Antisemitisme: een korte reflectie

Civis Mundi Digitaal #76

door Jan de Boer

Mijn goede vriendin Yetta Bernice Lehman, dochter van de vroegere groot-rabbijn van New York, raadde mij aan het boek ’Réflexions sur la question antisémite’ van de vrouwelijke rabbijn en theologe Delphine Horvilleur te lezen. "Een eye-opener" van deze woordvoerdster van de liberale joden in Frankrijk, liet ze me weten.

 

Als we nu spreken over antisemitisme, zegt de filosoof Michael Foessel, gaat het er vooral om te weten wie antisemiet is. Gezien de forse toename van beledigingen, aanvallen en soms regelrechte misdaden die joden in Europa vandaag de dag ondergaan, is de vraag: wie zijn de hedendaagse dragers van deze voorouderlijke haat, niet te vermijden. En dan beginnen de polemieken. Er zijn mensen die hier een nieuw van oorsprong mohammedaans antisemitisme aanwijzen, anderen denken dat deze afschuw toch nog vooral een christelijke erfenis is. Er zijn wetenschappers die hier een voortdurende karakteristiek van extreem-rechts in zien, anderen een altijd mogelijke ontsporing van radicaal links. Men loopt warm voor de vraag: wie is antisemiet, maar vraagt zich zelden af wat antisemitisme nu eigenlijk is. Delphine Horvilleur gaat dit vraagstuk nu op een originele manier te lijf.

 

De Franse filosoof Jean-Paul Sartre zei dat de kijk van een buitenstaander op een jood, deze tot jood maakt en suggereert dat zo het antisemitisme vervolgens het judaïsme uitvindt. Delphine Horvilleur legt het zwaartepunt elders, maar zij houdt wel het idee vast dat de joden de geschiedenis ingaan met een onverbiddelijke vijand op hun hielen.

De Hebreeuwse bijbel beschrijft allereerst dat het volk van de Hebreeërs (= de voorbijgangers) net als Abraham droomt van een land waar zij niet geboren zijn. Delphine Horvilleur herinnert er ons aan dat de Hebreeërs geen religieuze identiteit hebben maar op zoek zijn naar een plaats waar ze in vrijheid kunnen leven. Alleen in het oud-testamentische boek van Esther worden de joden genoemd waar ze samen met hun vijand zijn. Esther, afkomstig uit Judea en echtgenote van de Perzische koning Assuerus, wordt achtervolgd door de haat van minister Haman die alle joden in het koninkrijk uit wil roeien. Wie is die Haman? Het boek presenteert een meeslepende genealogie van deze persoon die het archetype van alle toekomstige antisemieten zal worden. De lezer maakt kennis met Amalek en zijn moeder Timna van wie een talmoedische traditie bevestigt dat de rabbijnen geweigerd hebben haar in het huis van Israël op te nemen. Historisch gezien is dit niet erg betrouwbaar, maar Delphine Horvilleur bewaart hetgeen haar motiveert:" En als het de joden niet vergeven wordt een godsdienst aan te hangen die niet universeel wil zijn en ook geen bekeringsdrift kent?"

 

Natuurlijk, niet alle antisemieten dromen ervan jood te worden. Maar zij fantaseren over een identiteit die niet de hunne is. Delphine Horvilleur ontwikkelt deze gedachte verder, toont aan hoe, sinds Rome, de belangrijkste tegenstander van de joden de wens van een wereldrijk is. Dat wereldrijk is een universele communauteit onder regie van de wet van mensen, terwijl de joden de scheiding uit naam van de wet van God belichamen. Delphine Horvilleur laat de belangrijkheid van het thema van de uitverkiezing in de antisemietische retoriek zien: de jood wordt niet gehaat om wat hij niet heeft maar om wat hij wel heeft. Hem wordt verweten veel geld, macht en voorrechten te hebben, maar vooral wordt hem verweten een door uit de hemel komende uitverkiezing waarvan de rest van de mensheid is buitengesloten. Dit uitverkoren -zijn is niet iets dat de joden bezitten als een ware schat, zij duidt eerder de altijd nooit voltooide taak aan om zich te wijden aan de transcendentie, de verhevenheid van God. De joden, zegt deze vrouwelijke liberale rabbijn, hebben een droeve relatie met hun afkomst. God gaf hun het geschenk van de Wet, maar de Tafels van de tien geboden zijn door Mozes gebroken. Dat is wat de fundamentalisten van de integriteit hen niet vergeven, zij dromen van een steeds weer te herhalen stabiel begin. Het antisemitisme is de dodelijke logica van een wereld die als zij wil vrede kennen, zich moet bevrijden van hetgeen verdeelt en dat de jood belichaamt. Het is de vrees dat "le Tout" (universele religie, natie, wereldrijk) in zijn volledigheid bedreigd is: een identiteitsangst die nog altijd even actueel is.

