Civis Mundi Digitaal #103
Een investeringswet ontketent een golf van woede in heel Indonesië: duizenden werkers, arbeiders, en vakbondsleden hebben op 8 oktober in verschillende grote steden gemanifesteerd. In Jakarta, op Bali, in Medan en Jambi op Sumatra, alsook in Makassar en Palu op het vroegere Celebes gingen de manifestaties gepaard met gewelddadige botsingen met de veiligheidstroepen. In Jakarta werden achthonderd mensen gearresteerd.
Deze op 5 oktober door het parlement aangenomen investeringswet wordt met kracht afgewezen door de vakbonden, die zeggen dat de rechten van werknemers aangetast worden, onder het mom van het opheffen van bureaucratische obstakels voor investeringen. Dat alles ten gunste van de rijken en met minachting voor de bescherming van het milieu, voegen de tegenstanders van deze wetgeving eraan toe.
Deze wet, een « bijbel » van ruim 900 bladzijden, ontketende ook een golf van protesten bij verdedigers van mensenrechten en natuurbeschermers. De Indonesische tak van Amnesty International heeft deze wet als « catastrofaal » geclassificeerd. De nieuwe wetgeving « schaft alle regels betreffende het minimumloon af en geeft ondernemingen de mogelijkheid om zelf het minimumloon in hun bedrijf vast te stellen ».
Het doelwit van de protesten is president Joko Widodo, een in 2019 herkozen liberale mohammedaan. De prioriteiten in zijn tweede mandaat zijn duidelijker dan ooit gericht op louter economische ontwikkeling en constructie van infrastructuur. Zijn tegenstanders verwijten hem zijn banden met de machtige zakenmilieus, die ook bijgedragen hebben aan zijn herverkiezing. Zij beschuldigen hem met name ervan de sinds het einde van de dictatuur van generaal Suharto in 1998 democratische verworvenheden op te offeren aan de economie. Zeven van de negen politieke partijen in parlement hebben voor deze investeringswet gestemd, die binnenkort door het staatshoofd getekend wordt.
« Wij willen het proces van goedkeuring van vergunningen voor investeerders vereenvoudigen en versnellen, en daarvoor moeten we de diverse wetten harmoniseren om snellere diensten te creëren, zodat Indonesië vlugger een antwoord kan geven op de ontwikkelingen in de wereld, » verklaarde « Jokowi » – de bijnaam van de president. De regering zegt dat deze wet de drie miljoen jongeren die zich ieder jaar op de arbeidsmarkt melden makkelijker aan een baan helpt. En dat 153 bedrijven klaarstaan om in Indonesië te investeren, een veelbelovend perspectief in termen van het creëren van werkgelegenheid.
De economische situatie van het grootste mohammedaanse land op deze planeet is alarmerend en deze pandemie-periode, die overigens tot nu toe op 260 miljoen inwoners slechts 12.000 dodelijke slachtoffers heeft geëist, brengt een ongekende val van de economische groei met zich mee. De sociale gevolgen van Covid-19 hebben aan de zeven miljoen werkzoekenden nog eens zes miljoen werklozen toegevoegd.
De visie van de uit een arme familie komende president (die deels daaraan zijn twee overwinningen bij de presidentsverkiezingen te danken heeft, hij werd in 2014 voor de eerste keer gekozen) met zijn reputatie van « een gewone man uit het volk » wordt ook in economisch opzicht bepaald door zijn zeer liberale overtuigingen. Verleden jaar heeft hij zich zo niet verzet tegen een wet die de macht van de KPK, de anti-corruptiedienst, sterk beperkte. Zijn tegenstanders interpreteerden dit als beloning voor de steun van het zakenmilieu die hij bij zijn herverkiezing kreeg van belangrijke zakenmensen: steun die hij niet wil verliezen.
Voor Joko Widodo betreft het deze keer de mogelijkheid voor de investeerders zich te bevrijden van de bureaucratie van een land waar het verkrijgen van een vergunning dertien dagen kan kosten, tegen negen dagen in China. De Indonesische zakenmilieus vergelijken zich met hun Zuid-Aziatische buurlanden zoals Vietnam, waar het autoritaire postcommunistische regime een betere internationale reputatie geniet wat betreft investeringsfaciliteiten.
De nieuwe wet begunstigt duidelijk de ondernemers: werknemers hebben niet langer een op nationaal niveau gegarandeerd minimumsalaris. De duur van werkloosheidsuitkeringen wordt teruggebracht van 32 naar 19 maanden. De belastingen op bedrijven dalen van 22 naar 20 procent, het vrije weekend voor werknemers wordt teruggebracht van twee naar één dag als dat de onderneming beter uitkomt. De werkbeperkingen voor buitenlanders worden versoepeld, net als de huidige wet- en regelgeving ter bescherming van het milieu. Volgens Phelim Kine van de NGO « Mighty earth » maakt de Indonesische regering zich hier schuldig aan « een tragisch slechte overweging », omdat de nieuwe wet zo « ongecontroleerde ontbossing legitimeert ».
De woede heeft ook andere milieus voor zich gewonnen, met name die van de grote gematigde mohammedaanse organisaties als de « Nahdlatul ulema » (NU), waarvan de leider, Said Aqil Siroj, stelt dat de wet de « kapitalisten en de investeerders » begunstigt en zal bijdragen tot het « verpletteren » van het volk. De wetgeving geeft ook de nodige verbittering buiten de Indonesische grenzen. De algemeen secretaris van de Internationale confederatie van vakbonden, Sharan Burrow, verklaarde dat hij « verbijsterd was door te moeten constateren dat Indonesië in deze pandemie-periode de keus maakt om het leven van haar bevolking te destabiliseren ten gunste van het exploiteren van haar rijkdommen door de grote ondernemingen ». Er is weinig kans op dat de president terugkeert op zijn steun aan de wet die zijn tweede mandaat belichaamt: de « gewone man uit het volk » is een « businessman « geworden.
Ik merk hierbij op dat het verliezen van zijn populariteit bij de bevolking, de vakbonden, de milieuorganisaties en zeker bij de verenigingen van gematigde mohammedanen een verdere, nu al sterke, toename van minder gematigde mohammedanen alsook van een radicaal islamisme bevordert. In 2019 gaf hij al zijn verzet op tegen een wetsvoorstel dat buitenechtelijke relaties strafbaar maakte, met als gevolg onder meer opnieuw illegale homoseksualiteit. En dat perspectief is voor een duurzame en vreedzame ontwikkeling van Indonesië – en niet alleen voor Indonesië – catastrofaal.
Geschreven op 21 oktober 2020