Civis Mundi Digitaal #57
Deze gedichten zijn merendeels geschreven tijdens het schrijven van het artikel hierover, niet als weergave van het leven van Slauerhoff, meer een herkenning ervan.
Voor ik deze gedichten en bijbehorend artikel schreef, was ik begonnen in de verzamelde werken van de neoplatoonse filosoof Dionysius de Areopagiet. Een echo van zijn vroeg-middeleeuwse spirituele eenheidsvisie is hoorbaar in sommige gedichten en reikt naar de/het Ene.
Deze visie gaat verder dan die van Slauerhoff, die doordrongen is van gevoelvol verlangen naar een onbereikbare geliefde. Hij kent momenten van transcendentie, van ’halve verlossing’, waarbij hij zich bewust wordt van onderliggende rust en vrede in “diepte waar geen onderstromen meer door eeuwig stilstaand water gaan”, zoals hij schrijft in zijn gedicht In mijn leven. In zijn leven waren dergelijke momenten niet blijvend. Soms vond hij zijn geliefde even, maar meestal verliest of verlaat hij haar langdurig in zijn tragische leven vol romantisch verlangen naar een onbereikbare geliefde.
Lady in white, Jacqueline Lodder. Hier zinnebeeld van de onbereikbare geliefde
Romantiek en onvermogen 2018 03 12
Liefde als een soort
van mededogen
met ons onvermogen
is heel sympathiek
meestal niet fysiek
en zonder romantiek
De eeuwige geliefde
geeft in al haar liefde
altijd sympathiek
vrij van romantiek
en meestal niet fysiek
haar diepe liefde
Het Ene leeft in alles* *Zie Goethe
en in alles leeft het Ene
Ook in het fysieke
leeft de liefde
en in romantiek
uit zij zich ook fysiek
Een gevoel van tederheid
blijft niet altijd afstandelijk
De romantische liefde
heeft zijn eigen diepte
Reikt naar de oneindigheid
en kent een eindeloos bereik
De weg van de romantiek
begint vaak enigszins fysiek
eindigt in het eindeloze
en omvat ook mededogen
In een minnaar of geliefde
ziet zij steeds meer diepte
en kan zij onvermogen
liefdevol gedogen
Zij ziet dan ook het ongekende
zuivere en transcendente
in de diepte van de ziel
als het oog der ziel erop viel
Een ongerepte schoonheid
treft het oog van de aanschouwer
als volheid en volkomenheid
zich in onvermogen laat aanschouwen
Alles is vol luister en vol licht
als een glimp van het gezicht
van de eeuwige liefde
zich onthult vanuit de diepte
Voorbij een schrijnend onvermogen
schijnt een glimp in ieders ogen
van het schone en het ware
dat wij in ons hart bewaren
*Goethe in Vermächtnis:
Kein Wesen kann zu Nichts zerfällen Geen wezen kan tot niets vervallen
Das Ewige regt sich fort in allen… Het eeuwige beweegt zich voort in allen
Das Sein ist ewig: denn Gesetze Het zijn is eeuwig en haar wetten vatten
bewahren die lebendige Schätze de schoonheid van het Al in levende schatten
aus welchem sich das All geschmückt
Zie Civis Mundi 34 over Faust en het verlangen naar blijvend geluk
Caspar David Friedrich, Frau vor der intergehenden Sonne 1818
De schoonheid van de schepping 2018 03 11
De schepper gaf ons ogen die misschien
soms krijgen te zien wat anderen niet zien
en oren die horen wat anderen niet horen
Hij gaf ons onderscheidend vermogen
Daar zijn wij mensen mee geboren
Hij gaf ons ook nog het vermogen
om te zeggen wat wij kunnen horen
en waarnaar de ogen kunnen kijken
en de handen kunnen reiken
naar hetgeen te ver is voor de hand
Buiten het bereik van het verstand
zijn wij niet in staat het te bereiken
Maar toch genoeg gezien en gehoord
om mateloos te zijn bekoord
door wat wij hebben gehoord en gezien
Vervuld door diep ontzag misschien
voor de schoonheid van de schepping
waar het lied van de Schepper in klinkt
Schoonheid van een vrouw 2018 03 11
Wilde hij als een jonge man
ongerepte liefde zien in vrouwen
en op zo’n manier van vrouwen houden
dat het eigenlijk niet kan?
