Civis Mundi Digitaal #139
Bespreking van: Iain MacGregor, De vuurtoren van Stalingrad. Nieuw licht op de meest legendarische slag van de Tweede Wereldoorlog. De Arbeiderspers, 2022.
Carthago, Heiligerlee, Nieuwpoort, Austerlitz, Waterloo, Gettysburg, Tannenberg, Gallipoli, Verdun, Ieper, Remagen. Sommige plaatsen leven meer voort als naam voor een slagveld dan als plaatsnaam op zich of door hun schoonheid, bezienswaardigheden of ligging. Soms zijn ze spreekwoordelijk, Waterloo, soms zijn ze verbonden met een gemakkelijk jaartal, Nieuwpoort. Soms alleen bekend in het land van ligging, Heiligerlee, soms universeel geoormerkt, Carthago. Of in het ene land anders bekend dan elders, bijvoorbeeld van een pyramide voortkomend uit werkvoorziening voor soldaten, Austerlitz. Terwijl in andere landen dan de onze die herdachte slag meestal de Driekeizerslag wordt genoemd. De ene keer hangt er een waas van militair genie omheen, Remagen, de andere keer staat de naam juist garant voor een associatie met geblunder, Gallipoli. Of denk je gelijk aan de zinloosheid van ontelbaar veel gesneuvelden, Verdun, Ieper of de bitterheid van een burgeroorlog, Gettysburg.
En je hebt ook nog de geografische aanduiding, bijvoorbeeld de Slag op het Merel- of Lijsterveld die sinds 1389 tot nu nadrukkelijk de verhoudingen stuurt in de zuidelijke Balkan. Soms is een groot gebied dekkende benaming handig, omdat men niet zeker weet waar de slag precies heeft plaats gevonden, die van het Teutoburgerwoud. Soms verliest de stadsnaam het van een benaming die de lading beter dekt, de Volkerenslag bij Leipzig, of een metafoor voor de tegenstelling op het slagveld winthet qua naam, de Guldensporenslag bij Kortrijk. En dan hebben we nog niet eens gehad over de vele pyrrusoverwinningen, waaronder Tannenberg, Marioepol, Gaza.
Volvograd
En je hebt Stalingrad. De bloedigste slag uit de geschiedenis van de mensheid, voor zover bekend. Het keerpunt in de Tweede Wereldoorlog, dus wellicht ook de meest cruciale veldslag ooit.
De beladen naam van de stad toen, in 1942 – 1943, leeft alleen voort in de slag in en rond de stad die nu Volgograd heet. Stalingrad was niet zozeer strategisch belangrijk, de stad mocht onder geen beding vallen van de eindverantwoordelijke naamgever Stalin. En de naam staat net als alle andere slagen voor ellende. Maar overtreft die van de andere in alle maten en soorten. Stalingrad is een categorie op zichzelf. Om Gerard Reve te parafraseren, het is de slag ‘die alle andere slagen overbodig maakt’.
Ik zette mij met enige moeite tot het lezen. Boeken over Stalingrad zijn geen licht leesvoer voor het slapen gaan, maar ik had het de redactie van deze sympathieke voorpost van vrijdenkers beloofd en belofte maakt schuld. De terughoudendheid kwam vooral vanwege de aankondiging op de cover dat dit ‘het meest aangrijpende verslag is dat ooit is geschreven over deze iconische en beruchte veldslag.’ Nou heb ik een paar boeken in de kast staan met Stalingrad op de rug en één die er voor een deel over gaat. Die al indrukwekkend genoeg zijn. De roman van de Duitser Theodor Plievier (1892-1955) van direct na de oorlog is uit een trilogie met als andere titels Berlijn en Moskou. Het boek is in 26 talen vertaald, verfilmd en er is een theatervoorstelling van gemaakt.
Plievier was zelf niet aan het front. Maar hij had toegang tot Sovjet-documenten en kon spreken met krijgsgevangen Duitse militairen. Er zit dan ook veel dialoog in de roman. In 1933 was hij vanwege het aan de macht komen van Hitler naar de Sovjet-Unie geëmigreerd. Na de oorlog woonde hij even in de DDR. Het boek gaf de Duitsers een stem als verliezers. Het andere boek met dezelfde titel, het bekende standaardwerk van Antony Beevor (1946), maakte destijds toen ik het las, grote indruk op me. Dus kom maar op.
Nieuw licht?
En dan valt ‘het nieuwe licht op de meest legendarische slag van de Tweede Wereldoorlog’ dat op de cover vermeld staat als een soort ondertitel een beetje tegen. Het ‘nieuwe licht’ dan, want dat beperkt zich tot de gebeurtenissen rond de vermeende vuurtoren. De slag als geheel gaat in dit boek niet in de revisie. De covertekst is voor de verkoop. Daar is wat mij betreft overigens niets op tegen.