 

Belastingen in Frankrijk

 

Fiscale opstand? Onbehagen bij de lagere middenklassen? Rebellie van het buitengebied tegen de grote steden? Politieke, economische en sociologische analyses verschijnen iedere dag in de media om het oproer in Frankrijk met de ’gilets jaunes’ te verklaren. Wat willen nu deze gele hesjes? Afgezien van de eis van meer democratische participatie vooral minder heffingen, meer koopkracht en meer sociale rechtvaardigheid. Drie eisen die zich onderling goed verhouden: minder heffingen betekent meer koopkracht en dat alles mogelijk gemaakt door een meer evenwichtig omslagstelsel.

 

De OESO - de internationale organisatie voor samenwerking en economische ontwikkeling - heeft in deze explosieve context begin december 2018 haar jaarlijks rapport over de publieke inkomsten het licht laten zien waarin ze het belastingniveau in 2017 van de 34 landen die lid zijn van deze organisatie heeft vergeleken. De onbetwiste winnaar is Frankrijk. Vorig jaar waren de verplichte inhoudingen in Frankrijk goed voor 46,2 % van de geproduceerde rijkdom gemeten naar het Bruto Binnenlands Product. Voor de eerste keer sinds dertig jaar versloeg Frankrijk daarmee de tot dusverre gedoodverfde kampioen Denemarken. De fiscale druk is sinds een tiental jaren in de meeste Staten toegenomen, maar in Frankrijk verreweg het meest.

 

De ’gilets jaunes’ hebben dus gelijk om op dit onderwerp door te hameren eerder in het algemeen aangekaart door het bedrijfsleven en de rechtse politieke partijen. Te meer daar deze Franse bijzonderheid die verklaard wordt door publieke uitgaven die ook ver boven het gemiddelde liggen, voor een zeer groot deel gefinancierd wordt door de meest pijnloze belasting maar ook de meest ongelijke voor de verschillende maatschappelijke klassen: de BTW. Een gedegen studie van de econoom Patrick Artus wijst uit dat buiten de BTW de fiscale druk op de huishoudens1 punt beneden het gemiddelde van de Eurozone ligt. Maar wordt de BTW erbij betrokken dan ligt de fiscale druk op de huishoudens met 3 punten ver boven het gemiddelde van de Eurozone.

De verklaring: De BTW vertegenwoordigt op haar eentje de helft van het totaal van de heffingen door de Staat, veel meer dan de inkomstenbelasting (27% in 2018). Om zo discreet mogelijk de boekhouding sluitend te houden, hebben na de oorlog de regeringen van rechts en links er de voorkeur aan gegeven meer dan de helft van de Franse huishoudens te vrijwaren van inkomstenbelasting (57% in 2017) door de consumptie steeds meer te belasten, dus de koopkracht.

Elke presidentskandidaat heeft tijdens zijn campagne een totale herziening van het fiscale stelsel toegezegd, maar eenmaal aan de macht deze belofte weer even snel ingetrokken. Nog erger, direct na hun verkiezing werden steeds nieuwe heffingen bedacht en bestaande verhoogd. Met name de socialistische president Hollande was hier een meester in. Want het probleem om deze heffingen te verminderen is elders bezuinigingen te vinden, dus bij de publieke uitgaven. De grootste posten waaraan Frankrijk meer besteed dan zijn buurlanden zijn de pensioenen, de huisvesting, militaire uitgaven, volksgezondheid, onderwijs en steun aan het bedrijfsleven, waarbij nooit een hiërarchisering ook wat betreft uitgaven is toegepast. Alles is altijd hier even belangrijk geweest. Daarbij moet ook het probleem van de enorme staatsschuld, waarvan alleen al de te betalen rente per jaar meer dan 40 miljard euro kost, niet vergeten worden!