Vrouwen bekoorden hem wel en niet
Zij trokken hem maar toch ook niet
Hun verleidelijke bekoorlijkheid
konden zij niet altijd kwijt
Behalve dan die ene
die opeens weer was verdwenen
en met diep verdriet
hem in wanhoop achterliet
Toen is een andere verschenen
die niet meteen weer is verdwenen
die zijn zinnen streelde
en zijn wonden heelde
Maar hem ook tot wanhoop drijft
als zij niet bij hem verblijft
Hoe kan hij leven zonder vrouw
van wie hij meer dan anderen houdt?
Wat heeft zonder haar nog waarde?
Vraag de Schepper van hemel en aarde
een leven te geven van waarde
en in een beeld of een gedicht
een glimp te laten zien van haar gezicht
Om in velerlei gedichten
een half doorzichtige sluier op te lichten
van schoonheid die van ons gescheiden
onze ziel in onvolkomen zijn doet lijden
Waarom niet in gedichten zingen
van de overvloed aan mooie dingen
en het ongerepte schone te aanschouwen
en er onbeperkt voor altijd van te houden?
In zijn leven 2018 03 16
Het zat hem in de liefde en het leven
weleens mee en veelal tegen
Steeds is hij overeind gebleven
Er komt een moment dat God alleen kent
dat hij niet overleeft, zich overgeeft
het leven verlaat en alles los laat
Het leven heeft hem veel gegeven
Het zat hem mee maar ook vaak tegen
Mensen reageerden soms verbolgen
als ze hem niet konden volgen
Op ongebaande wegen
kwam hij medestanders tegen
Maar liep ook vaak alleen
en kwam er steeds doorheen
Werd niet geheel alleen gelaten
want hij geloofde nog in idealen
en hij deed met overgave
zijn taken vaak gelaten
Als hij terugkijkt op zijn leven
als een onvoltooid gegeven
wil hij wat hem is gegeven
aan het universum overgeven
Opdat ieder levensonderdeel
een bedding krijgt in het geheel
en in het licht der eeuwigheid
een zinvolle bestemming krijgt
Het vuur in de ziel 2018 03 17
Wat geeft hij om geneugten?
Wat zou hem wel verheugen?
Hij heeft een lichaam en een ziel
De ziel vult zijn bestaan
Zijn lichaam voelt maar karig aan
vergeleken bij de passie waar zijn ziel
al sinds zijn jeugd ten prooi aan viel
Zijn ziel kan slechts vervulling vinden
door zich blijvend te verbinden
Maar hetgeen de ziel bemint
is wat zich in de ziel bevindt
Hij zoekt een uiterlijke vorm
met zijn innerlijk als norm
voelt zich binnenin gestreeld
in het aanzien van zijn evenbeeld
De ziel zoekt leniging
in innige vereniging
Zolang het leven duurt
gloeit binnenin een vuur
Het lijkt een afgescheiden vlam
van het vuur vanwaar hij kwam
Hij wil zich weer ermee verenigen
en zo zijn vlammen lenigen
Als eerste met zijn tweelingvlam
en dan met het vuur vanwaar hij kwam
In het leven kwam ooit vlam na vlam
De ene ging, de andere kwam
Hem verteerde een verzengend vuur
Het gaf zijn leven rust noch duur
Zoekend in de vlammen naar het vuur
kon hij het niet vinden op den duur
ook al reisde hij er achteraan
in de ban van een vlammende waan
Het vuur kwam niet van wederzijds
Hij kwam na elke ondernomen reis
weer van een koude kermis thuis
stuurs en overstuur naar huis
Een enkele keer een brief
van een vriendin, dat was heel lief
Maar zij had een andere man
die eerder in haar leven kwam
Een ander koos een kloosterleven
en is daaraan gehecht gebleven
Het leven kent ook een blijvende liefde
die ons blijft bezielen in de diepte
Steeds gericht op haar alleen
gaan dan alle vlammen heen
maar blijven tevens voor het leven
Ieders vuur is dierbaar gebleven
Vlammen raakten hem niet aan
en zijn passie kwam tot staan
Als zij echter erom vroegen
kon het vlammen naar genoegen
Een ziel liet hem niet gaan
en deelde zijn bestaan
volgde trouw zijn vlam
op plaatsen waar hij kwam
door het vuur in hem erheen geleid
Nu eens hier en dan weer daar
voor even of een aantal jaar
vrijwel telkens met elkaar
Voor hem was dat vereniging
waar het hem eigenlijk om ging
Als hun vlammen samenkwamen
en elkaar in zich opnamen
dan vloeiden beide vlammen samen
in één licht dat ieder mens verlicht
Het gaf een glans aan hun gezicht
en om hen heen werd alles licht
Gevangen in verlangen 2018 03 18 Na lezing van Slauerhoff, Het verboden rijk
Het valt niet mee onder ogen te zien
maar transformatie gaat misschien* *Bijv. verhuizing of verre reizen zoals bij Slauerhoff
vaak gepaard met desillusie
Wat geeft dan nog fiducie?