Met nog maar 40 bladzijden te gaan, op bladzijde 343 (van de 384 hoofdtekst, de rest tot bladzijde 448 bestaat o.a. uit noten) staat er plompverloren ‘Dit verhaal over de overgave is nooit eerder gepubliceerd’. Daarover komt inderdaad veel voorbij dat ook elders aan de orde is. Dat verhaal dat nooit is gepubliceerd, is vooral het verhaal van luitenant-kolonel Friedrich Roske, commandant van een infanterie regiment en van korporaal Jakov Fedotovisj Pavlov, ook infanterist. Zij streden om een strategische belangrijk gebouw, zowel bekend Pavlovs Huis als onder de naam De vuurtoren van Stalingrad. Pro memorie, Stalingrad ligt niet aan zee, hoewel de Volga er vrij breed is. Het komt er op neer dat de rol van de Roske groter was dan we tot nu toe weten en die van tot held gemaakte Sovjet icoon Pavlov juist veel kleiner. Er is eigenlijk sprake van een legende rond Pavlov volgens MacGregor. Iemand anders, want dat motief is leidend, was de echte held aan de Russische kant. Wie zeggen we niet om toch lezers naar het boek te trekken. Is dat het lezen waard?
Ja toch wel, ook al raak ik tenminste wel eens de weg kwijt in de details over de gevechtsacties of juist enigszins verveeld bij de vele zaken die voorbij komen die wel bekend zijn bij mensen die bijvoorbeeld Antony Beevors boek hebben gelezen.
Meer dan militair?
Het boek begint mooi met de begrafenis van luitenant-generaal Vasili Ivanovitsj Tsjoelov in 1982, destijds de commandant in Stalingrad. De daarop volgende introductie is ook lezenswaardig en daarna begint het avontuur. Een wrede, onbarmhartige geschiedenis van twee hele nare totalitaire staten, twee kwaden die elkaar beconcurreerden en uiteindelijk bestreden. Stoppen met lezen gaat niet, het is een spannend verhaal. Toch wringt het af en toe. Neem de figuur van Roske, de hoofdpersoon in dit boek aan Duitse kant. Een uitstekend militair en de voornaamste bron van het nieuwe licht dat MacGregor laat schijnen over Stalingrad. Hij schreef veel brieven aan zijn vrouw en liet veel dagboeken en ongepubliceerde memoires na. Ook tekende hij veel, hij was ooit architect. Hij heeft tien jaar in krijgsgevangenschap gezeten en was één van de laatsten en weinigen die terug kwam. Hij pleegde een jaar na thuiskomst in 1956 zelfmoord. Dat had me een interessante figuur geleken om wat verder uit te diepen en hem meer dan een militair te laten zijn. MacGregor sprak uitgebreid met zijn zoon en overigens ook met die van Pavlov.
Poetin
Iain MacGregor is historicus, Ruslandkenner, Fellow aan de Britse Royal Historical Society, schrijft voor The Guardian en BBC History Magazine en is wielrenner en zodoende ook nog schrijver van een boek over de legendarische wielerkoers Parijs – Roubaix. Maar zijn geboortejaar dat ik voor de volledigheid en voor het tijdsbeeld waar ze in opereren telkens bij de genoemde schrijvers vermeld, is blijkbaar een diep bewaard geheim. Ik krijg het na veel zoeken niet boven water, zelfs niet op zijn eigen website, niet die van de uitgeverij en niet die van de Royal Historical Society. Hij ziet er uit als begin 50.
De auteur probeert aan het begin en het eind van het boek een link met het huidige Rusland van Vladimir Poetin te leggen en schrijft daarover trouwens ook in The Spectator (ik heb nu zo lang naar zijn geboortejaar gezocht dat ik nu wellicht echt alles van hem weet). Poetin zou, net als alle andere Russische naoorlogse leiders, de legende van de Stalingradse vuurtoren hebben gebruikt voor propagandadoeleinden. Dat erbij halen van Poetin met een verwijzing naar de rol van de Tweede Wereldoorlog in de propaganda voor de invasie in Oekraïne komt een beetje kunstmatig over. We weten het wel, het is in Rusland van alle tijden dat de overwinning in de Grote Vaderlandse Oorlog erbij wordt gehaald. Het is wat mager, een beetje opsmuk voor de actualiteit. Maar goed, dat is het hele verhaal eigenlijk vergeleken met de twee eerder genoemde boeken met ‘Stalingrad’ op de rug die staan te pronken in de boekenkast. Als je het complete beeld wilt van de slag is het aan te raden één van die twee te lezen. Je hebt dan de keuze tussen een visie vanuit een soepel journalistiek schrijvende historicus en ex-militair, Beevor, of een roman met indringende beschrijvingen uit eerste hand opgeschreven, Plievier. Die al indrukwekkend genoeg zijn, schreef ik. Ik kondigde nog een boek aan uit mijn boekenkast dat, voor een deel, over Stalingrad gaat. Een boek dat nog veel indringender is. Een roman, maar een werk dat ook als journalistiek verslag beschouwd zou kunnen worden. Sterker nog, het magistrale Leven & Lot van Vasili Grossman (1905-1964) was dat oorspronkelijk ook. Grossman was ingenieur en net als Beevor romancier en journalist. Hij zou nu overigens geen Rus meer zijn, maar Oekraïner.