Frankrijk is uiteindelijk net als de ’gilets jaunes’ verlamd door verplichte uitgaven, ongerust voor haar toekomst en zonder een duidelijke visie wat betreft de middelen om hier een oplossing te vinden.

Het grote debat gedurende drie maanden vanaf 15 januari dat Macron heeft aangekondigd om samen met eenieder in Frankrijk wegen te zoeken naar onder andere meer fiscale en sociale rechtvaardigheid is een laatste gouden kans om ook deze fiscale "superchérie" volledig te herzien.

Het zou ook voor mij een goede zaak zijn, want door deze Franse belastingpolitiek heb ik met mijn 10 jaar bevroren pensioen al één derde van mijn koopkracht verloren.

Een groot probleem dat ook hierbij een duidelijke rol speelt, is dat Fransen een ingeboren wantrouwen tegen de macht, tegen Parijs hebben en de Staat duidelijk als een ongelimiteerde melkkoe beschouwen. Het laatste woord over de belastingen en heffingen in Frankrijk is dus nog lang niet gezegd.

 

Kenia en olifanten

Ik heb wat met olifanten. Misschien omdat ik als klein kind gefascineerd werd door een grote rode porseleinen olifant op het bureau van mijn grootvader. Hier in Frankrijk werd dit vuurtje weer aangewakkerd door onze dierenarts David Halloy, die jarenlang in Afrikaanse natuurparken zieke olifanten verzorgde. Hij bracht mij al lang geleden in contact met Frank Pope, uitvoerend directeur van de niet-gouvernementele organisatie ’Save the Elephants’, die mij voorzag van de informatie voor dit artikeltje.

 

Op kerstdag 2018 werd het maisveld van Cecilia Mshambwa volledig verwoest door olifanten. In de regio Voi in het zuidwesten van Kenia is dit aan de orde van de dag. Dus werd er een manifestatie georganiseerd door een kwade Cecilia en nog een paar honderd slachtoffers. Ze blokkeerden de route van de havenstad Mombasa naar de hoofdstad van Kenia: Nairobi. Volgens een daarbij aanwezige gedeputeerde zijn het tenminste 400 olifanten die de bewoners van zijn district terroriseren. Met anderen stelde hij een ultimatum aan de ’Kenya Wildlife Service’(KWS) die als taak heeft de fauna in Kenia te beschermen. "Wij geven ze zeven dagen de tijd om de olifanten te verwijderen, en anders..." Bekend is dat de opgewonden dorpelingen dit probleem ook zelf proberen op te lossen met vergiftigd fruit…

 

De olifanten mogen dan een grote toeristische trekpleister zijn, zij zijn voor de bewoners van de regio een grote fysieke en economische bedreiging. In de regio Voi die ligt tussen twee nationale parken die maar gedeeltelijk omheind zijn om zo de dierenwereld daar de gelegenheid te geven zich te verplaatsen, is de woede gedurende de laatste maanden geëxplodeerd. "In 2018 heeft de niet overal gelijke neerslag de olifanten hierheen gejaagd, waar mensen wonen en steeds meer landbouwexploitaties zijn. En dan zijn er ook nog de omheiningen van de nieuwe treinroute die de olifanten belemmeren in hun vrijheid om te gaan en te staan waar zij willen" laat Frank Pope mij weten. "Al deze factoren hebben een tragische situatie gecreëerd, gevaarlijk voor mensen en olifanten."

