Een volgende stap voor Europa?

Civis Mundi Digitaal #16

door H.C. Blauwkuip

Een volgende stap voor Europa?

 

H.C. Blauwkuip MSc*

 

Van politieke constructie naar organisch geheel

Nu, begin 2013, staat Europa voor een volgende stap in zijn ontwikkeling. Deze zal niet lang uitblijven, naar ik hoop. Daarvoor is nodig dat Europa zijn doelstelling verandert van ‘Eenheid’ naar ‘Geheel’. Van constructie naar levend geheel, van geraamte naar organisme met vlees en bloed. Van voornamelijk achter feiten aanlopen, naar meer anticiperen en vooruitdenken.

Het beeld van ‘Europees Huis met meerdere woningen’ voldoet niet langer, het is te statisch. Een metamorfose in het denken over Europa is noodzakelijk. Metamorfoses komen voor in de levende wereld; denk aan het kikkervisje dat kikker wordt. De kikker kan nog altijd zwemmen, maar ook de oever op en af springen.

Een geheel is van hoger orde, dan één of alle van zijn delen. Het menselijk lichaam is meer dan zijn hart en ook meer dan al zijn organen, zintuigen en ledematen bij elkaar.

Het lichaam acht ik echter geen goede metafoor voor Europa. Behalve misschien met de constatering: De fase in Europa’s ontwikkeling van zich voortbewegen op handen en voeten loopt nu ten einde; het wordt tijd op te staan en lopend verder te gaan.

In 1970 gaf de Club van Rome opdracht aan een hoogleraar van M.I.T.  een toekomst-verkenning uit te voeren betreffende de economische wereldvooruitzichten. Het credo van de Club van Rome is: ‘Longterm thinking, Global thinking and Holistic thinking’.

Dennis Meadows met een multidisciplinair team van achttien wetenschappers volbracht dit onderzoek in twee jaar tijd. Het rapport ‘The limits to Growth’ verscheen in 1972; het bracht een geweldige schok teweeg in grote delen van de wereld. In 30 talen werd het vertaald, wereldwijd werden er ruim twaalf miljoen exemplaren verkocht. De inhoud verdween niet uit de aandacht.

In 1983 gaf  Secretaris-generaal van de V.N. opdracht aan Gro Harlem Brundtland  

‘A global agenda for change’ te formuleren. Deze resulteerde in 1987 in het rapport

‘Our Common Future’. De kern daarvan was:  ‘Sustainable development’. Het woord ‘sustainable ‘ laat zich in het Nederlands niet in één woord vertalen. Het woord ‘duurzaam’ is echter gangbaar geworden. ‘Duurzaam’ betreft het behouden en onderhouden voor de toekomst van datgene, dat wij vandaag het behouden waard vinden. Voorbeelden daarvan bieden de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten en de Vereniging tot behoud van waardevolle huizen Hendrick de Keyser; beide een lofwaardig streven. Voor innovaties op technologisch, sociaaleconomisch en cultureel terrein is in het begrip ‘duurzaam’ weinig aandacht. Het begrip ‘sustainable’  is omvattender en meer toekomstgericht dan het begrip ‘duurzaam’.

Ook besloot de V.N.  in 1988 tot oprichting van het ‘Intergovernmental  Panel on Climate Change ‘ (I.P.C.C.) ter evaluatie van de risico’s van klimaatverandering.

"The Limits to Growth’ ontmoette veel kritiek. Het werd opgevat als een voorspelling, in plaats van een verwachting.  Die verwachting was gebaseerd op bestaande feiten, contemporaine inzichten en politieke realiteiten van 1970. Ook was ‘computer modelling’  toen een nieuwe techniek en weinig bekend.

Ingezien dient te worden: ‘Een landkaart wordt nooit het landschap, maar bij een reis in een onbekend land is het wel een nuttig hulpmiddel’.

De Nederlandse regering laat tegenwoordig haar regeringsprogramma van te voren doorrekenen door het Centraal Plan Bureau (CPB). Deze vooruitberekeningen dienen te worden aangepast aan nieuwe realiteiten, naar mate de tijd voortschrijdt. ‘Computer modelling’  is sedert 1970 verder ontwikkeld en een veel gebruikte techniek geworden.

Deze zomer verscheen: "2052 - A Global Forecast for the Next Forty Years" van de hand van Jorgen Randers, hoogleraar aan een Noorse Business School.

Deze studie hanteert zowel ‘computer modelling’ als ook scenariotechniek. En richt zich op "Five Big Issues toward 2052".  Dit zijn:  Capitalism, Economic Growth, Slow Democracy, Generational Harmony and Stable Climate. Zeer lezenswaard zijn m.i. de hoofdstukken "The Nonmaterial Future to 2052" en "The Zeitgeist in 2052".

Het boek eindigt ermee om voor vijf bevolkingszones, de V.S., China, de OECD-landen minus de V.S. en twee andere zones, de ontwikkeling van vijftien factoren te schetsen vanaf 1970 tot 2050. Veertig jaren historie gevolgd door veertig jaar toekomstverwachting.

Toekomstverwachtingen voor de Europese Unie zitten dus verborgen, in die voor de ‘OECD-landen minus de V.S.’ en zullen zeker daarvan enigszins afwijken.

