Kapitalisme en democratie: wat ging er mis?

Civis Mundi Digitaal #136

door Herman Hümmels

Bespreking van Martin Wolf, De crisis van het democratisch kapitalisme. Het Spectrum, 2023.

 

Martin Wolf is een Brits journalist. Hij is sinds 1996 Chief Economics Commentator bij de Financial Times en sinds 1999 fellow van het World Economic Forum in Davos. Hij is tevens een vaste aanwezige op de Bilderbergconferenties.

Het boek
Dit lijvige boek kent vier delen: Over kapitalisme en democratie; Wat ging er mis; De vernieuwing van het democratisch kapitalisme; en Kantelpunt van de geschiedenis.

Wolf ziet “een verschuiving van de liberale democratie naar een bestuursvorm die sommigen ‘niet-liberale democratie’ hebben genoemd, maar die misschien beter kan worden omschreven als ‘demagogische autocratie’.” (p15) Hij ziet de gelijkenis tussen Poetins wens om het Russische Rijk met geweld te herstellen en Hitlers wens om de Duitstalige volkeren onder zijn totalitaire bewind te verenigen. “Het motto van dit boek is ‘Alles met mate’, zoals de oude Grieken zeiden. De gezondheid van de samenleving is afhankelijk van het delicate evenwicht tussen economie en politiek, individu en collectief, nationaal en mondiaal.” (p17)

Democratie en kapitalisme
Met ‘democratie’ bedoelt Wolf ‘liberale democratie’ die gekenmerkt wordt door vier elementen die ieder noodzakelijk zijn en collectief voldoende: vrije en eerlijke verkiezingen; actieve deelname van de burgers aan het staatsburgerlijk leven; bescherming van de burger- en mensenrechten van alle burgers in gelijke mate; een rechtsstaat die voor alle burgers in gelijke mate geldt.
Met ‘kapitalisme’ bedoelt Wolf “een economie waarin markten, concurrentie, privaat economisch initiatief en privaat eigendom een centrale rol spelen. Dit is ‘marktkapitalisme’. [...] Zonder rechtsstaat kan er geen sprake zijn van marktkapitalisme, alleen maar van diefstal. [...] Kapitalisme is nooit volledig nationaal. [...] In engere zin versta ik onder marktkapitalisme de vorm die de afgelopen zeventig jaar is ontstaan, in het bijzonder in de afgelopen veertig jaar, die kort gezegd te omschrijven is als globalisering.” (p26)

Symbiotische relatie
Markteconomie en liberale democratie zijn complementaire tegenpolen. Hun gezamenlijke doel is: mensen voorzien in de middelen die nodig zijn voor hun voortbestaan. In de loop van de tijd hebben zich twee belangrijke revoluties voorgedaan: de eerste was die van de economie van de jager-verzamelaar naar de agrarische samenleving, de tweede was de veel snellere transformatie naar de industriële maatschappij. Na de komst van de markteconomie gingen mensen pleiten voor algemeen kiesrecht, beide berusten op dezelfde filosofische waarden: een hang naar het gelijkheidsideaal, vrijheid van het individu en de seculiere staat.
Toch gaat het om een moeilijk huwelijk: het democratisch kapitalisme is kwetsbaar.

Wolf beschrijft de verschuivingen van de balans "tussen markt en overheid, van laissez-faire naar egalitarisme en interventionisme en weer terug naar vrijere markten, door tegenstanders neoliberalisme genoemd, en tenslotte naar iets meer interventionisme.” (p77)
Hij concludeert aan het einde van het eerste deel:

  1. Democratie en kapitalisme zijn de laatste tweehonderd jaar tot volle wasdom gekomen.
  2. Het marktkapitalisme is grensoverschrijdend.
  3. De perioden van het opbloeien van het mondiaal kapitalisme en de periode van verdere democratisering vielen samen.
  4. De economie was niet de enige factor ten gunste van de democratisering.
  5. Het internationale kapitalisme leidde tot grote economische en sociale ontwrichtingen.
  6. Vrijemarkteconomieën gaan samen met democratie.
  7. De huidige toestand van de westerse liberale democratie is zeer zorgwekkend.

