Financiële luchtfietserij in Frankrijk

Civis Mundi Digitaal #59

door Jan de Boer

De Franse regering is euforisch: zij belooft op grond van de verrassende cijfers van 2017 waardoor het land eindelijk en ruimschoots aan de 3 procentnorm van Brussel voldoet, een flink begrotingsoverschot in 2022 en een verdere vermindering van de Staatsschuld.

Maar deze beloften gebaseerd op cijfers van 2017 zijn een linke zaak met een in de loop der jaren opgebouwde staatsschuld - zeer gevaarlijk omdat het hier buitenlandse schuldeisers betreft - van 2300 miljard euro en een begrotingstekort van 67, 8 miljard euro zonder dat er ooit door een gebrek aan politieke moed werkelijk bezuinigd is. Want in werkelijkheid zijn de bemoedigende cijfers van 2017 niet of nauwelijks te danken aan regeringsbeleid, maar vooral aan een gunstige conjunctuur. De Staatsuitgaven zijn niet gedaald, zij zijn integendeel met 2,5 procent gegroeid, wel zijn de inkomsten met 4 procent vermeerderd dankzij deze economische groei in 2017.

De regering van Macron net als de vorige regering onder Jospin laat zich graag leiden door deze bedrieglijke schijn. Kort samengevat: de Staat denkt te zitten op een verborgen schat die nu besteed moet worden aan allerlei aan de regering gestelde eisen. Een paar weken geleden vermeldde Joël Giraud, algemeen rapporteur van de commissie financiën, deze "uiterst gelukkige omstandigheden" voor de publieke financiën. Deze hemelse gave zou besteed kunnen worden aan verzorgingstehuizen voor fysiek en /of psychisch afhankelijke ouderen of aan de door de industrie verlaten regio’s die met grote werkloosheid kampen, suggereerde Joël Giraud. Niemand betwist de legitimiteit van deze wensen, maar graag wordt vergeten dat deze "hemelse gave" een virtueel karakter heeft: Deze economische groei maakt Frankrijk niet rijker, maar kan hooguit dienen om de Staat in de gelegenheid te stellen zich iets minder in de schulden te steken.

Met de beloofde belastingverlagingen: 8 miljard euro voor het afschaffen van de "taxe d’habitation" (woonbelasting), 10 miljard euro voor de verlaging van belasting op bedrijven, 3 miljard euro voor de afschaffing van sociale premies op extra gewerkte uren...,en nieuwe uitgaven: een investeringsplan van 56 miljard euro, een jaarlijkse verhoging van 1,7 miljard voor defensie-uitgaven, zonder nog rekening te houden met de toegezegde noodzakelijke financiën voor een verbetering van de rampzalige situatie van de ziekenhuizen, een miljarden plan voor de "banlieus": de stadswijken met verwaarloosde huisvesting, hoge werkloosheidscijfers door schooluitval en discriminatie van met name van Fransen van origine afkomstig uit de Noord-Afrikaanse landen, met veel gewelddadigheid door drugshandel en radicalisering, etc., (na 40 jaar nietsdoen (!) uiterst noodzakelijk om een burgeroorlog te voorkomen), een in ieder geval gedeeltelijke overname van de in tientallen miljarden euro opgelopen schuld van de Franse spoorwegen, extra miljarden hulp aan de in crisissituatie verkerende landbouw en veeteelt, enzovoort, enzovoort, krijgt men een idee wat uitgegeven gaat worden en dus niet in de Staatskas terecht komt.

Maar de regering heeft daarentegen ook beloofd te snijden in de uitgaven ter hoogte van 60 tot 70 miljard euro. De vraag is waar de regering deze miljarden vandaan wil halen. Bezuinigingen op de pensioenen, op de gezondheidszorg, op het onderwijs, op de veiligheid? Beslist niet populair. Met de kaasschaaf het overheidsapparaat dat zich voorbereid op het kostbare plan "Action publique 2020", te lijf gaan? Dat levert als dat al kan, onvoldoende op. De enige zekerheid die er wel is, is dat de economische groei er niet altijd zal zijn voor het zich maken van illusies.... De vertraging van de economische groei in het eerste trimester van dit jaar geeft dat duidelijk aan. Economen verwachten dat de economische groei in de toekomst niet boven de 1, 25 % uit gaat komen. In die context zal, als de staatsuitgaven niet zeer drastisch beperkt worden, het overheidstekort in 2021 weer oplopen tot 4,5 % van het Bruto Binnenlands Product (BBP). De Franse overheid staat dus voor de keus in tegenstelling tot de gedane beloften of heel drastisch te snijden in de overheidsuitgaven wat geen enkele regering tot dusverre heeft gedurfd, of de belastingen te verhogen die hier al een nauwelijks te verdragen niveau hebben. Een noodlottig-tragische keuze ten opzichte van een al uiterst geprikkelde publieke opinie: stakingen bij de spoorwegen, bij de luchtvaart, acties van boze boeren en gepensioneerden, bezettingsacties op universiteiten, stakingen bij het ziekenhuis- en ziekenverzorgend personeel, etc. Dit alles met twee zekerheden: Macron, de kleine Napoleon, wordt nimmer als president herkozen, en een versterking van extreemrechts en Europa-vijandig populisme. Daarmee gaan Frankrijk en Europa zeer benauwde tijden tegemoet als tenminste niet eerder de volgende niet of nauwelijks te beheersen financiële crisis die al aan de horizon verschijnt, heel Europa in de ellende stort.