Politie moet niet willen hacken

Civis Mundi Digitaal #48

door Lode Goukens

Op 20 december 2016 keurde de Tweede Kamer in Nederland de Wet Computercriminaliteit III goed.  Momenteel houdt de Eerste Kamer zich met de wet bezig. De wet kreeg de bijnaam ’de hackwet’. Die bijnaam is uiteraard nonsens, evenzeer als de deur die de politici en de politie open willen zetten. Blijkbaar is de enige tegenstem die van professor Bart Jacobs van de Radboud Universiteit in Nijmegen.

De burgerrechterlijke checks-and-balances ontbreken geheel. Wat erger blijkt is de populistische vanzelfsprekendheid waarmee allerhande nitwits die geen flauw benul hebben van hacking de politie het recht willen geven om veiligheidsproblemen te verzwijgen zodat ze er hun voordeel mee kunnen doen. De politie, uw vriend, zal dus niet langer waarschuwen wanneer programmatuur gevaarlijk lek blijkt en aan preventie tegen risico’s zullen ze helemaal een broertje dood hebben. In de waan met gelijke middelen te strijden tegen criminelen wil de Nederlandse politie het volk dom houden om die domheid uit te spelen tegen criminelen die echt niet zo dom zijn en diezelfde domheid zullen misbruiken tegen de burgers. Fundamenteel wordt de politie door de hackwet niet de bestrijder van de criminelen, maar hun handlanger of concurrent.

Van een paradox gesproken: De politie wil de burgers blootstellen aan gevaar om zodoende met gelijke wapens te kunnen strijden tegen criminelen. Moreel is het niet alleen verwerpelijk, maar economisch is het ronduit achterlijk om te denken dat veiligheidslekken die bij de politie of andere soorten hermandad bekend zijn niet onmiddellijk ook in het criminele milieu gekend zouden zijn. De kans is trouwens veel plausibeler dat de politie het bestaan van die gevaren kennen via informanten in het criminele milieu.

Wie vermoedt dat dit alles over computercriminaliteit gaat zit behoorlijk mis. De hackwet is algemeen en niet tegen computercriminelen gericht (die toch hun eigen zaakjes goed versleutelen). De hackwet gaat niet over gesofisticeerde technieken of spitstechnologie bij de wetenschappelijke en technische eenheden van de politie. De hackwet is een ordinaire manier van inbreken in de privacy van iemands computer. Alsof de politie zonder huiszoekingsbevel met lopers al uw sloten opent. Of erger nog alsof de politie de gebreken van uw spullen tegen u zou gebruiken. In welke rechtsstaat kan een bijzondere wet het algemene principe betreffende privacy en onschendbaarheid van de woonst en het privéleven overrulen. De hackwet is een aanzet tot het instellen van een uitzonderingsrechtbank zou een kritische burger met enig gevoel voor drama kunnen stellen.

De bewering dat alles gelogd wordt is technisch niet hard te maken. Als ervaren gebruiker van forensische kits om harde schijven met of zonder write-block te onderzoeken weet ondergetekende perfect dat een log-file eigenlijk waardeloos is als garantie tegen misbruik. De ruime en quasi onbeperkte tijdsduur van de inbraken door politie op computers zet de deur open naar misbruiken. Om van overschrijding van redelijke machtsontplooiing of inzetten van nuttige middelen nog te zwijgen. Bovendien is bij een huiszoeking een heel gerechtelijk apparaat actief dat voortkomt uit een eeuwenlange traditie van trial-and-error (excusez le mot). Zulk een gepokt en gemazeld systeem is de beste garantie dat de grondrechten van de burger gerespecteerd zullen worden. Zelfs dit systeem blijkt een enkele keer een illusie met alle kwalijke gevolgen van dien.

adhocjurisdictie

Door de hackwet een apart statuut te geven opent de wetgever ook een deur die beter gesloten bleef. Ad hoc-wetgeving. Een goede wet moet algemeen en universeel genoeg zijn om de tand des tijds en nieuwe interpretaties toe te laten met het oog op rechtszekerheid en rechtsgelijkheid van eenieder. Als jonge student decennia geleden kreeg ondergetekende tijdens een college rechten het volgende voorbeeld te horen. Een freule werd verliefd op een knappe jonge burgerman met een diploma. Ze huwden zonder goedkeuring van de vader van de freule en de vader onterfde prompt zijn dochter. Het jonge echtpaar spande een proces aan en verloor op basis van de interpretatie van de wet door een rechter dat het huwen en kinderen krijgen zonder ouderlijke goedkeuring in strijd was het de goede zeden en de onterving dus terecht was. Procedure na procedure volgde en uiteindelijk won het ondertussen bejaarde echtpaar hun zaak met een vonnis waar de rechter met exact dezelfde redenering en dezelfde wet als in het oorspronkelijke vonnis de vader zaliger in ongelijk stelde want ondertussen waren de zeden veranderd en beschouwde de maatschappij het proberen verhinderen van een huwelijk uit liefde omwille van standenverschil als in strijd met de goede zeden.

Geen sociale relevantie

Uiteraard is dit allemaal folklore en zijn de rechters ondertussen vaak veredelde ambtenaren die aan legisme doen en zich verre houden van andere dan vormelijke en letterlijke interpretatie van wetten. Niet rechtspleging met maatschappelijk relevant en sociaal doel, maar het laten draaien van een handel in boeten, celstraffen en verbeurdverklaringen. De grote zelfbedieningswinkel van de advocatuur. De onafhankelijkheid van de rechters binnen het rechterlijk systeem en binnen justitie in het algemeen blijft een vrome wensdroom. De Officier van Justitie en de politie kunnen gewoonweg niet garanderen dat burgers (zowel meerderjarigen als minderjarigen) en bedrijven geen schade zullen ondervinden van de zeer specifieke en dus zeer aan veroudering onderhevige hackwet. Het is overigens een schandaal omdat nu reeds vaststaat dat procedures van dure advocaten de hackwet compleet onbruikbaar zullen maken in de strijd tegen de zware criminaliteit, maar wel de kleine man en kleine bedrijven onnodig blootstelt aan gevaren van bugs in software die veiligheidslekken tot gevolg hebben. De taak van de overheid is juist om de veiligheid van iedereen voorop te stellen in plaats van de pretentie te hebben een hiërarchie in het recht op veiligheid te bepalen. 

Met welk recht wil de politie bepalen wie recht heeft op veiligheid en wie niet? Op basis van vermoedens? Iedereen wordt geacht onschuldig te zijn alvorens zijn veroordeling. De politie eigent zich nu via de computernetwerken het recht toe om te bepalen wanneer het algemeen belang ondergeschikt is aan het onderzoeken van verdachten (dus nog geeneens veroordeelden). Het is alsof de politie bij put in de weg zou beweren dat er daar af en toe criminelen rijden en mochten die daar verongelukken dan kunnen ze het wrak doorzoeken onder het mom van iets anders. Dat ondertussen de grote meerderheid van de bevolking die geen criminelen zijn hun leven riskeren bij die put in de weg acht de politie een acceptabele maatschappelijke kostprijs.