Een reactie op Frans Couwenbergh

Civis Mundi Digitaal #81

door Machteld Roede

Reactie op: Frans Couwenbergh, Reactie op "Machtige vrouwen" van Machteld Roede

Humanosoof Frans Couwenbergh reageerde op mijn bijdrage Machtige Vrouwen (Civis Mundi # 79) met het verrassend betoog dat de hoge status van de vrouwen van heel wat oudere datum moet zijn dan de late steentijd. Hier enige kanttekeningen.

 

F.C. “Toen ….mensaap-populaties …zich aan een savanne-omgeving moesten aanpassen, waren het de mannen die hun groepjes tegen de roofdieren aldaar verdedigden met hun stenen, maar waren het de vrouwen die voor het eten en al het overige zorgden en schrapers en hakmessen vervaardigden met die stenen.”

 

De zo’n honderd jaar oude savanne theorie was louter speculatie, toch namen en nemen nog steeds velen de hypothese over als een vaststaand feit. Maar het geleidelijk twee- benig worden zal aanvankelijk vrij wankel zijn geweest. Zo vanuit de beschermende bossen een open vlakte met uiterst gevaarlijke grote roofdieren intrekken ligt dan niet zo voor de hand. Alistair Hardy kwam met de alternatieve Aquatic ape theorie, door Elaine Morgan uitvoerig verder uitgewerkt en uitgedragen. Een terugkeer in zee gaat echter wel erg ver; aannemelijker is een vochtig, begroeide strook langs rivieren als nieuwe habitat. De vooraanstaande paleoantropoloog Phillip Tobias zei al jaren terug in zijn openingsspeech op een internationaal antropologencongres dat hij de savanne theorie met een boog het raam uit had gegooid.

Het tijdpad wat Couwenbergh bewandelt is me niet duidelijk. Er moet veel tijd zijn verlopen tussen uit de bossen wegtrekken, vlot op twee benen kunnen lopen, de voorste ledematen anders gaan gebruiken, en met stenen gaan gooien. Gebruiksvoorwerpen als messen maken kwam weer veel later. Wie zegt dat alleen vrouwen die maakten? Ik vraag me af waarop Couwenbergh zijn stellige uitspraken over typisch vrouwen ontdekkingen, typisch vrouwen werktuigen op baseert.

 

F.C. “.. Waardoor dat van niets tot echt gebarentaal …..is gaan uitgroeien schrijf ik toe aan het gaan gebruiken van het vuur; ook weer een vrouwen-uitvinding, want het had met eten te maken”. Ik betwijfel dit. Hij zegt zelf nota bene iets verderop:  ” Wel twee miljoen jaar veranderde er nauwelijks wat, want waarom zou dat ook? Voor de vrouwen hoeven de dingen die werken, niet te veranderen. De paleo’s verbazen zich nog steeds over 2 miljoen jaar hetzelfde ontwerp vuistbijl (vrouwenwerktuig). “

 

Dus juist die conservatieve vrouwen deden de revolutionaire uitvinding hoe het vuur de baas te blijven? Hoewel zeker door het vuur het bereiden en bewaren van vlees verbeterde, lijkt me dit eerder secundair ontstaan. Vuurbeheersing hield de gevreesde roofdieren en lastige insecten op een afstand en maakte wonen in koude gebieden aangenamer. Niet typisch mannenwerk? Wanneer men het vuur meester werd is nog omstreden. Niet ieder specialist beschouwt zeer oude zwarte plekken al als resten van beheerste vuurhaarden.

 

F.C. “ De uren welke het kampvuur toevoegde aan hun dagen ……… (voordien moesten de aapmensen nog steeds tegen de valavond hun overnachtingsnest in de boomkruinen maken),.. hebben hun gebarencommunicatie met sprongen doen evolueren. Want het waren uren die zich alleen leenden voor communicatie.” 

 

Ook deze tijdspanne is vreemd. De verre voorouders die rond het kampvuur zaten waren al tijden geen aapmensen meer, maar worden tot genus Homo gerekend. En zeker keerde men ook lang daarvoor ’s avonds niet meer terug naar het bos om boomnesten te maken. Trouwens, de grijpfunctie van de voet was verloren gegaan, ooit zo handig bij het snel door de bomen klimmen. En zat men ‘s avonds wel uren rond het vuur? Ik denk eerder vroeg naar bed.

Het zich rond het vuur scharen gaf zeker een verschuiving in de sociale contacten, maar of hierdoor het gebruik van gebaren toenam? Ze waren daarvoor al onontbeerlijk tijdens het samen jagen, zo stil mogelijk om voor het wild onopgemerkt te blijven. Gebaren bleven in gebruik, zijn nu ook essentieel tijdens duiktochten. In Marokko is men geamuseerd wanneer ik hun gebaren voor ‘lekker’ of ‘mooi’ gebruik.