De conflicten zijn verveelvoudigd. Begin december 2018 zaaide een verdwaalde olifant paniek in de stad Voi. Opgejaagd door motortaxi’s denderde hij door het gemeentelijke stadion om daarna het politiebureau binnen te stormen… Begin januari heeft een groep olifanten een huis bij het dorp Sagalla verwoest en daarbij werden een vrouw met haar drie kinderen doodgetrapt. Op 5 januari had KWS kennelijk nog geen oplossing voor het probleem gevonden, maar de woordvoerder van de organisatie liet weten dat ze met vliegtuigen zouden proberen de olifanten weg te jagen. Mocht dat niet lukken dan is het doden van de olifanten het laatste redmiddel.

 

Voor de Keniaanse opzichters van de natuurparken bederft dit conflict hun feestje. Want ironisch genoeg had KWS eind december 2018 bemoedigende cijfers gepubliceerd. De stroperij was in 2018 met 50% gedaald (40 gedode olifanten tegen 80 in 2017) en met 35.000 olifanten is de populatie met 119% gestegen in vergelijking met 1990. Deze resultaten werden behaald door steun van de regering, verzwaarde straffen tegen stropers, het werk van de niet -gouvernementele organisaties, betere opleiding van de opzichters van de natuurparken en niet de vergeten technologische hulpmiddelen.

Betekent minder olifanten ook minder conflicten? Niet echt, want de factoren zijn structureel. Zoals Frank Pope zegt: "Het betreft vooral een demografisch probleem, dat in de toekomst nog erger wordt met een verdubbeling van de Keniaanse bevolking in 2050, met een forse uitbreiding van landbouwexploitaties en de ontwikkeling van grote infrastructuren zoals spoorwegen.

De conflicten mensen-olifanten zijn niet beperkt tot de regio Voi, maar zijn in heel Kenia een groeiend probleem. Ook voor de regering. Er moet nu gewerkt worden aan een samenleven op de lange termijn van mensen en de wilde fauna: de trots van het land dat daarmee jaarlijks meer dan 1 miljoen toeristen trekt. Frank Pope: "Dat moet mogelijk zijn op voorwaarde van de ontwikkeling van een rigoureuze planning gebaseerd op wetenschap en een goede analyse van gegevens."

In de omgeving van Voi heeft ’Save the Elephants’ sensors op 30 olifanten geplaatst om hun verplaatsingen precies te weten te komen. Het doel op lange termijn: het afbakenen van ’mensen-zones’ en ’olifanten-zones’ zodat ieder zijn eigen ruimte heeft.

 

 

Ongelijkheden

 

Op economisch en moreel gebied is alles net als bij de weersverwachting een kwestie van gevoel.

Geluk en voorspoed worden allereerst met die van de buren vergeleken. De ’gilets jaunes’ hebben geen boodschap aan het feit dat Frankrijk één van de meest herverdelende landen ter wereld is, zij merken daar in hun dagelijks bestaan weinig van. Toch is Europa in haar geheel de plek ter wereld waar de mensen zich het beste voelen. Dat is ten minste de constatering van het zeer serieuze ’World Happiness Report’ dat elk jaar een klassement van landen opmaakt naar hun niveau van verklaard geluk. Van de eerste tien landen van het dit klassement zijn er zeven Europese landen, met name Noord-Europese landen. De Verenigde Staten bekleden slechts de 18de plaats en Frankrijk, trouw aan haar reputatie van een terneergeslagen land, staat op de 23ste plaats net boven Mexico.

 

Ondanks deze Franse uitzondering kunnen - objectief gezien - de Europeanen tevreden met hun situatie zijn. De economische groei mag dan op dit moment minder zijn dan die in de Verenigde Staten, het resultaat ervan wordt een stuk beter verdeeld. De rijkste 20% hebben een inkomen dat vijf keer zo hoog is als dat van de armste 20% van de bevolking tegen acht keer voor de Amerikanen en elk van de 28 lidstaten van de Europese Unie besteed meer aan sociale uitgaven dan aan de andere kant van de Atlantische Oceaan. Maar achter deze benijdenswaardige situatie liggen forse spanningen. De ongelijkheden worden groter net als het verschil tussen de landen met name tussen het noorden en zuiden van Europa. En dat doet de vraag rijzen of het Europese sociale model kan overleven.

