Civis Mundi Digitaal #75
In 1972 besloot de toenmalige Amerikaanse president Nixon de banden met China aan te halen ten koste van Rusland in de competitie tussen de Verenigde Staten, Rusland en China. Deze relatie is vandaag de dag het omgekeerde. China is voor Trump de strategische concurrent. Hij heeft voor Rusland gekozen om een mogelijke alliantie van Rusland en China tegen Amerika tegen te gaan.
China heeft veel voordeel uit deze rivaliteit weten te behalen, temeer omdat sinds Trump met zijn doctrine ’America first’ beschouwd wordt als een weinig betrouwbare onderhandelingspartner.
De Chinezen hebben al gauw begrepen, zo laat de journaliste Marie Bourreau vanuit New York mij weten, dat net als de natuur ook de diplomatie een hekel heeft aan een vacuüm en stellen alles in het werk om de strategische leegte nagelaten door de Amerikanen die zich uit de internationale organisaties terug hebben getrokken, op te vullen.
Wat betreft de Verenigde Naties vertaalt zich dat in massieve financiële investeringen. Dat in de vorm van een constante verhoging van vrijwillige Chinese bijdragen of haar bijdrage aan het reguliere budget van de Verenigde Naties die in de periode 2019-2021 maar liefst 12 procent gaat bedragen in plaats van de 7,9 procent in de periode 20126 - 2018. China bekleedt daarmee direct na de Verenigde Staten de tweede plaats op de lijst van landen voor verplichte contributies.
Wat betreft troepen voor vredesoperaties van de Verenigde Naties (OMP) staat Peking ook op de tweede plaats. Zeven OMP’s heeft China in Afrika waar zij haar commerciële macht steeds verder uitbreidt. Ze heeft daar op dit moment 2500 blauwhelmen in actie. Een reserveleger van 8000 man kan overigens door de organisatie onmiddellijk gemobiliseerd worden. Daarnaast heeft China voor de komende vijf jaar voor vredeshandhaving 1 miljard dollar toegezegd en een speciaal fonds ter grootte van 100 miljoen dollar voor de financiering van verslagen c.a. van de Verenigde Naties gecreëerd.
China is bezig de macht in de Verenigde Naties over te nemen. Een vroegere onderhandelaar van het vijfde comité belast met de onderhandelingen voor de begroting van de Verenigde Naties - hij wil zijn naam niet openbaar hebben - liet mij weten dat Peking in de laatste jaren het aantal van zijn experts verviervoudigd heeft: "Zij laten zich steeds meer horen om hun eigen belangen te verdedigen, eisen sleutelposities op het departement van politieke aangelegenheden, in de economische en sociale raad en oefenen grote invloed uit op de vredesoperaties". Deze functionarissen zijn vervolgens kostbare informatiebronnen en dienen als tussenpersonen voor de invloed van Peking.
De Chinezen hebben nog een ander belangrijk argument. Zij zijn bereid hun portefeuille te trekken zonder zich te bekommeren over vraagstukken van goed bestuur, en dat in naam van de kardinale waarden van hun buitenlandse politiek: geen inmenging en nationale soevereiniteit. Frankrijk heeft in maart 2018 daarmee een bittere ervaring opgedaan in de Veiligheidsraad die bijeen geroepen werd om te luisteren naar de hoge vertegenwoordiger voor de mensenrechten inzake de situatie in Syrië. De Russische oppositie leidde tot de noodzaak van een procedurele stemming die negen voorstemmers vereiste. Frankrijk spande zich in om de stemmen van de niet -permanente leden van de Veiligheidsraad mee te krijgen, maar op het laatste moment onthield de Ivoorkust, een vroegere kolonie van Frankrijk dat op de steun van de Ivoorkust rekende, zich van stemming. Een klap in het gezicht van Frankrijk dat later begreep dat op de voorafgaande dag er een zeer voordelig commercieel contract tussen China en Ivoorkust was afgesloten...
Talrijke experts en diplomaten waarschuwen voortdurend en helaas tevergeefs tegen deze opmars van Chinese macht via een financiële diplomatie die zich weinig of geen zorgen maakt over mensenrechten. In april 2018 heeft China op dat vlak haar eerste gevecht gewonnen: het niet door laten gaan van een programma over de cultuur van mensenrechten binnen de organisatie van de Verenigde Naties. Ieder jaar moet er harder gestreden worden voor het handhaven van posten belast met de verdediging van fundamentele waarden. De leden van de Veiligheidsraad hebben dat op 24 november 2018 zelf kunnen constateren toen zij op uitnodiging van Peking, de voorzitter van de Veiligheidsraad in november 2018, de trainingscentra van de blauwhelmen in Shenzhen en Guangzhou bezochten en een uiterst positieve uiteenzetting aanhoorden over de Chinese bijdrage aan de vredesoperaties van de Verenigde Naties. Het lot van de door Peking onderdrukte Mohammedaanse Ouigouren in het westen van het land waarvan volgens de Verenigde Naties meer dan 1 miljoen opgesloten zijn onder onmenselijke omstandigheden in interneringskampen kwam daarbij niet ter sprake...