De sociale filosofie van het personalisme
Deel 9. Intermezzo: personalisme en christendemocratie

Civis Mundi Digitaal #140

door Piet Ransijn

Bespreking van Claudia Bouteligier en Timo Slootweg (red.). Rechtvaardigheid, persoon en creativiteit. Personalisme in recht en politiek. Gompel&Svacina, 2020.

 

De volgende delen vormen een vervolg op de bespreking van bovenstaand boek. Eerdere delen staan in het vorige nummer. Bij wijze van inleiding op de bespreking van de volgende bijdragen volgt hier een inleidend artikel van Dries Deweer, een van de medewerkers aan het boek, namelijk Deel 15 over Paul Ricoeur. Na deze actuele inleiding die het personalisme met de politiek verbindt, komen een aantal personalistische filosofen aan de orde, die zich niet inlaten met partijpolitiek.

Het artikel laat de actualiteit van het personalisme zien en is bijna integraal overgenomen. Het geeft een beknopte beschrijving van het personalisme en de vrijblijvende relatie tussen personalisme en christendemocratie, dat grondprincipes van het personalisme heeft overgenomen. Maar het heeft deze slechts in beperkte mate in de praktijk gerealiseerd. Dat schrijft de auteur in het Belgische blad Knack: “Het personalisme is een veeleisend denkkader. De grijsheid waarmee christendemocraten geassocieerd worden heeft weinig van doen met de felle oproep om de uniciteit van elke mens voor ogen te houden.“

 

Wat is personalisme?

“Personalistische denkers... zochten naar de roeping van de mens in de samenleving van halverwege de twintigste eeuw, in oppositie tegen de toen dominante ideologieën: het communisme, het fascisme en het zogenaamde ’bourgeois kapitalisme’. Hun centrale uitgangspunt stelde dat de mens geen atomair individu is, maar een gemeenschapswezen, dat desalniettemin een absolute individuele waarde heeft.

Bovendien zochten ze naar een integrale visie op de mens in de samenleving, een visie die de hele persoon in acht neemt, in plaats van de mens te reduceren tot een productiefactor, een lid van een bepaalde natie, of een ander deelaspect. De spirituele en materiële dimensie van de persoon moesten in evenwicht gebracht worden in een “integraal humanisme”.

Tegenover de liberale verheerlijking van het individu plaatst het personalisme... het concept van de persoon. In onderscheid met het zelfgenoegzame en vervreemde individu benadrukt het persoonsconcept dat de mens niet alleen een autonoom, maar ook een verbonden en spiritueel wezen is. Elke mens is uniek en moet in zijn individueel vermogen tot denken en handelen gerespecteerd worden. Tegelijkertijd worden we pas mens in relatie met anderen. We kunnen ons pas ontplooien omdat we ingebed zijn in een gezin, in verenigingen en in een brede samenleving die voor ons zorgen en waarvoor wij op onze beurt zorg dragen.”

 

Geschapen vrijheid

“Het personalistische mensbeeld impliceert ook een bepaalde visie op vrijheid. Voor een personalist is vrijheid niet de negatieve vrijheid van het liberalisme: de vrijheid om te doen wat je maar wil, zonder dat een ander jou belemmert, zolang je zelf ook een ander geen schade toebrengt. Voor een personalist is vrijheid positieve vrijheid: De vrijheid om je eigen roeping in het leven te ontdekken en te realiseren door en voor de gemeenschap. Het gaat dan dus niet zozeer over zelfbeschikking, maar over zelfontplooiing met en voor anderen.

Dat hangt samen met de idee van geschapen vrijheid: de idee dat vrijheid geen natuurlijke bezitting is, maar iets dat we te danken hebben aan de gemeenschap die ons die vrijheid garandeert. Vrijheid impliceert daarom altijd ook een dimensie van verschuldigd-zijn ten aanzien van de gemeenschap, waardoor vrijheid gekoppeld is aan verantwoordelijkheid.

