleerde bemoeienis niet alleen het gedrag van militairen maar ook dat van andere medewerkers waaronder de polads (politiek adviseurs) aan beperkende voorwaarden bindt. Zo bleek behalve Nederland alle andere betrokkenen wel met de door Nederland verbannen gouverneur Jan Mohammed Khan zaken te doen. Kennelijk mochten de Nederlanders alleen met hun vrienden praten, daar waar met name het diplomatieke vak niet de negatie van andersdenkenden inhoudt.
Den Haag miskende de politieke realiteit in Afghanistan, zo blijkt uit de politieke lijn, waarbij onder meer bepaald is dat bepaalde lieden vanwege een gewelddadig verleden genegeerd moeten worden. Uit de praktijk van alle dag blijkt echter dat er weinig, of beter geen, lieden zonder gewelddadig verleden rondlopen.
Relaties , tribale loyaliteit zijn belangrijker dan ideologische of politieke bloedgroepen, aldus de Bont, over de bevolking van een land waarin geen groep zonder vuile handen te vinden is. Hoezeer kennis van clans en stammen van belang zijn en de daarop gebaseerde meer politieke dan militaire benadering de voorkeur verdient, blijkt uit de vele verhalen van polads, wier wedervaren plastisch verhaald wordt. De Bont heeft grote waardering voor de Nederlandse militairen in Afghanistan, maar volgens hem wordt de militaire component in de Amerikaanse benadering overschat en bleek pas na jaren dat de Amerikanen van de geïntegreerde benadering van Nederland geleerd hebben. Heeft de Bont niets dan waardering voor zijn Nederlandse militaire collega’s, voor de politiek in Den Haag , die zich steeds meer met details bemoeit, ligt het anders. De auteur memoreert hoe ten behoeve van de legitimatie van de Afghanistan- missie deze een opbouwmissie genoemd werd.
Het boek is goed geschreven, het bevat details, onthullingen, anekdotes alsmede Impliciete en expliciete verklaringen voor de Afghaanse chaos. Het voorziet tevens in de lacune aan kennis op het gebied van het werk van de politiek adviseur, die toegevoegd is aan militaire eenheden te velde, zij het beperkt tot de missie in Afghanistan.