Ergens in de diepte
is een bron van liefde
maar zij lijkt ontoegankelijk
en van anderen afhankelijk
Nog vaak gevangen
in een diep verlangen
dat tot desillusie leidt
Hoe raakt een mens dit kwijt?
Hoe kan een mens niet langer
in verlangen blijven hangen?
Het leidt tot innerlijke strijd
geeft geen toegankelijkheid
Het verlangde raakt hij kwijt
hoe meer hij eraan hangt
hoe meer hij het verlangt
Het wijkt steeds verder weg
hoe meer hij er zijn hand op legt
Laat hij het vrij dan komt het naderbij
Wat hij langer wenst is snel voorbij
Houdt iemand vast wat hij betast
of wat hem ongewild belast
dan krijgt de droeve gast
daardoor een grotere last
dan deze reeds mag dragen
Waar kan hij ondersteuning vragen?
Stille tranen doen soms goed
Het verlicht en loutert het gemoed
en dat is beter dan te klagen
Bij een gevoel van eenzaamheid
verlangt een mens naar tederheid
erkenning of genegenheid
die hij maar ontoereikend krijgt
want hoe meer hij ernaar neigt
hoe meer zij achterwege blijft
Wat valt er aan te vangen
met een onvervuld verlangen?
Een remedie is eraan voorbij te gaan
Of is het beter om het te doorstaan?
Als het verlangen een keer stopt:
Dan lost het misschien op
als het verstilt in eindeloze tederheid
die blijft tot in de eeuwigheid
En toch telkens onbereikbaar blijft
Wanneer hij ernaar reikt of kijkt
gedraagt zich de geliefde
als een ontoegankelijke liefde
die eeuwig onbereikbaar blijft
En steeds voor de ogen wijkt
en voor de handen wijkt
die telkens naar haar reiken
maar die haar niet bereiken
Wat blijft er over
dan te hopen en te geloven
als liefde telkens wijkt
zijn hand haar niet bereikt
wanneer hij ernaar reikt?
Zij komt op onbestemde tijd
wanneer het oog er niet naar omkijkt
en de hand er niet naar reikt
maar gewoon zijn plicht doet
daar het leven verder moet
Al weet hij niet goed hoe
het leven gaat toch ergens naar toe
dat nog geen vaste vorm heeft
maar toch het leven een bestemming geeft
Het blijkt wanneer het ik zich overgeeft
en niets meer te verlangen heeft
Wat er is niet is kan niet verlangen
niet meer in verlangen zijn gevangen
Ligt de bestemming van het bestaan
soms boven wensen uit geheven
die pas vervulling krijgen
door daaraan voorbij te reiken
naar waar wensen zwijgen
en fantastische illusies blijken?
