Civis Mundi Digitaal #134
De crisis in Israël: een waarschuwing voor alle democratieën
Vijfenzestig jaar na de stichting van de staat Israël – als alle theocratische staten gekenmerkt door een zeker gebrek aan democratie – wordt hij onderworpen aan sterk anti-democratische krachten. Benjamin Netanyahu en zijn coalitieregering zijn voorstanders van een juridische hervorming die de scheiding der machten afschaft, justitie aan banden legt en de regeringscoalitie tot enige scheidsrechter inzake politieke en juridische beslissingen maakt. Soortgelijke processen zien wij ook elders, zoals in Hongarije. Maar in Israël worden zodanige antidemocratische maatregelen getroffen dat zij aan verschillende extremistische religieuze groeperingen de mogelijkheid bieden het land te regeren naar de maatstaf van de oude Bijbelse wet, of ten minste naar de maatstaf van een mengeling van moderne en oude wetten. Omdat ik ervan uitga dat de democratie een collectieve verworvenheid is en haar successen en vergissingen ook ons aangaan, wil ik hetgeen in Israël plaatsvindt, vertalen in waarschuwingen voor de vrije wereld, voor alle democratieën.
De eerste waarschuwing is het meest vanzelfsprekend. Democratie is zeer kwetsbaar en in bepaalde omstandigheden kunnen burgers een voorkeur hebben voor een autoritair regime. We kunnen er niet meer zomaar van uitgaan dat burgers altijd het regime prefereren dat de « demos » vertegenwoordigt, vooral als dat regime ernstige tekortkomingen toont. Maar in het geval van Israël is het nog verwarrender en verontrustender: het suggereert dat de democratie slachtoffer kan worden van één van haar belangrijkste deugden: tolerantie. In Israël is het inderdaad zo dat religieuze extremistische gemeenschappen zich in de schaduw van de tolerantie hebben kunnen ontplooien. Zij hebben een nieuwe visie op de wereld kunnen uitdragen die het heilige boven de politiek stelt, de heilsbelofte boven de herrie van het pluralisme en de geestelijke verlossing boven economische stabiliteit. In 2022 liet een opinieonderzoek van het « Israel Democracy Institute » zien dat 49% van de Israëlische joden van oordeel was dat joden in hun land meer rechten zouden moeten hebben dan niet-joden. Bovendien was 43% van mening dat het joodse karakter van de staat moet domineren; voor slechts 26% was het democratische aspect het belangrijkste.
Deze heroriëntering van de helft van de burgers richting een religieuze en identiteitspolitiek ging gepaard met sterke politieke polarisatie. Debat en meningsverschillen horen bij democratie, maar polarisatie betekent niet dat beide kampen elkaar volledig moeten verfoeien, elkaar naar het leven moeten staan, elkaar illegitiem moeten verklaren. Daarmee wordt naar mijn mening een democratisch principe de nek omgedraaid: een politieke cultuur gebaseerd op een gezonde concurrentie van ideeën en de weigering in de tegenstander een vijand te zien.
De tweede les die wij hieruit kunnen trekken betreft links en de religie. In Israël oefent religie een uitgebreide politieke macht uit. Zij bepaalt heel wat aspecten in de publieke ruimte, zij is het juridische referentiekader voor wetten aangaande het burgerlijke statuut van personen en zij houdt zich bezig met een belangrijk deel van het onderwijs. Door religie aan de staat te koppelen, heeft de Israëlische democratie het sleutelmechanisme verlaten voor het verzekeren van de capaciteit van de staat om alle sociale groeperingen te vertegenwoordigen en in geval van een conflict als scheidsrechter op te treden. Misschien doordat Israël nooit een universele roeping heeft gehad heeft Israëlisch liberaal-links geen enkele moeite gehad om het Amerikaanse naast-elkaar-bestaan van verschillende culturen in het land te adopteren. Zij heeft zo de ultra-orthodoxe religieuzen – die zoveel domeinen van het publieke leven beheersen – als een minderheid beschouwd die bescherming nodig had. De stilte van links komt uit deze tolerantie voort. Heel veel Israëlische filosofen, politici en juristen hebben het « gelukkige huwelijk » tussen religie en de staat verdedigd en loofden deze joodse uitzondering. Zelfs als men ermee akkoord zou gaan dat dit volk op geen enkel ander volk lijkt, hebben alle mensen die het idee van het huwelijk tussen judaïsme en democratie verdedigd hebben en nu nog verdedigen ingestemd met een klip en klare tegenstrijdigheid: de orthodoxe religieuze stroming kan geen ideologie zijn met als doel uitgebreide groepen personen (met name vrouwen) te controleren en tezelfdertijd vreugde te beleven aan de aan religieuze minderheden toegekende rechten om hen tegen de (religieuze) meerderheid te beschermen. Deze intellectuelen zijn wat de Britse filosoof Karl Popper noemde « de paradox van de tolerantie » vergeten: in een maatschappij die tolerantie zonder grenzen praktiseert, zal de tolerantie uiteindelijk weggevaagd worden door intolerantie. Of in de woorden van Popper: « Om een tolerante maatschappij in stand te houden, moet de maatschappij intolerant zijn tegenover intolerantie. »