 

Het onderzoekscentrum van het raadgevend bureau McKinsey Company heeft een uitgebreide studie gewijd aan de degelijkheid van dit Europese sociale model en aan de capaciteit van Europa een "inclusieve" economische groei te ontwikkelen, d.w.z. een economische groei ten gunste van een maximum aantal individuen. Het onderzoekscentrum heeft daartoe zes belangrijke en duidelijke tendensen gedefinieerd die grote risico’s met zich mee brengen voor de stabiliteit van onze Europese gemeenschappen: de veroudering van de bevolking, de digitale revolutie (kunstmatige intelligentie, automatisering...), de versterking van de mondiale competitie, migratiebewegingen, de klimaatverandering en geopolitieke risico’s. Deze tendensen beïnvloeden elkaar wederzijds en dit samenkomen zou rond het jaar 2030 catastrofale effecten kunnen hebben... of niet. In deze komende periode zal de digitale revolutie veralgemeniseerd zijn, de bevolkingen zullen een begin gemaakt hebben met hun teruggang en de temperatuur op onze planeet zal richting de twee graden meer gaan.

 

De onderzoekers hebben twee scenario’s uitgewerkt betreffende hoe de landen deze problemen gaan aanpakken. Het eerste scenario, dat van de ontkenning, maakt het handhaven van het Europese sociale model onmogelijk. Het tweede scenario impliceert een daadkrachtige politiek wat betreft de actieve bevolking (pensioenleeftijd, vrouwenarbeid, integratie van immigranten), de technologie (regelingen, opleidingen, financiering onderzoek) en het milieu (investeringen in een groene kringloop-economie). In deze positieve visie op de toekomst zou de gemiddelde economische groei in Europa 1,9% kunnen bedragen en daarmee de financiering van de door de bevolking gevraagde sociale uitgaven: gezondheidszorg, pensioenen, werkloosheid, handicaps veiligstellen.

 

Het is om het maar zachtjes te zeggen beslist niet het meest waarschijnlijke scenario, maar het heeft tenminste de verdienste van het aantonen van een min of meer begaanbare weg.

 

Onmacht bij migrantendrama

 

Ondanks alle risico’s vluchten mannen, vrouwen en kinderen weg van hun land waarbij velen verdrinken bij hun poging Europa te bereiken. Drie jaar na een massale komst van migranten en hun ontvangst met name in Duitsland is Europa steeds meer een ongastvrij eldorado geworden. Wegen zijn gesloten, muren gebouwd en prikkeldraadversperringen opgericht, grenzen zijn afgegrendeld en wat overbleef is de Middellandse Zee: de meest dodelijke migrantenweg ter wereld.

De Hoge Commissaris voor Vluchtelingen (HCR)van de Verenigde Naties heeft in zijn bericht van 3 januari 2019 de balans opgemaakt: 2260 mensen zijn in 2018 op zee tussen Afrika en Europa verdronken. Zelfs al is dit aantal met 1000 personen lager dan in 2017, het blijft een absolute schande voor een Europa dat afhankelijk van de lidstaten vorig jaar besloot de havens te sluiten zoals Italië en de schurkenstaat Malta of geen toegang te verlenen aan een reddingsboot als ’Aquarius’ die zo gedwongen werd zijn humanitaire werkzaamheden te staken.

 

De migratiedruk is evenwel sinds de stormloop op Europa in 2015 voortdurend gedaald. In 2018 arriveerden volgens Frontex, het Europese agentschap voor samenwerking betreffende grensbewaking, 150.000 migranten, volgens het HCR waren het er slechts 115.000, ver beneden de piek van 1 miljoen migranten in 2015. De eerste entree voor migranten is nu Spanje sinds Italië met Libië een akkoord heeft gesloten om vertrek vanuit Libië over zee te verhinderen.

Ondanks deze drastische verlaging hebben de Europese politici verlamd door de opkomst van nationalisme en vreemdelingenangst en - haat nog steeds geen gemeenschappelijke en humanistische politiek ontwikkeld jegens deze reizigers die tot alles bereid zijn om ellende en oorlog te ontvluchten.

