Civis Mundi Digitaal #114
De kabinetsformatie is gaandeweg een lijdensweg geworden. Terwijl partijen zich voor de verkiezingen van maart jl. presenteerden met begrippen als daadkracht, aanpakken, doorpakken, vernieuwing enzovoort toont de gang van zaken van het laatste half jaar een beeld waarin men demonstreert lak te hebben aan de beloftes die aan de kiezers zijn gedaan. De burgers moeten wijken voor partijpolitieke belangen. Dat is ernstig. Daardoor is het de politiek zelf die ons politieke proces om zeep helpt. Partijen zijn bezig een politiek systeem uit te hollen waar ze zelf hun bestaansrecht aan ontlenen. De vraagstukken die om oplossingen vragen zijn naar de achtergrond gedrongen, omdat men het partijpolitieke spel kennelijk belangrijker vindt. De gedane beloftes zijn vergeten.
Vastgelopen
Je kunt daar begrijpelijk kritiek op hebben, maar de onderliggende vraag is hoe het komt dat we zijn vastgelopen. We presenteren onze democratische rechtstaat in het buitenland graag als ideaal en als noodzakelijk, maar wat hebben we er zelf van terechtgebracht? Om daar inzicht in te krijgen zijn twee vragen belangrijk. De eerste heeft betrekking op het functioneren van politieke partijen. Die partijen waren oorspronkelijk bedoeld om de democratie te dragen, maar verkeren in hun tegendeel. Ze hebben democratische belangen opzij gedrongen. De belangen van het land zijn ondergeschikt aan het overeind houden van partijen.
Burgers zijn enkel belangrijk in de maanden voorafgaand aan de verkiezingen. Dan halen politici allerlei capriolen uit om kiezers te verleiden. Eenmaal gekozen zijn de burgers en hun opvattingen niet meer zo belangrijk. Politici zijn dan te druk bezig met zichzelf, met profilering ten opzichte van andere partijen. De angst regeert dat andere partijen er garen bij zouden kunnen spinnen, wanneer men keuzes maakt voor een bepaalde coalitie. Daadkracht moet dan vaak wijken voor partijpolitieke linkigheid. Het gevolg daarvan is dat de problemen waar Nederland iets aan moet doen, niet worden aangepakt en de politiek wordt uitgehold. De politiek was bedoeld om lijnen uit te zetten en daar ook naar te handelen. Daar is weinig van over.
Regels
De tweede vraag heeft ermee te maken, dat we onszelf totaal hebben geblokkeerd door een onontwarbare kluwen van regels en procedures, waardoor ieder poging tot vernieuwing vastloopt. Innovatie wordt gefrustreerd door geldende regels. Die regels zijn echter niet spontaan ontstaan maar de uitkomst van politieke besluitvorming in een cultuur waarin de neiging bestaat om alles tot in de kleinste details te regelen. Hoeveel roetvegen mag een zwartepiet hebben? Of denk aan de uiterste fijngevoeligheid waarmee we het recht op privacy willen beschermen, met als gevolg dat een beroep op gemeenschappelijkheid moet wijken. Het opsporen van misdrijven vinden we kennelijk minder belangrijk dan de bescherming van de eigen ruimte van het individu.
De Franse filosoof Claude Lefort bepleitte ooit dat de plaats van de politiek leeg moet blijven. Daarmee bedoelde hij niet dat er geen politiek nodig is, maar juist dat er altijd ruimte moet zijn voor nieuwe politieke denkbeelden, voor een open debat. Wat is daarvan over als we naar de praktijk kijken? Het is nodig dat die ruimte wordt heroverd, bij voorkeur door de inzet van politieke partijen zelf. Geen enkele politieke partij heeft het recht de politiek dood te maken en partijen moeten daartoe ook niet de ruimte krijgen.
Toch maar eens een kabinet formeren van onafhankelijke en gezaghebbende mensen die hun sporen hebben verdiend en doen wat er gedaan moet worden? En die politieke partijen de ruimte geven eens vier jaar in de spiegel te kijken en de vraag te beantwoorden hoe men het zo uit de hand heeft kunnen laten lopen. Dat zou overigens ook op provinciaal en gemeentelijk niveau aan de orde kunnen zijn wanneer partijen zich bezondigen aan dezelfde praktijken die nu landelijk spelen.
Mathieu Wagemans is raadslid voor Ronduit Open in Leudal