De derde waarschuwing betreft de radicalisering van politiek rechts. Er is al zo’n ernstige radicalisering in de Verenigde Staten dat veel mensen denken dat een groot deel van de Republikeinse Partij niet langer de elementaire principes van de democratie onderschrijft. De transformatie van rechts in een tegelijkertijd protofascistisch en anarchistisch extreem-rechts in de Verenigde Staten en Israël heeft niet van de ene op de andere dag plaatsgevonden. Zij heeft zich langzaam ontwikkeld door de accumulatie van minuscule gaten in de democratische normen van toespraken en gedragingen. Israëlisch links is hier deels verantwoordelijk voor door met alle kracht het politieke centrum te willen benaderen. Ook is deze radicalisering mogelijk gemaakt door het verwoede werk van door het grootkapitaal gefinancierde financiële groepen. Zo is bekend geworden dat het « Kohelet forum » en het « Israel Law and Libery Forum » (gefinancierd door het « Tikvah Fund », een organisatie met haar basis in de Verenigde Staten), beide ultra-conservatieve denktanks, aan de oorsprong liggen van de door de regering van Netanyahu gewilde anti-democratische juridische hervorming. Het « Kohelet forum » wordt gefinancierd door twee Amerikaanse miljardairs, Jeff Yass en Arthur Dantchik. Hun doel is het extreem liberale dogma dat zich in de Verenigde Staten radicaal verzet tegen alles wat sociale bescherming is, in Israël te promoten. Deze twee miljardairs onderscheiden zich in geen enkel opzicht van protestantse, katholieke en mohammedaanse miljardairs die waar ook ter wereld hun anti-democratische programma proberen op te dringen via de media, NGO’s, publicaties… Deze miljardairs, die grotendeels in het duister opereren, smeden allianties tussen kapitaal en religieus radicalisme om zo de burgerlijke samenleving naar vormen van anti-democratisch protofascisme te laten doorslaan. Hun rol en aanwezigheid moeten voortdurend aan de kaak gesteld worden.
Nog een vierde waarschuwing, wellicht subtieler dan de vorige waarschuwingen. De Europese socialistische joden die Israël hebben gesticht, praktiseerden een vorm van oriëntalisme: joden afkomstig uit de Arabische landen – de « mizrahim » die in de jaren 1950 in Israël arriveerden – waren slachtoffer van culturele en economische discriminatie. Zij zochten hun toevlucht in de rechtse partij « Herout », geleid door Menahem Begin (1913-1992) die erin slaagde hun hun waardigheid, hun fierheid terug te geven. Ondanks zijn terroristische verleden vertegenwoordigde Begin een politiek rechts dat de rechtsstaat respecteerde en het bewaren van de eenheid van de natie nastreefde. Maar toen Netanyahu eind jaren 1980 op het politieke toneel verscheen, heeft hij « Likud » volledig omgebouwd tot een populistische partij met een fikse vleug racisme en klaarstaand om de legitimiteit van de instituties, die hij geacht werd te vertegenwoordigen, ter discussie te stellen. Likud volgde Herout op en de mizrahim bleven Likud trouw. Likud is erin geslaagd hun gevoel van verbittering jegens de « elites » te voeden, met des te meer gemak doordat de ongelijkheden onder invloed van de mondialisering groter werden.
De ultra-orthodoxe partij « Shass » – gecreëerd in 1984 – heeft hun bekering tot het rechts-extreme populisme versterkt. Als partner in het merendeel van de coalities van rechts met Likud heeft deze partij de anti-democratische krachten geherbergd die nu victorie kraaien. Deze krachten worden gevoed door wrok tegen de vermeende « elites », ook tegen diegenen die vandaag de dag in de straten defileren en daar de rechtsstaat verdedigen.
In democratieën krijgt men altijd op één of ander moment de rekening van ongelijkheden gepresenteerd. Herhaalde vernederingen hebben hetzelfde effect op groepen en individuen: zij geven er de voorkeur aan het schip tot zinken te brengen als dat het mogelijk maakt om wonden uit het verleden te wreken en zo, al is het maar een moment, hun waardigheid, hun fierheid te heroveren.
Vier waarschuwingen voor de vrije wereld, voor alle democratieën: laat men deze niet in de wind slaan.
Geschreven in mei 2023