Buitenparlementaire hulporganisaties voor de verdediging van mensenrechten hebben vrijdag 4 januari 2019 een nieuw "schaamterecord" aan de kaak gesteld: 49 migranten waaronder heel kleine kinderen bij Libië uit zee gered en nu aan boord van twee boten die recentelijk het werk van Aquarius, van Sea-Watch en Sea-Eye hebben overgenomen, bij de kust van Malta door een woeste zee heen en weer geslingerd worden.

De Europese Commissie onderhandelde over hun ontscheping en riep de Staten op tot "meer solidariteit". Alleen Duitsland, Nederland en Frankrijk waren bereid om een aantal van deze 49 migranten op te nemen. Nu moet er nog een haven voor de ontscheping van deze vluchtelingen gevonden worden. Geen enkel land met een zeegrens heeft zich tot op heden (6 januari nu ik dit artikeltje schrijf) daarvoor aangemeld.

Het Europese akkoord van juni 2018 betreffende de creatie van ’ontschepingsplatformen’ en ’controlecentra’ zijn nog altijd niet gerealiseerd, zijn zelfs niet in een beginfase van oprichting. Op een paar maanden van de Europese parlementsverkiezingen waarbij ieder land een nieuwe toename van extreem-rechts vreest, is er sprake van een totale verlamming. De enige ’efficiency ’ van Europa schijnt, gezien de vermindering van het aantal migranten, de gesloten akkoorden met de doorgangslanden Turkije en Libië te zijn. Een uiterst twijfelachtige en nogal morbide efficiency als men de overlevings- omstandigheden in een oorlogvoerend land als Libië kent. De HRC heeft de Europese landen opgeroepen om eindelijk deze impasse te doorbreken.

 

Ee nieuw gegeven: er is een tweede zee waarin de migranten zich met kano’s en andere wankele bootjes in begeven ondanks hoge golven en winterse temperaturen: ’La Manche’, het Kanaal tussen Frankrijk en Engeland. Londen denkt dat in 2018 een 539 migranten deze oversteek hebben gewaagd, waarvan 80% in de laatste drie maanden van 2018. Een Engelse patrouilleboot bewaakt nu deze zone. Europa moet er alles aan doen om te verhinderen dat Het Kanaal na de Middellandse Zee een tweede zeemansgraf wordt op de ruïnes van onze waarden van gastvrijheid en menselijkheid.

 

Populariteitsverlies van Poetin

 

Sinds de impopulaire hervorming van de pensioenen tegelijkertijd met een verhoging van 20 procent van de BTW en duurdere benzine is de populariteit van Poetin sterk gedaald al zouden zijn westerse collega’s nog dolgelukkig zijn met zijn populariteitscijfers. Volgens het onafhankelijke Instituut Levada is nu 66 procent van de Russen tevreden met zijn beleid tegen 82 procent toen hij als president herkozen werd. Volgens het publieke instituut VTsiOM is het vertrouwen dat de Russen in Poetin stellen, het laatste jaar gedaald tot 37,3 procent. Sinds 2006 heeft de chef van het Kremlin zo’n erosie van zijn populariteit niet meegemaakt. Nog verbazingwekkender is dat er evenveel Russen zijn - 55 procent - die tevreden zijn met de hem toegemeten economische successen als zij die hem verantwoordelijk houden voor de problemen in het land. Het deel van de bevolking dat betere relaties met het Westen wil is het afgelopen jaar 2018 gestegen van 14 naar 36 procent. De spanningen op het internationale toneel doen de bevolking veel minder dan voorheen zich achter hun president scharen en het aantal personen dat zich zeer druk maakt over de Westerse sancties tegen hun land is gestegen van 7 naar 20 procent.

Het beeld van een gemeen en onbetrouwbaar Westen was tot nu toe een zeer efficiënte mythe, maar na vier jaar van een onafgebroken chauvinistische en patriottische campagne is er een zekere moeheid bij de bevolking opgetreden.