De kernideeën van het personalisme gaven aanleiding tot concrete reflecties over samenleving, economie en politiek. Die reflecties hadden een sterke invloed op onze naoorlogse politiek, in het bijzonder via de christendemocratie, die in het personalisme haar ideologische bindmiddel vond, tot op vandaag...”

 

Van de huidige christelijke politici verwijst Omtzigt naar het personalisme

 

Christendemocatie

“Dat christendemocraten bij ons en elders zich door het personalisme geïnspireerd weten... inzake het respect voor moslims en vluchtelingen is lovenswaardig. Tegelijkertijd moeten we ons de vraag stellen of de band tussen personalisme en christendemocratie niet al te gemakkelijk wordt aangenomen. Enerzijds komt dat door het feit dat bijna niemand het personalistische denken nog op zichzelf bestudeert, los van de wijze waarop christendemocraten dat interpreteren...

Dat brengt mij dadelijk ook bij de andere reden: het personalisme is een veeleisend denkkader. De grijsheid waarmee christendemocraten geassocieerd worden heeft weinig van doen met de felle oproep om de uniciteit van elke mens voor ogen te houden.

 

Selectief personalisme

Christendemocraten blijken selectieve personalisten. Naast de lovenswaardige moed van het ‘Wir schaffen das’ in de vluchtelingencrisis, horen we al te vaak ‘Wir schaffen das nicht’. We kunnen denken aan de vermogenswinstbelasting... en andere concrete dossiers, maar het duidelijkste voorbeeld vinden we wellicht in het zorgbeleid... 

De zorg voor de zwakkeren als gedeelde verantwoordelijkheid sluit in principe aan bij de personalistische intuïties. Concreet wil men ervoor zorgen dat mensen minder beroep doen op peperdure instellingen, door hen thuis de nodige zorg aan te bieden. In de praktijk betekent het echter vooral dat de overheid verantwoordelijkheid van zich afschuift en bij de mantelzorgers legt, voor wie omkadering en een vangnet al te vaak ontbreken.

Dezelfde vermaatschappelijkingsideologie speelt ook binnen de instellingen zelf. Onder druk van de besparingen streeft men ook daar naar de vervanging van professionele zorgverleners door vrijwilligers uit de omgeving van de bewoners. Hoe je dat duurzaam en even kwalitatief geregeld krijgt in een maatschappij waar van iedereen verwacht wordt langer en harder te werken, het is mij een raadsel. Het mag duidelijk zijn, zonder te werken aan een kader waarbinnen mensen in staat zijn om extra zorgtaken op zich te nemen is het discours van vermaatschappelijking van de zorg een platte besparing op de kap van de weerlozen. Dat verkopen als personalisme is een aanfluiting...

Het personalisme is een robuust en onderschat denkkader om de uitdagingen van de hedendaagse samenleving op fatsoenlijke wijze aan te pakken. Het mag echter duidelijk zijn dat die lof voor de christendemocraten eerder een opdracht dan een verworvenheid inhoudt.”

Bron: Dries Deweer https://www.knack.be/nieuws/wordt-de-band-tussen-personalisme-en-christendemocratie-niet-al-te-gemakkelijk-aangenomen/ 28-08-2016, Bijgewerkt: 21-01-2021

Zie ook: Deweer, D., Personalisme en christendemocratie. Wij zijn steeds onderweg, in: Christen-Democratische Reflecties 4/3 (2016) 7-14.

Deweer, D. en S. Van Hecke (red.), De mens centraal. Essays over het personalisme vandaag en morgen, Kalmthout, Pelckmans Pro, 2017. 

 

Ook het CDA en andere (christelijke) partijenen zouden inspiratie kunnen putten uit het personalisme

 

Wedergeboorte van het personalisme?