Beelden van het Ene 2018 03 23 Na lezing van Slauerhoff en Dionysius de Areopagiet
Een onzegbaar heimwee
droeg hij in zijn ziel mee
dat niet doofde overzee
Soms leek het geluk nabij
maar hij kon er steeds niet bij
Hij wilde zich eraan verwarmen
Even kwam het in zijn armen
Hij bewoog zijn armen in de lucht
Het is hem telkens weer ontvlucht
Hij wilde zijn geliefde strelen
en zijn vreugde met haar delen
maar hij tastte in de lucht
die hem als een zwoele zucht
van een windvlaag is ontvlucht
Steeds haar beeld voor ogen
maar door eigen onvermogen
werd het beeld geen werkelijkheid
Het ontbeerde tastbaarheid
Het is hem telkens weer ontvlucht
en zijn handen grepen in de lucht
Tantalus
Beelden van een ongedeeld bestaan
dat hem steeds was bijgebleven
kwamen telkens weer tot leven
maar zij bleven steeds bewegen
en zij kwamen niet tot staan
Beelden van het Ene en volmaakte
waar hij ooit van afgescheiden raakte
en zolang hij heeft geleefd
telkens naar verlangd heeft
Maar het bleek steeds tevergeefs
Slechts enkele momenten in zijn leven
zijn hem telkens bijgebleven
van geluk dat niet bestendig bleef
Het geluk was in zijn leven
slechts kortstondig en voor even
Het kon hem tijdelijk bekoren
maar ging telkens weer verloren
Hij verlangde ernaar terug
maar het lag achter zijn rug
Vreugde kwam en ging
Slechts een herinnering
is hem steeds bijgebleven
van wat hij reeds
als kind verlangd heeft
in zijn jonge leven:
Gelukkige momenten
van een ongerept bestaan
zoals hij dat van vroeger kende
zijn hem telkens weer ontgaan
Begoocheld door een waan
van afzonderlijk bestaan
in afgescheiden zijn
van het ongerepte ene Zijn
waarvan wij zijn gescheiden
sinds het begin der tijden
Maar in ons diepste wezen
zijn wij één en ongedeeld gebleven
met de bron van al het leven
zonder welke ons afzonderlijk bestaan
niet kan bestaan noch voort kan gaan
Door een onbegrepen wonder
blijven wij er toch steeds mee verbonden
Zoals de zee bedolven is door golven
en de hemel is gehuld in wolken
lijkt het Ene in de wolken en de golven
voor het oog verdwenen en verzwolgen
Als het Ene in de ziel ontwaakt
of de ziel in eenheid is ontwaakt
wordt het afgescheiden leven
weer in eenheid opgeheven
Wat verdeeld is wordt weer één
in het aldoordringend licht
dat ogenschijnlijk ooit verdween
maar van binnenuit de ziel verlicht
In zijn volheid loopt het Ene over
terwijl het iedere ziel
die het Ene ooit ontviel
begoochelt en betovert
en in onophoudelijk verlangen
naar het Ene doet verlangen
Daaruit is hij voortgekomen
en wil er weer in samenwonen
in het Ene dat eens leek verdwenen
maar opnieuw weer is verschenen
Lentelicht in de ziel 2018 03 22
De ziel heeft nog een beeld
van het ongerepte schone
waarin hij zou willen wonen
in de aardse werkelijkheid
als het hem wordt toebedeeld
door de voorzienigheid
Dit beeld is in de ziel omhuld
door een sluier van verlangen
Het wordt ooit een keer vervuld
als de sluier wordt onthuld
en een ongerepte schoonheid
zich verenigt met de werkelijkheid
Als de ziel de sluier niet doorziet
kent hij zijn essentie niet
Leeft en doolt hij als een blinde
die zichzelf niet eens kan vinden
en zo onmogelijk kan wonen
in het ongerepte schone
Soms ziet hij in een glimp
als hij een moment vervulling vindt
en de ongerepte schoonheid
in een ogenblik voorbij gaat
Onderhevig aan de tirannie van tijd
raken wij de schone ogenblikken kwijt
Als de ziel in eeuwige geneugten
zich blijvend wil verheugen
en genieten wil met volle teugen
krijgt hij van lieverlee
een keer een lentefee
zijn wensen kan vervullen
en de sluier kan onthullen
Maar deze lieve lentefee
wil niet altijd met hem mee
Daarom grijpt hij gauw zijn kans
en vraagt hij haar ten dans
Want wil dansen door het leven
De lente immers duurt maar even