MacGregor en Beevor erkennen het meesterschap van Grossman. Beevor verzorgde ook de uitgave van zijn dagboekaantekeningen Een schrijver in oorlog - Vasili Grossman en het Rode Leger 1941-1945. Dat boek gaat over de ervaringen van Grossman als oorlogscorrespondent voor de Rode Ster, het officiële orgaan van het Rode Leger in de Tweede Wereldoorlog. Ook in dit werk geeft hij een onovertroffen beeld van de Slag om Stalingrad en de daarop volgende opmars van de Sovjets naar Duitsland.
Ook MacGregor kent zijn plaats. Hij citeert regelmatig uit Leven & Lot. Het is wat mij betreft één van de meest indrukwekkende boeken ooit geschreven. Ik bedoel dan niet alleen over Stalingrad, maar ook literair, want het is ook magistraal geschreven, in een ongeëvenaarde stijl.
Gedenkcultuur
Samenvattend, je kunt Beevor en Plievier lezen als je echt wilt weten hoe het zit met de slag om Stalingrad, Grossman kun je sowieso lezen, vooral als je wilt weten hoe leven en lot zich verhouden, in Stalingrad en in het leven. En De vuurtoren van Stalingrad van Iain MacGregor, als je tot de Stalingrad gevorderden behoort of als je een onderhoudende militaire avonturenroman wilt lezen.
Tot slot, de wijze waarop MacGregor Roske uitlicht, als militair dan, en de Duitse kant van het verhaal uiteenzet, is historiografisch interessant. Van elke tien gesneuvelde Duitse soldaten, sneuvelden er acht aan het oostfront. De Duitsers waren en zijn als verliezers niet toe gekomen aan een grootschalige gedenkcultuur, ook niet architectonisch, zoals de Russen of de rest van de geallieerden. In de Gedächtniskirche In Berlijn hangt een houtskooltekening van de Madonna met kind van de in Russische krijgsgevangenschap omgekomen legerarts Kurt Reuber. Je moet er even naar zoeken en de begeleidende tekst is summier. Als je niet weet dat deze tekening er hangt moet je even goed lezen waar die over gaat (ik wist het niet). Reuber tekende de Madonna in Stalingrad tijdens Kerstmis 1942 voor zijn kameraden op de achterkant van een Russische landkaart. Er hangen kopieën van deze tekening in de steden Coventry en Hiroshima die net als Berlijn ook door bombardementen zijn getroffen. Het is bij mijn weten de enige openbare plek van herinnering aan Stalingrad die de Duitsers (van zichzelf mogen?) hebben.
Slagveldenpoëzie …
Tot zover deze recensie. Die overigens uitnodigt tot poëzie.[i] Want de namen van de steden uit het begin van deze recensie die beelden oproepen en die in de geschiedenis tot slagvelden zijn gepromoveerd, zijn soms poëzie op zich. Ik zou indachtig het experiment van de Italiaanse schrijver Sandro Veronesi (1959) die in zijn verhalenbundel Een god waakt over je bladzijden lang namen citeert van Italiaanse voetballers, vooral reservekeepers, een paar slagvelden een ander imago willen geven door die poëtische toets op ze los te laten.[ii] Vooral in het Duits en het Italiaans werkt het goed. Onze taal is te weinig mythisch, niet barok genoeg en ons land kent het geluk dat er gewoon vrij weinig slagvelden zijn geweest.
Je bent nu aan het eind van deze bijdrage. Lees het alsof je naar het einde van een film kijkt waarvan langzaam het beeld vervaagt.
Austerlitz Auerstädt Altenheim
Rossbach Stralsund Sasbach
Wittstock Dettingen Jemmingen
Breitenfeld Hohenlinden Nördlingen
Magenta Marignano Marengo
Campaldino Custozza Guastella
Piacenza Solferino Velletri
Lago Trasimeno
Monte Cassino
Vittorio Veneto