De ruzie tussen de Filippijnen en Amerika: grote geopolitieke gevolgen

Civis Mundi Digitaal #94

door Jan de Boer

De voortdurende verslechtering van de relatie tussen de Verenigde Staten en de Filippijnen, historische bondgenoten, heeft op 11 februari jongstleden een nieuwe dimensie gekregen. Op die dag kondigde Manilla het einde aan van een uiterst belangrijk militair verdrag, dat in 1998 met Washington was gesloten.

President Rodrigo Duterte is een grillige en onberekenbare populistische leider. Zijn vulgaire en vrouwenhatende opmerkingen lijken op die van Donald Trump. Hij staat bekend als iemand die plotseling van mening kan veranderen, die bedreigingen aankondigt maar zonder dat die uitgevoerd worden. Als nu met het opzeggen van het militaire verdrag met Amerika Rodrigo Duterte voet bij stuk houdt – en dat lijkt er wel op – verandert het regionale strategische evenwicht, en dat kan grote geopolitieke gevolgen hebben. Sinds zijn verkiezing als president van de Filippijnen in Juni 2016 heeft Rodrigo Duerte steeds meer afstand van de Verenigde Staten, de vroegere kolonisator, genomen. Tegelijkertijd heeft hij zijn vaste wil getoond voor een toenadering tot China en heeft in dat kader voortdurend de consequenties van de toenemende militaire macht van China in de Zuid-Chinese Zee geminimaliseerd. De Filippijnen, China en andere landen in deze regio betwisten daar het bezit van en de controle over verscheidene atollen van de Spratley-eilanden. China heeft een paar van deze atollen veranderd in militaire bases, met vliegvelden en al, met als doel zo de uiterst belangrijke Oost-Aziatische handelsroute te controleren en een zeestrijdmacht van onderzeeërs vanuit ondergrondse bases op het vaste land van China ongezien en ongehinderd de Grote Oceaan op te kunnen laten varen.

De wil van Duterte om het militaire pact, de Visiting Forces Agreement (VFA) op te zeggen, maakt deel uit van de regionale militaire krachtsinspanningen waarvan de ontwikkelingen een bron van onrust zijn voor de Verenigde Staten. Het verdrag garandeert de organisatie van jaarlijkse gezamenlijke militaire oefeningen van het Filippijnse en Amerikaanse leger en de opzegging van het VFA kan dit tenietdoen. De beslissing van de Fillippijnse president is naar mijn idee een stevig antwoord op recente Amerikaanse beslissingen, met name tegen personen uit de directe omgeving van Duterte. Begin januari dit jaar nam de Amerikaanse senaat een resolutie aan die de Filippijnse regering veroordeelde voor zijn gewelddadige en blinde campagne tegen drugs. Volgens organisaties ter verdediging van de rechten van de mens heeft deze campagne in drie en een half jaar twaalf duizend doden tot gevolg gehad, merendeels kleine straatdealers. Ik schreef hierover reeds meer dan een jaar geleden een paar artikelen. Recentelijk weigerde de Amerikaanse ambassade in Manilla de afgifte van een visum voor de senator Ronald Dela Rosa, chef van de politie in de jaren 2016-2018 en architect van deze « oorlog » tegen de handel in drugs. De Filippijnse regering interpreteerde deze beslissingen als « een aanslag op onze soevereiniteit en gebrek aan respect voor ons juridisch systeem ».

Het militaire verdrag tussen Manilla en Washington blijft nog 124 dagen geldig, maar de Fillippijnen willen geen onderhandelingen meer voeren over een verlenging ervan. President Rodrigo Duterte: » Wij beantwoorden geen enkel initiatief van de Verenigde Staten om de overeenkomst te redden ». Toch blijven beide landen vooralsnog verbonden door een in 1951 gesloten militair verdrag dat een wederzijdse verdediging in geval van agressie door een derde land insluit. Rodrigo Duterte zei op 10 februari jongstleden dat Washington altijd profiteert van de gezamenlijke Filippijns-Amerikaanse oefeningen. Duterte: « Als zij vertrekken laten ze voor ons geen enkel wapen achter. » En hij vervolgde met « De Chinezen doen ons geen kwaad als wij dat ook niet tegen hun doen ». En hij gokt daarbij ook op financiële steun van China.

De beslissing van Rodrigo Duterte is evenwel niet naar de zin van alle in Amerika opgeleide militaire verantwoordelijken in de Filippijnen, en de aankondiging van het einde van de VFA zou een bron kunnen worden van interne spanningen. Bij zijn benoeming begin februari tot hoofd van de zeestrijdmacht beloofde Giovanni Carlo Bacordo dat de Filippijnse vloot in de Zuid-Chinese Zee trots de Filippijnse vlag zal voeren. Sommige analisten zien hierin een teken van steun aan de Amerikanen en een verzet tegen deze laatste gril van President Duterte. Wie het weet, mag het zeggen. Hoe dan ook, de Filippijnse militaire steun voor Amerika valt weg en is er meer toenadering tussen de Filippijnen en China – tot grote voldoening van Xi Jinping. Dat zal in deze belangrijke regio grote geopolitieke gevolgen hebben.