 

Wat er mis ging

“Het vertrouwen in de democratische instituties, de mondiale markteconomie en de politieke en maatschappelijke bovenlaag is de laatste decennia afgenomen.” (p106) Vooral de positie van de mensen met middeninkomens is verslechterd, met name na de financiële crisis. Juist binnen deze groep is de statusangst het grootst. Ze wijzen echter herverdeling af, omdat ze wel iets te verdedigen hebben. Culturele aangelegenheden als nationaliteit, etniciteit en godsdienst winnen aan belang naarmate de economische status gevaar loopt. Aan de hand van allerlei statistieken laat Wolf zien hoe de economie zich vooral tegen de laagopgeleiden keerde en hoe crises de economie destabiliseerden. Daar staat tegenover dat rijkdom een bron van macht is. Het gevaar voor plutocratie dreigt. De financiële crisis en de nasleep ervan is een belangrijke oorzaak voor het verergeren van migratiestromen waar demagogische en nationalistische volksmenners van populistische partijen gebruikmaken door xenofobie aan te wakkeren.

Groei
“We kunnen de productiviteit opschroeven bij diensten die we in ‘bits’ kunnen omzetten. Maar dat kunnen we niet bij diensten waar het om face-to-face-interactie gaat.” (p147) Er zijn geen innovaties in zicht “die tot een explosie van goedbetaalde banen voor minder hooggeschoolden zouden kunnen leiden. [...] Het is moeilijk om de productiviteit in die sector te verhogen. [...] Samen met de liberalisering van de arbeidsmarkt en afname van het aantal fabrieksarbeiders zorgt dit voor de groei van wat de Britse econoom Guy Standing het precariaat heeft gedoopt” (p148) 

Mondialisering
Door de complexiteit is niet precies te zeggen wat de impact van de globalisering is.

  1. We kunnen wel zeggen dat de wereldhandel weinig invloed heeft gehad op de maatschappelijke ongelijkheid en de werkgelegenheid.
  2. China bracht wel degelijk een soort aardschok teweeg in de VS in de jaren 2000.
  3. Door de technologische ontwikkeling is de vraag naar hoogopgeleide en vooral academisch gevormd personeel toegenomen.
  4. De verschillen in inkomensongelijkheid en het beleid om de ongelijkheid te verminderen verschilt sterk tussen de landen met een open economie.

 

Handelsbetrekkingen
“De impliciete aanname dat een handelsdeal goed is als het land uiteindelijk meer verkoopt aan een bepaalde partner dan het koopt, en visa versa. Daar klopt niets van.” (p169)

  1. Er is niets mis met een handelstekort, mits het betreffende land de leningen kan betalen.
  2. Als landen hun leningen niet kunnen betalen, dan is de enige oplossing dat landen met een tekort dan wel een overschot, hun productie en uitgaven aanpassen.
  3. Het gaat bij het algemene handelsbeleid om het geven van marktsignalen waardoor miljarden personen en tienduizenden bedrijven kunnen beslissen waar en hoe zij hun inkomen verdienen en uitgeven.
  4. De focus op bilaterale omstandigheden zal het algemene evenwicht niet verbeteren.

 

Rentenierseconomie
Een gevaarlijke tendens is de exploitatie van de macht (zoals de politieke macht). Dit heeft veel kanten: “financialisering, (wan)bestuur van ondernemingen, winner-takes-all-markten, extra opbrengsten dankzij agglomeratie, zwakke concurrentie, belastingontwijking en -ontduiking, winstbejag en erosie van ethische normen. [...] De aanname bij de liberalisering was dat het vrijelijk najagen van eigenbelang op zichzelf voldoende is. Dat is niet zo.” (p170)

Populisme
Het is niet één terrein (de economie) waarover de kiezers van mening verschillen, maar tegenwoordig zijn er de terreinen ‘nationale identiteit’ en ‘sociaal-culturele waarden’ bij gekomen. Vervolgens is het riskant als de macht veroverd wordt door een despoot die er zich op beroept de stem van het volk te vertegenwoordigen.
Hoe herken je een despoot-in-de-dop? “Er zijn vier signalen: afwijzing van of althans weinig respect voor de democratische spelregels; ontkenning van de legitimiteit van politieke tegenstanders; het tolereren en aanmoedigen van geweld; en de bereidheid tot het inperken van de burgerlijke vrijheden van tegenstanders, de media incluis. Daarnaast is er de vraag hoe zo’n gekozen autoritaire denker zijn doel van ongebreidelde en absolute macht nastreeft. Hij ondermijnt ten eerste het gezag van de scheidsrechters, [...] hij werpt belemmeringen op voor zijn tegenstanders en alle potentieel onafhankelijke personen en organisaties, [... hij] zal pogingen doen om de grondwet of kieswet te wijzigen, [...] hij zal een crisis uitbuiten of zelfs creëren." (p203)

Pluto-populisme
Hoe kan het dat een partij die de financiële belangen van de bovenste 0,1 procent van de inkomensverdeling verdedigt, de macht wint en behoudt in een land met algemeen kiesrecht? “Het antwoord is: pluto-populisme.” (p222) Dit gebeurde door de verkiezing van Donald Trump in de VS. De strategie die gevolgd werd, kent drie elementen:

  1. intellectuelen beweerden dat de welvaart zal doordruppelen naar de massa van de bevolking (aanbodeconomie);
  2. veel tam tam maken van de verschillen tussen etnische en culturele verschillen;
  3. en dat mensen zichzelf vooral moesten zien als wit, anti-homo of christelijk; hun financiële toestand moest politiek van ondergeschikt belang gezien worden.