Daarom wil zij zonder zorgen
dansen tot de vroege morgen
als de zon zijn stralen tot ons richt
in een overstelpend morgenlicht
De ziel die zijn leven ooit begon
als een afgescheiden vonk van de zon
wordt in stralend zonnegloren
in verloren glorie weer herboren
De beperkte aardse werkelijkheid
wordt van zijn versluiering bevrijd
De tijd wordt ingebed in eeuwigheid
terwijl de ziel zich eindeloos verblijdt
in de glans van ongerepte schoonheid
In ieder levenslied
hoort hij de muziek
van het ongerepte schone
zoals van vogels in de bomen
die hij om hem heen ziet
Die daar in hun nestjes wonen
en er zingen van het schone
dat in zonnestralen oplicht
als een aldoordringend licht
dat ieder mens verlicht* *Johannes 1:9
Nieuwe schoonheid 2018 03 02
Een wereld vol van viezigheid
lijkt zijn schoonheid kwijt
Alles is bedolven onder stof
en mensen zijn vaak grof
Mannen zijn niet altijd te vertrouwen
Hetzelfde geldt vaak ook voor vrouwen
Wat mooi is maken wij vaak vies
afstotelijk, bezoedeld of onkies
Wij scheppen echter nieuwe schoonheid
vanuit onze eigen creativiteit
waardoor het beduimelde beeld
weer ten dele wordt geheeld
Wat ooit een grote zooi
was wordt weer mooi
Het ongerepte schone
laat zich nu weer te tonen
Vrouwelijke schoonheid
wordt uit haar korset bevrijd
En de oude viezigheid
wordt bevrijdt in schoonheid
Wat beduimeld was wordt mooi
De vogel die zong in zijn kooi
wordt weer los gelaten
en verbonden met zijn gade
Hun fraaie nieuwe nest
wordt schetterend getest
In hun nestje zij aan zij
kwetteren zij blij
De lange koude winter is voorbij
De zon schijnt weer voor allebei
Nestelende vogels
De lente begon
Vogels bouwen een nest
in de warme lentezon
Ze doen hun best
elkaar te behagen
en werken samen
Ze vinden het fijn
om samen te zijn
in hun warme nest
Kwetteren en tureluren
tot in de avonduren
en kruipen in hun nest
Behalve een eenzame reiger
die alleen moet blijven
een schrille kreet slaakt
en zijn pogingen staakt
Tijd verglijdt in eeuwigheid 2018 02 05
In alle troebelen en turbulentie
bleek soms iets van transcendentie
Het leek of soms een oude stad
een bijna eindeloze ruimte had
De krapte van de tijd
vergleed in eeuwigheid
en alles ging precies op tijd
al leek het vaak te laat
Het gaat zoals het gaat
wanneer je het gebeuren laat
Veel mensen werken mee
maar toch is er geen binding mee
Ons hart trekt naar de zee
naar het sprankelende water
waarin wij vroeger, nu en later
met ons eindige bestaan
in de golven opgaan
En al of niet bewust
komen wij er weer tot rust
Zoals soms in de armen van een vrouw
Maar zo’n moment passeert maar al te gauw
www.c-cards.nl/christelijke-gedichten-e-cards/jezus-leeft-in-eeuwigheid!-31
Verbazing en verdwazing 2018 03 10
Van de ene verbazing
in de andere verdwazing
kun je het soms niet aan
om verder te gaan
Soms met tranen in de ogen
stuit je dan op onvermogen
Maar kun je het gedogen
dan komt vaak steun van boven
Er stroomt iets in je over
Een stilte van binnen
zegt waar je kunt beginnen
met je leven te beminnen
Licht in Plato’s grot* 2018 03 13
Vele jaren van zijn leven
waren ambulant in het buitenland
maar ook machtig interessant
Toen het leven tot bedaren
kwam zijn er inzichten gegeven
omtrent het schone en het ware
in een leven dat wezen was gericht
op het licht dat ons verlicht
Waarom dan in een waan
achter de verschijnselen aangaan
in fantasmagorie van ons waanbestaan?
Waarom komen wij niet uit de grot vandaan
en gaan wij niet het koesterende zonlicht staan?
Zoals een eens geketende
omgeven door onwetenden
door een opening in Plato’s grot
het licht zocht van God
dat ieder mens verlicht
* Zie de beroemde mythe of gelijkenis van de grot in de dialoog De staat. In die context is God, de zon, het hoogste Goede en de bron van licht.