Daarbij komt dat in deze periode op meerdere fronten ontevredenheid is ontstaan, allereerst op het niveau van reële inkomsten die gedaald zijn: een langzaam proces dat daardoor voor het regime weinig direct gevaar oplevert. Dat ligt anders bij de hervorming van de pensioenen, waar 90 procent van de bevolking tegen is. Wat niemand sinds de val van de Sovjet-Unie aangedurfd heeft, heeft Poetin bij decreet de pensioengerechtigde leeftijd van mannen gebracht van 60 naar 65 jaar en van vrouwen van 55 naar 60 jaar. Meer dan de helft van de gepensioneerden blijft gemiddeld nog 5 jaar werken om hun pensioen aan te vullen. Voor de armste Russen - en dat zijn er heel wat - is de samenvoeging van een salaris en een pensioen bittere noodzaak om te overleven.

De situatie van Poetin is niet rampzalig, maar zijn populariteit ligt nu op hetzelfde niveau als in 2013 vlak voor de annexatie van de Krim. Gewonnen oorlogen brengen bij bevolkingen altijd een groot enthousiasme te weeg. Maar Poetin heeft geen tweede Krim in voorraad Of moeten de oplopende spanningen tussen Rusland en de Oekraïne in dit licht bekeken worden, nu Poetin ook heeft verklaard dat Russische huursoldaten het recht hebben overal ter wereld hun diensten aan te bieden? Een andere indicatie van ontevredenheid is het toenemend gebrek aan vertrouwen in de pro-Russische media, terwijl dat in de websites van internet juist toeneemt.

 

Het slechte humeur van de bevolking manifesteert zich ook in de regio’s. Het mandaat van vier door het Kremlin gesteunde gouverneurs in de Primorié en Khabarovsk, in het Russische Verre Oosten, in Vladimir in het centrum van Rusland en in Chakassië in Siberië is door de kiezers niet verlengd. Dat is natuurlijk een proteststem. In de tweede ronde verdubbelt het aantal stemmen. Elke mogelijkheid om hun ontevredenheid uit te drukken, wordt door de Russen gepakt zelfs als dat geen enkel gevolg heeft, want alles wordt door het Kremlin in het werk gesteld dat deze ontevredenheid zich niet transformeert in een beweging van ’ gele hesjes’ Het spookbeeld van manifestaties toch al zeer ingeperkt in Rusland heeft gedeputeerden er toe gebracht de wetgeving flink te versterken: "Het betrekken van een minderjarige bij een niet geautoriseerd evenement, een meeting, een manifestatie, een optocht...." kan bestraft worden met een boete van 30.000 tot 50.000 roebel en 15 dagen gevangenisstraf.

 

Het officieel bevriende Staatshoofd, de grote graaier en moordenaar Poetin wordt geconfronteerd met dalende populariteitscijfers. Daar mag je je over verheugen maar wees gewaarschuwd dat - zover is het nu nog niet - dat een in het nauw gebracht kat rare sprongen kan maken.

 

Spanje, fascisme en feminisme

 

De rechts-extremistische, beter gezegd fascistische partij Vox opgericht door hen die terugverlangen naar het fascistische Franco-regime, haalde bij de op 2 december 2018 gehouden regionale verkiezingen 11 % van de uitgebrachte stemmen, d.w.z. 12 van de 109 zetels in het Andalusische parlement, die met de zetels van de rechtse partij PP en de centrum-rechtse partij, Ciudadanos een absolute meerderheid voor rechts in het Andalusische parlement opleveren.

De PP en de Ciudadanos die hopen eindelijk de macht van de Socialistische Partij in Andalusië over te nemen, moeten dan wel voldoen aan de eis van Vox: af zien van het punt in hun programma "het op een passende manier financieren van de strijd tegen door vrouwen ondergane gewelddadigheden". Het is goed te weten dat in Spanje gewelddadigheden tegen vrouwen nog steeds dagelijkse kost is.

