Olie en nog eens olie

Civis Mundi Digitaal #80

door Jan de Boer

« Ons huis staat in brand en wij kijken de andere kant uit », zei de vroegere president van Frankrijk, Jacques Chirac, op de algemene vergadering van de Verenigde Naties in september 2002. In dezelfde periode adopteerde één van de grootste olie-maatschappijen, de Britse PB de slogan ‘Beyond petroleum‘. Nu 17 jaar later staat ons huis nog steeds in brand, soms letterlijk zoals in Californië in de herfst van 2018, en de olie schijnt als nooit tevoren onmisbaar te zijn. BP heeft onlangs in haar laatste rapport betreffende de energie-vooruitzichten erkend, dat in de komende twintig jaar het verbruik van gas en olie dat meer dan de helft van de mondiale behoefte aan energie voor zijn rekening neemt, blijft toenemen. Tussen 2017 en 2040 zal het verbruik van beide fossiele brandstoffen met meer dan 30 procent toenemen.

De eerste oorzaak van deze energie-honger is de ‘eetlust’ van de opkomende landen, in het bijzonder China en India. Deze twee landen nemen meer dan de helft van deze groei voor hun rekening. Deze immense energie-honger wordt voor het allergrootste deel gestild met fossiele brandstoffen. Dat geldt ook voor het gebruik van steenkool, met name in India die daaraan een nog grotere behoefte heeft dan China. Australië is hier één van de grote leveranciers van steenkool.

Zij die geloven dat duurzame energie na de afgelopen eeuwwisseling de belangrijkste manier van energieproductie zou zijn, zullen hiermee niet erg blij zijn. Ondanks financiële steun en inspanningen van de industrie in deze sector, waardoor het gebruik van duurzame energie in de komende twintig jaar vier keer zo groot zal zijn, zal volgens de BP de consumptie ervan in 2040 niet meer dan 15 procent van het totale energieverbruik zijn, tegen 29 procent door steenkool. De experts van BP verwachten de fameuze piek van het oliegebruik, het cruciale moment waarop de productie van olie begint de stagneren en daarna te dalen, niet eerder dan vanaf 2035. Opgemerkt moet echter worden dat al meer dan dertig jaar dit spoedige keerpunt is voorspeld…. De oliemaatschappijen, ook als zij bijna allemaal investeren in zonnepanelen en windmolens, blijven meer dan ooit verslaafd aan het zwarte goud.

De Amerikaanse Exxon verwacht dan ook dat haar olie-en gasproductie tot 2025 met 25 procent zal toenemen. Als de vraag er is, waarom dan niet produceren? Te meer, zoals de Britse organisatie ‘Carbon Tracker‘ laat weten, daar de inkomens van de meerderheid van de werkgevers in deze sector nog steeds voor een deel geïndexeerd worden naar de mate van verhoging van de productie en vernieuwing van de reserves.

De oplossing ligt in de instelling van een heffing op koolstof: een principe dat breed gedeeld en geaccepteerd wordt door de industriële wereld. Maar dat vraagt de opkomende landen te overtuigen en financieel te helpen om andere wijzen van ontwikkeling te accepteren en de inwoners van de ontwikkelde landen te overtuigen dat het gebruik van koolstofhoudende energie steeds duurder zal en moet worden. Het probleem daarbij is dat van Trump tot aan Macron, de energieprijs, met name van brandstoffen, een politiek radioactief onderwerp is geworden. Dus stelt men uit en kijkt de andere kant op. Over politieke moed gesproken…