Ook uit een ander recent artikel blijkt de christelijke herkomst van het personalisme dat zich verbindt met de sociaaldemocratie: “Het personalisme keert zich tegen het van boven opgelegde collectivisme van het socialisme en verzet zich tevens tegen het naar egocentrisme neigende individualisme van het liberalisme. Het personalisme legt de nadruk op kleinschaligheid, buurtsolidariteit en persoonlijke betrokkenheid bij medemensen, natuur en schone kunsten... Niet langer zou religie of ideologie... bepalend moeten zijn voor een politieke partij maar wel de praktische [inhoudelijke] sociaaleconomische punten waar meerdere maatschappelijke stromingen zich in zouden kunnen vinden.” 

“Die doorbraak is er in feite niet gekomen... Het personalisme, concreet uitgewerkt in de opbouw van de verzorgingsstaat bleef echter overeind. De Partij van de Arbeid en de Katholieke Volkspartij (KVP), de zogeheten rooms-rode coalities, werkten van 1946 tot 1958 broederlijk samen aan de opbouw van een sociaal rechtvaardige verzorgingsstaat. [...Daarna] ging de KVP zich oriënteren op de liberalen en een reeks centrum rechtse coalities was het gevolg (met als linkse onderbreking het kabinet Den Uyl 1973-1977).” 

“Op dit ogenblik zie je een toenemende weerzin tegen het eenzijdige, op persoonlijk economisch nut en winst gebaseerde liberalisme. Het plotsklaps omhoog schieten van de partij van Pieter Omtzigt, met zijn nadruk op kleinschaligheid, onderlinge betrokkenheid en het laten meedenken en meepraten van mensen, geeft de toon aan. Maar ook de BBB praat over kleinschaligheid en nabuurschap. En ook de nieuwe fractievoorzitter van het CDA, Henri Bontenbal, wil terug naar de oorspronkelijke christendemocratische waarden zoals de KVP die in de opbouwjaren nastreefde. De ChristenUnie stelt in haar verkiezingsprogramma dat zij het neoliberalisme uit het landsbestuur wil... Stap voor stap ontwikkelt zich een anti-liberale en een anti-rechtse koers. Dat wil overigens niet zeggen dat al deze partijen en kiezers links worden of socialistisch, wel dat ze kiezen voor sociale waarden... Kortom, we kunnen weer werken aan de wederopbouw van een rechtvaardige, menswaardige en klimaat-leefbare samenleving.”

Bron: https://www.bnnvara.nl/joop/artikelen/met-de-wedergeboorte-van-het-personalisme-door-omtzigt-ontstaat-er-een-brede-sociale-meerderheid 23 09 2023 door Hans Beerends

 

Andere bronnen en verwijzingen

https://www.kuleuven.be/thomas/page/personalisme/ 

https://www.trouw.nl/opinie/zijn-we-niet-te-modern-geworden-voor-omtzigts-personalisme~ba6ad95c/?referrer=https://www.google.com/ 

https://forumc.nl/dossier/herleeft-het-personalisme/  In dit artikel komt het personalisme in de partij van Pieter Omzigt. Nieuw Sociaal Contract, aan de orde. Haar document Grondgedachten & Uitgangspunten verwijst expliciet naar het personalisme. Dit politieke manifest is uiteraard geen filosofische studie. Het artikel verwijst naar rechtsfilosoof Paul Scholten (zie Deel 14) en het ‘Bijbels personalisme’ van [natuurkundige, filosoof en pedagoog] Ph. A. Kohnstamm en het boek Reden über die Relgion (1799) van de Duitse theoloog Schleiermacher. Beide laatsten komen in het hier besproken boek niet naar voren.

Een artikel in De Gids nr 154, nr 8, 1991 door H. Brugmans over de geschiedenis van het personalisme in Frankrijk en in Nederland: ‘Het personalisme leeft voort’: https://www.dbnl.org/tekst/_gid001199101_01/_gid001199101_01_0092.php

In het volgende komen een aantal personalistische filosofen aan de orde, die zich niet inlaten met partijpolitiek, maar er wel mee in verband gebracht kunnen worden op een dieper ethisch en sociaal-filosofisch niveau.