 

Vernieuwing van het democratisch kapitalisme
Wolf pleit in het derde deel van het boek voor vernieuwing van het democratisch kapitalisme: “Niemand pleit voor een centraal geleide economie zonder ten minste enige afhankelijkheid van marktwerking en privaat bezit van productieve activa. Maar welk soort kapitalisme heeft gewonnen? Deze vraag rijst op twee niveaus. Ten eerste, is het wat Milanovic ‘liberaal kapitalisme’ noemt en ik ‘democratisch kapitalisme’ of is het wat hij ‘politiek kapitalisme’ en ik ‘autoritair kapitalisme’? Ten tweede, moet het een dynamisch kapitalisme zijn of een protectionistisch en gemanipuleerd kapitalisme ? [...] We kunnen er niet van uitgaan dat het democratisch kapitalisme – het verbond van complementaire tegenstellingen waarop de hedendaagse westerse samenleving is gebouwd – zal gedijen.” (p239) Wolf pleit voor een hervorming, niet voor een revolutie.

Nieuwe New Deal
De nieuwe New Deal moet in elk geval de volgende uitgangpangspunten hebben:

  1. Een stijgende, breed gedeelde en duurzame levensstandaard.
  2. Goede banen voor degenen die kunnen en willen werken.
  3. Gelijke kansen.
  4. Economische zekerheid.
  5. Beëindiging van speciale voorrechten voor een enkeling.

 

Nieuwe democratie
Een democratie is: “Van het volk, door het volk en voor het volk.” (Abraham Lincoln) De democratie is het volgens Wolf waard om verdedigd te worden. Dit begint bij het eerherstel van het staatsburgerschap. “Burgerschap moet drie aspecten in zich bergen: zorg voor de kans van de medeburgers op een vervuld leven; de wens om een economie te creëren die burgers in staat stelt zich op deze wijze te ontplooien; en bovenal loyaliteit aan de democratische politieke en juridische instituties en de waarden van open debat en wederzijdse tolerantie die daaraan ten grondslag liggen.” (p410) De staat heeft als eerste taak de zorg voor het welzijn van haar burgers. Wolf noemt tien zaken die ervoor zorgen dat dit op orde is:

  1. Iedere burger moet de redelijke mogelijkheid hebben een opleiding te volgen die hem in staat stelt zo volledig mogelijk deel te nemen aan het leven in een moderne, hoogopgeleide economie.
  2. Iedere burger moet voldoende beschermd zijn om zich te ontplooien, zelfs als hij gebukt gaat onder het ongeluk van ziekte, invaliditeit of andere tegenslagen.
  3. Iedere burger moet voldoende beschermd zijn tegen lichamelijke en geestelijke mishandeling.
  4. Iedere burger moet kunnen samenwerken met andere werknemers om hun collectieve rechten te beschermen.
  5. Iedere burger, en zeker een succesvolle, kan er op wachten dat hij voldoende belasting moet betalen om een dergelijke maatschappij in stand te houden.
  6. Zij die ondernemingen leiden moeten begrijpen dat zij verplichtingen hebben jegens de samenleving die hun bestaan mogelijk maakt.
  7. Burgers hebben het recht te beslissen wie in hun land mag komen werken en wie de plichten en rechten van het burgerschap met hen mag delen.
  8. De politiek moet vatbaar zijn voor de invloed van alle burgers, niet alleen van de rijken.
  9. Het beleid moet gericht zijn op het creëren en onderhouden van een krachtige middenklasse, terwijl er een vangnet is voor iedereen.
  10. Alle burgers, ongeacht hun ras, etniciteit, godsdienst of geslacht, hebben recht op gelijke behandeling door de staat en de wet.

 

Conclusie

Martin Wolf heeft een krachtig document geschreven dat via grondige analyses niet alleen komt tot aanbevelingen, maar ook tot duidelijke kaders waaraan de nieuwe democratie moet voldoen. Het boek gaat meer om de hervorming van de democratie dan dat het om kapitalisme gaat. Het betoog van Wolf gaat meer om welzijn en niet alleen om economie.