Mexico, Covid-19 en de drugskartels

Civis Mundi Digitaal #98

door Jan de Boer

Op de video’s vullen jonge aantrekkelijke vrouwen kartonnen dozen met etenswaren in de voorstad van Guadalajara, in het westen van Mexico. Zij dragen stoffen maskers met het beeld van de beroemde Mexicaanse drugshandelaar Joaquin « El Chapo » Guzman. Het initiatief is te zien op sociale media, daarop gezet door een van de dochters van de vroegere chef van het machtige drugskartel van Sinaloa, die nu in een Amerikaanse gevangenis zit opgesloten. Het is een tendens bij de Mexicaanse maffiosi om zich voor te doen als weldoeners nu de Covid-19 pandemie een grote economische crisis heeft veroorzaakt. Hoewel de kartels natuurlijk ook getroffen zijn, leven ze weer vlug op in een staat die door de gezondheidscrisis volledig overrompeld is.

De kartonnen dozen met primaire levensbehoeften dragen het stempel « El Chapo 701 »: het kleding- en alcoholmerk gecreëerd door Alejandrina Guzman, de dochter van de drugshandelaar. Het cijfer «701» geeft de plaats aan die El Chapo in 2009 in het klassement Forbes van de rijkste mannen in deze wereld bezette. Het is het vierde kartel dat zijn weldaden aanprijst op internet sinds de gezondheidsnoodkreet van de regering op 30 maart. Begin april was het kartel van de Golf de eerste die een oorlogszuchtiger video op internet plaatste: gemaskerde mannen met mitrailleurs delen levensmiddelen uit aan de inwoners van de doodarme dorpen in de deelstaat Tamaulipas in het noordoosten van Mexico, het domein van de organisatie. Daarna hebben ook het kartel Jalisco en dat van Los Viagras snel video’s met beelden van stapels kartonnen dozen en zakken met levensmiddelen met etiketten met hun maffia-tekens op internet gezet.

Deze uitdelingen van voedsel zijn niet nieuw, maar de vertoning op internet des te meer. De kartels versterken hun sociale basis. De maffia verstrekken kleine handelaren op de rand van het failliet kredieten om zo hun loyaliteit te kopen. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) voorziet dit jaar een recessie van 6,6 procent in een land waarin bijna de helft van de bevolking doodarm is en een op de vijf Mexicanen minder dan 2 dollar per dag verdient.

De kartels zijn niet gespaard door de crisis. De internationale drugshandel wordt ongunstig beïnvloed door de grensbeperkingen, zonder nog te spreken van de chemische drugs uit China en India die in de Mexicaanse havens geblokkeerd zijn. De grens met de Verenigde Staten, de belangrijkste mondiale markt van drugs, is nog open voor commerciële activiteiten, maar de controles zijn sterk toegenomen en de prijs van de drugs is omhooggeschoten. Maar de grote Mexicaanse kartels hebben een sterke rug. Zij hebben liquide middelen, een goed reactievermogen, zijn flexibel en brengen verscheidenheid aan in hun activiteiten met bijvoorbeeld een toename van afpersingen. Specialisten voorzien meer internetaanvallen en diefstallen, met name van medicijnen. Niets nieuws in een land waar de maffia veel vervalste medicijnen fabriceert. Nog erger: jongeren sluiten zich uit armoede in groten getale aan bij de georganiseerde misdaad. Deze strategische aanpassingen wakkeren de karteloorlog aan. Ondanks de door de overheid op 23 maart afgekondigde vrijwillige sociale isolering in het kader van de bestrijding van Covid-19 neemt het geweld niet af. De maand maart was de meest moorddadige maand sinds twintig jaar met 2.585 moorden. Volgens Lantia Consultores zijn er tussen 23 en 31 maart gemiddeld per dag 70 moorden gepleegd, oftewel 10 moorden per dag meer dan over het geheel van de maand. Alleen al in het weekend van 3 tot 5 april werden bijna 300 moorden gepleegd.

De maffia heeft de handen vrij, want de regering is gefocust op de aanpak van de gezondheidscrisis, laat Eduardo Guerrero, directeur van het kabinet voor raadgeving en veiligheid Lantia Consultores, mij weten. Het land telde op 17 april officieel 6.875 geregistreerde besmettingsgevallen en 546 doden, maar in werkelijkheid zijn deze getallen ongetwijfeld veel hoger. De piek wordt niet eerder verwacht dan in de tweede helft van mei. Er wordt gevreesd voor een oververzadigd gezondheidssysteem dat een kwalitatief en kwantitatief gebrek aan alles heeft. De Mexicaanse president Andres Manuel Lopez Obrador (« AMLO ») heeft de hulp van het leger en de nationale garde ingeroepen om te proberen de impact van de pandemie te beperken. De prioriteit van deze instituties is niet meer de veiligheid. Begin april heeft de federale regering zelfs de deelstaten en de gemeenten toegestaan twee fondsen van in totaal 440 miljoen euro, bestemd voor de strijd tegen de criminaliteit, te gebruiken voor de aanschaf van medisch materiaal.

De regering zakt door de knieën en de kartels profiteren daarvan. Zij zijn vaak voor de bewoners een betere sociale bescherming dan de autoriteiten. Het plan voor het economisch herstel van AMLO voorziet in kredieten tegen een lage rente voor 3 miljoen kleine bedrijven, voor de creatie van 2 miljoen banen en hulp voor de armste mensen. Dat is lang niet genoeg. Je kunt je cynisch afvragen of AMLO wellicht de kartels deze sociale rol toevertrouwt om de schade van de crisis te beperken. In het begin van zijn mandaat in 2018 kondigde de president het einde van de oorlog tegen de kartels aan en verzekerde daarbij dat hij de oorzaken van de criminaliteit, met voorop de armoede, wilde aanpakken. Op 29 maart begaf AMLO zich naar het gebied van El Chapo. Na een korte ontmoeting met het gemeentebestuur van Badiraguato, begroette hij Consuelo Loera, de moeder van El Chapo. De president schudde haar de hand in strijd met alle door zijn regering afgekondigde maatregelen inzake sociale distanciëring. Sindsdien wordt er in Mexico een felle polemiek gevoerd. De president haalt zijn schouders op en zegt dat het slechts een kwestie van beleefdheid was…

 

Geschreven op 2 mei 2020