De president van Vox wil geen "ideologische wetten die vrouwen niet beschermen en mannen vervolgen omdat ze man zijn". Omdat hij hier een discriminatie van mannen in ziet, wil hij dat men spreekt van "geweld binnen de familie". "Wij hebben heel wat te zeggen en dat gaan we ook doen" heeft de president van Vox, Santiago Abascal, verkondigd en eist van de partijen die Andalusië willen regeren een getekend, geschreven en gedetailleerd akkoord waarin rekening wordt gehouden met het programma van Vox. De PP die na 36 jaar onafgebroken socialistisch bewind in Andalusië voor de eerste keer aan de macht hoopt te komen, schijnt duidelijk bereid te zijn om zich met Vox die vooral zijn meest conservatieve kiezers aanspreekt, te verbinden. Zijn chef, Pablo Casado, heeft op 4 december 2018 laten weten dat hij bereid is de hulp aan slachtoffers van huiselijk geweld ook aan mannen toe te kennen. Reactie van Santiago Abascal: "Een goed begin".

 

De twee partijen hebben op 8 januari een eerste gezamenlijke werkdag gehouden. De PP die hoopte op 16 januari hun kandidaat Juan Manuel Moreno als president te kunnen installeren, moet geduld oefenen want de onderhandelingen kunnen verscheidene weken in beslag nemen. Voor Ciudadanos ligt het heel wat moeilijker. Deze centrum-rechtse formatie wenst in geen geval samen met Vox op de foto te komen uit angst de steun van rechts- liberale partijen te verliezen op een half jaar van de Europese parlementsverkiezingen. De algemeen secretaris van Ciudadanos, José Manuel Villegas, heeft laten weten dat hij over geen "enkele maatregel" wil onderhandelen dan die met de PP eind december overeengekomen zijn.

 

Het voorstel van Vox heeft tot grote protesten geleid in Spanje, waar de strijd tegen seksistisch geweld een nationale zaak is. Spanje, waar nog altijd seksistisch geweld hoogtij viert, is een pionier op het gebied van geweld tegen vrouwen. Een onder de socialistische regering van José Luis Zapatero in 2004 aangenomen wet heeft het land instituties voor hulp aan slachtoffers en gespecialiseerde rechtbanken met burgerlijke en strafrechtelijke bevoegdheden gegeven. Deze maatregelen werden in 2017 nog eens door alle partijen bekrachtigd met uitzondering van het radicaal- linkse Podemos voor wie de maatregelen niet ver genoeg gingen. "Er bestaat in de hele wereld geweld en minachting voor vrouwen en meisjes dat machisme en patriarchaat heet. Niemand kan deze realiteit ontkennen," twitterde Carmen Calvo, vice-presidente van de socialistische regering van Pedro Sanchez die bestaat uit17 ministers waarvan 11 vrouwen, en voegde daaraan toe: "Daar valt niet over te discussiëren, wij houden daaraan vast."

 

Vox verzet zich ook tegen wetten inzake historische gedenkwaardigheden, die volgens Vox "een ideologische visie van de historie geven" en ook inzake het homohuwelijk, het recht op abortus...

Vox eist ook het uitzetten van clandestiene migranten en een levenslang verbod om hun verblijf te regulariseren. Volgens verscheidene nationale peilingen heeft deze fascistische formatie de wind mee en kunnen we flinke resultaten verwachten bij de gemeentelijke, regionale en Europese verkiezingen op 26 mei en bij mogelijke vervroegde nationale parlementsverkiezingen in de komende herfst. In een enquête van het dagblad El Mundo werd Vox op 1 januari 2019 gecrediteerd met 12,9% van de stemgerechtigden hetgeen betekent dat Vox een beslissende stem heeft voor de formatie van een conservatieve regering. Maar een andere peiling door het Centrum van Sociologische Studies (CIS) gaf drie dagen later Vox slechts 3,7% van de stemmen, niet meer dan 2% in oktober 201 vlak voor de verkiezingen in Andalusië. Wie het weet, mag het zeggen, maar wel is duidelijk dat het ook vrouwvijandig fascisme sinds de dood van Franco nog steeds springlevend is. Bij Andalusiërs die zeggen dat ze uit protest tegen de andere door schandalen geteisterde partijen op Vox gestemd hebben kunnen zich afvragen hoe het met hun geestelijke gezondheid gesteld is.