 

F.C. ”Rond 200.000 hadden sommige vrouwen…door het dansen/zingen van het Scheppingsverhaal zoveel neurologische controle gekregen over hun stem, dat zij met hun handen vol toch steeds beter woorden konden vormen, mede dankzij  de medeklinkers die, (mond)spier-gestuurd als ze zijn en die je dus wél bewust kunt gebruiken.

 

Wie zegt dat alleen de vrouwen dansten en zongen? Denk aan de dansende sjamaan, al in oeroude grotschilderingen afgebeeld. Nog steeds worden oeroude dansen alleen door mannen uitgevoerd, zoals de fysiek zware sacrale maskerdans van de Dogon in Mali. De Griekse rij dans was lang alleen voor mannen.

Het ontwikkelen van de spraak begon niet door een neurologische controle door zingen. Als bij alle zoogdieren zit bij de aan ons nauwverwante chimpansee het strottenhoofd hoog. Bij de vroegere mens maakte de rechte gang het echter mogelijk dat de larynx zakte, waardoor de stembanden anders gebruikt konden gaan worden en het vocale vermogen sterk toenam. De hooggeleerde KNO arts Jan Wind stelde op basis van de ontwikkeling van het strottenhoofd dat Neanderthalers nog niet gearticuleerd konden spreken. Onlangs is een relatie gelegd tussen de recente ontwikkeling van onze overbeet en het pas daardoor bepaalde zachte klinkers kunnen vormen.


F.C. “… een nieuwe, rijkere en constantere voedselniche werd bereikbaar: de waterwereld. Ze werden kustbewoners, mosselbankmensen. . “ En al die mensen dan die diep landinwaarts woonden, nooit tot aan een zeekust kwamen?

 

F.C. “de.. ontplofte  megavulkaan Toba… ramp heeft de vrouwen meer no nonsense  gemaakt, praktischer en minder conservatief. … Ze hebben ook hun mannen andere groepen laten weg jagen die…afkwamen  op ’hún’ mosselbank” 

 

Mij lijkt dat ook voordat die ramp plaats vond het dagelijks leven uiterst praktisch moet zijn geweest. Maar stel dat, waarom zouden ook niet de mannen hun leefwijze hebben aangepast? Wellicht waren de mosselbanken door het wijd verbreide vulkaanstof verstikt en was jagen meer dan ooit de grote noodzaak. En waren de stoere, onbevreesde jagers zulke watjes dat ze door het vrouwvolk aangezet moesten worden hun territorium te verdedigen? Elders in de dierenwereld toch algemeen een mannending.

Als vrouw waardeer ik het natuurlijk zeer dat een man alle eer aan de vroegere vrouwen geeft, maar eerder was er bij de strakke dichotomie in de taakverdeling - jagende en verdedigende mannen versus voedsel zoekende en bereidende vrouwen die voor de kinderen zorgden - geen macht hiërarchie; beide seksen waren gelijkwaardig onmisbaar voor de woongroep (bij nomadische bedoeïenen is dit patroon nog herkenbaar). Ook mannen hadden een essentieel aandeel in de economie door het mee naar huis brengen van vlees en vis.

 

F.C. “Oorlog maakt mannen belangrijk, zoals Marvin Harris zei. Vooral sinds het.. maximum van de laatste ijstijd , tussen 30.000 en 15.000 jg. ”.

 

Maar in het oude Mesopotamië hadden vrouwen nog vrijwel gelijke rechten, en veel later waren in Afrika eeuwenlang veel samenlevingen matriarchaal, de vrouwen namen de beslissingen. Dit werd helaas volkomen verstoord door de komst van de Europese kolonisatoren die dit systeem totaal niet herkenden, de mannen voor overleg bij zich riepen en bepaald taken opdroegen, en de vrouwen power stortte in. 

Ik blijf bij mijn stelling dat bij onze verre voorouders het grote verschil tussen mannen en vrouwen bestond door het onbegrepen, magische vrouwen geheim van maan gerelateerde bloedingen en het vermogen een nieuw leven te schenken. Het domesticeren van geit, schaap en varken begon pas rond 8000 jaar v.o.j., de koe rond 6000. Pas daardoor drong langzaam het besef door over het aandeel van de man bij de bevruchting. Dit past beter bij de het door historici vermelde feit dat in Mesopotamië pas laat, tussen 3500 en 2500 v.o.j,. de mannen dominantie ontwikkelde.

 

Ik ben geen paleontoloog; ik onderzocht vooral groei van de jeugd, ook een onderdeel van de fysische antropologie. Ik zou wensen dat een echte expert zich nog eens buigt over het de intrigerende uitspraken van Frans Couwenbergh.