In mijn verbeelding zie ik een team van vier personen, de voorzitters van de Europese Commissie en het Europese Parlement en de presidenten van de Europese Centrale Bank en de Europese Raad, op bezoek gaan in het land dat geen deel uitmaakt van de Europese Unie, Noorwegen (ongebonden) voor een gesprek met professor Jorg Randers.

Zou zo dan, een lange termijn visie voor Europa gevormd kunnen worden?

"Ieder voor zich en God voor ons allen’ daartegenover staat ‘Met elkaar iets tot stand brengen, in teamwork’. Jongens en meisjes hebben de kans teamgeest te leren in sport en spel. Dat zal hen later van pas komen, wanneer zij voor de maatschappij een bijdrage zullen leveren.

Een aanvaardbare metafoor  voor de volgende stap van de Europese Unie lijkt mij:

‘Een voetbalelftal in competitie met tegenstanders als de V.S., als China en Anderen.’

Egoïstisch spel doet afbreuk aan wat bereikt had kunnen worden met samenspel. Gele kaarten blijken nodig te zijn om het spel, met inachtneming van de regels, te spelen. Wie een rode kaart krijgt, brengt een goed resultaat van het eigen team in gevaar. Onmisbaar onderdeel van spel en spelen is ‘Fair play’.

Het resultaat, dat tot nog toe met de ontwikkeling van Europa is behaald, is voor mij aanvaardbaar. Gecorrigeerd kan steeds worden, wat scheef groeide. Na de pioniersgeneratie en de opvolgers daarvan, treft de huidige generatie een veel moeilijker wereldsituatie aan dan haar voorgangers. Maar een reden om de huidige generatie te wantrouwen is er niet. Zij zal bezonnen verder gaan, omdat stilstand achteruitgang betekent, in een wereld die volop in beweging is. Wie moed heeft draagt positief bij in woord en daad aan de wording van Europa tot een volwassen organisch geheel.

 

Mijn kijk op de toekomst van de E.U.

Elke natie heeft een eigen aard, een soort nationaal DNA. Bedrijfsuitoefening heeft mij dit doen ervaren. ‘Portrait of Europe’ van Salvador de Madariaga is interessante lectuur.

De wording van ‘Europa’ wordt van binnenuit bepaald door deze DNA’s en van buitenaf door haar leefomgeving, Amerika, Afrika en Azië. Het loslaten van Nederlands Indië is een historisch voorbeeld van dat laatste. De immigratiepolitiek van de huidige E.U. zal  ‘unsustainable’ worden door druk van buiten.

Mijn opleiding is gedomineerd geweest door mechanisch denken, vaak in mono-causale toepassing c.q. reductie. Dit denken heeft een geweldige technologische ontwikkeling mogelijk gemaakt. Zodra  er zich echter een vraagstuk voordoet, waarin mensen zijn betrokken (zoals in de politiek) schiet deze denkdiscipline tekort. Mijn bedrijfspraktijk bracht dat onder mijn aandacht. Ook een z.g. maakbare wereld blijkt een hersenschim.

Mijn denken is later beïnvloed door de Oostenrijkse/Canadees Ludwig von Bertalanffy  met ‘GENERAL SYSTEMS THEORY, Foundations, Development, Applications’. In de ‘Club of Rome’ trof ik veel systeemdenkers aan.

Ook de Spaanse/Fransman Edgar Morin liet enige sporen na in mijn denken met  zijn boek ‘Introduction á la pensée complexe’.

Als beschrijving van de EU, gaat mijn voorkeur uit naar het woord ‘systeem’ boven dat van ‘constructie’. Het biedt ruimte aan ontwikkeling en leven. Het huidige systeem van de EU is uniek in de wereld.

Federale organen zijn de ECB, het Europese Hof van Justitie en het Europese Parlement. Daar tegenover bevindt zich de Europese Raad als tegenspeler (met indirecte macht voor nationale parlementen). De Raad voorkomt daarmee het wegvloeien van alle macht naar federaal niveau. Het derde institutionele element is de Europese Commissie en haar ambtenaren. Zo is een complex  krachtenveld ontstaan met  bewust geschapen ‘checks and balances’.

De ontwikkeling van de EU is nog (lang) niet afgelopen. Voor verdere vormgeving aan dit levende proces dient gerekend te worden in decennia, misschien zelfs in generaties (per eeuw ongeveer drie). Innovaties zijn niet van te voren in te zien, maar zullen deel uitmaken van de toekomst. Maar hoop en vertrouwen hebben in toekomstige ontwikkelingen kan wel.

Mijn verwachting is, dat op termijn de EU zal uitgroeien tot een goed werkend systeem van complexer en hoger orde, dan de federale systemen van de Verenigde staten, van de voormalige Sovjet Unie of van de huidige Bondsrepubliek Duitsland bijvoorbeeld. 

 

* Ir. H.C. Blauwkuip m.sc. was gedurende de ’70er jaren lid van de raad van bestuur van het internationaal werkzame bagger en bouwconcern ’Kon. Adriaan Volker Groep’. Het bedrijf VolkerStevin zette dit bedrijf voort; het gaat tegenwoordig verder onder de naam VolkerWessels. Hij werd later lid van de mondiale, non profit en vrijwilligers denktank "Club of Rome".