Vrijheid van ondernemen

Civis Mundi Digitaal #73

door Jan de Boer

De Wet op de prostitutie van 13 april 2016 heeft indertijd in Frankrijk heel veel discussie van voor- en tegenstanders met zich gebracht en die vurige strijd dreigt nu opnieuw gevoerd te worden. Negen verenigingen hebben samen met vijf prostituees via een eerste vraagstelling aan het ’Conseil d’Etat’ het ’Conseil Constitutionnel’ dat wetten aan de grondwet toetst, een eerste grondwettelijke vraag voorgelegd betreffende de tekst van deze Wet op de prostitutie die de klanten van prostituees strafbaar maakt. Als de constitutionele rechters in de eis van de aanklagers meegaan, kan dat als gevolg hebben dat deze Wet op de prostitutie ingetrokken wordt.

 

De negen verenigingen en de vijf prostituees hebben de volgende vraag eerst aan het ’Conseil d’Etat’ voorgelegd die deze heeft doorgespeeld aan het ’Conseil Constitutionnel’: "Is het strafbaar stellen van klanten van prostituees niet in tegenspraak met de in de grondwet gegarandeerde rechten en vrijheden?" De ’Médecins du Monde’ en de ’Vereniging van Sexwerkers’ vinden van wel. In een hoorzitting van het ’Conseil d’Etat’ sprak de openbare rapporteur zich uit voor het voorleggen van deze netelige vraag aan het ’Conseil Constitutionnel’ daarmee aantonend dat het hier een serieuze zaak betreft. De leden van dat instituut hebben van nu af aan drie maanden de tijd om een antwoord op deze vraag te geven en te bekijken of de wet niet in strijd is met het recht op privacy, met het recht op vrijheid van ondernemen en met het principe van de noodzaak en de hoogte van de straffen.

 

De advocaat, Patrice Sinozi, van de eisende partij: "Het ’Conseil Constitutionnel’ vindt dat of de tekst in overeenstemming is met de grondwet, of dat -zoals wij denken - de tekst in tegenspraak is met verschillende fundamentele rechten. In dat geval besluit het de wet nietig te verklaren en dat aan de wetgever mee te delen."

De Wet op de prostitutie was een verkiezingsbelofte van de vorige president François Hollande en heeft gedurende twee en een half jaar geleid hevige debatten tot vier keer toe in de Assemblée (de Franse Tweede Kamer) voordat de gedeputeerden er mee akkoord gingen. Behalve de vaststelling van een straf voor klanten van prostituees tot een bedrag van 1500 euro en in geval van recidive 3750 euro, maakte de wet ook een einde aan het verbod op ’tippelen’ en creëerde een sociale begeleiding van prostituees die ’uit het leven’ willen stappen met daarbij een tijdelijke verblijfsvergunning voor buitenlandse prostituees. Toen deze wet door de Assemblée aanvaard werd, zei de toenmalige eerste minister Manuel Valls: "Deze wet ter bestrijding van het prostitutiesysteem is een belangrijke vooruitgang op het gebied van respect voor de mens en de rechten van vrouwen."

Maar nu twee en half jaar later laat de journaliste Solène Cordier mij weten, dat de ’Medecins du Monde’ en de overige acht verenigingen zeggen dat deze wet het dagelijks leven van de prostituees nog verder heeft verslechterd, hun dwingt hun tarieven te verlagen en onbeschermde seks te bedrijven op geïsoleerde plaatsen. Een in het voorjaar 2018 gepubliceerd onderzoek van de ’Médecins du Monde’ bevestigt dit met ook getuigenissen van sekswerkers die klagen over veel meer gewelddadigheid van klanten en in het algemeen een verslechtering van hun werk- omstandigheden.

 

De verenigingen die de prostitutie willen afschaffen en voorstander zijn van de huidige wettekst laten als reactie weten dat "het straffen van de klant past in de strijd tegen de prostitutie die deel uit maakt van de schendingen van mensenrechten, tegen een vorm van exploitatie die vandaag de dag overal ter wereld de kwetsbaarste groepen als slachtoffer heeft." Ongerust over de door het ’Conseil Constitutionnel’ te nemen beslissing, zegt de woordvoerder van deze verenigingen, dat: "Als het ’Conseil Constitutionnel’ zich uitspreekt tegen het straffen van de klanten uit naam van een vrijheid van ondernemen als hoogste goed, zal dat ernstige consequenties hebben ook voor de politieke strijd tegen de cultuur van verkrachtingen en voor de gelijkheid van vrouwen en mannen".

 

In het vroege voorjaar neemt het ’Conseil Constitutionnel’ een beslissing over dit niet zwart-witte en wellicht nooit op te lossen probleem.