Civis Mundi Digitaal #140
Na alle christelijke en joodse filosofen vormt een islamitisch geluid een niet-westerse aanvulling. Islamistische filosofen en mystici zoals Rumi zijn in de Middeleeuwen vaak beïnvloed door Griekse filosofen en hebben Artistoteles herontdekt, die via de islam weer naar Europa kwam. Ook in de moderne tijd zij er interculturele invloeden.
De van oorsprong Marokkaanse filosoof Lahbabi meent dat bij “een cultivering van de universele menselijke waardigheid... de particuliere context waartoe ook de geloofstraditie behoort overstegen moet worden... Dit impliceert het ontwikkelen van argumenten die ook voor de niet-gelovige ontvankelijk zijn,” aldus Hans van Crombrugge in zijn bijdrage over deze filosoof. (p335). Een bijdrage die interculturele aanvulling vormt voor het voorgaande “gereformeerde personalisme”.
Lahbibi studeerde in Frankrijk, maar werd daar “niet beschouwd als gelijkwaardig burger, hoe hij zich ook inspande... Ook ten aanzien van de Marokkaanse gemeenschap raakte hij vervreemd... {Hoe} kan hij aanspraak maken op erkenning als menselijk persoon... Bij de beweging van Esprit van Mounier... meent hij aanknopingspunten voor zijn eigen existentiële malaise te vinden.” Dit geëngageerde denken ’komt tegemoet aan zijn verlangen naar een wereld waarin elkeen recht gedaan wordt als mens.” (p 339)
Het verbinden van persoon en gemeenschap spreekt hem aan. Hij zet zich af tegen het individualistisch existentialisme van Sartre, evenals tegen het collectivisme van totaliserende systemen. Maar ook andere filosofen, de wetenschap en het materialisme negeren de concrete werkelijkheid, die complex, tegenstrijdig en onvoorspelbaar is.
Hij vat het personalisme dynamisch op als “het actieve proces van het verwerkelijken van de menselijke waardigheid [...en] bevrijding uit mensonwaardige omstandigheden". Vrijheid ziet hij als bevrijding. Het gaat om een voortdurend worden. (p341). Zijn personalisme is communautair. De ‘ethiek van de ander’ en de communicatie met anderen zijn voor hem primair. Er is geen ik zonder anderen. Personaliseren is zichzelf worden in relatie met anderen.
Personalisme in de islam
In zijn boek Le personnalisme musulman (1964) verbindt Lahbibi het personalisme met de islam.
Hij heeft oog voor de culturele verscheidenheid. “Er zijn vele culturen, maar er is maar een menselijke beschaving... Culturen zijn op elkaar aangewezen om de ‘volheid’ van het menselijke te verwerkelijken,” en van de menselijke waardigheid. Hij is schatplichtig aan de veertiende-eeuwse filosoof Ibn Khaldun, die wordt beschouwd als de eerste socioloog. “Lahbibi wil een dialoog op gang brengen tussen culturen, gemeenschappen godsdiensten.” (p344,345)
Zijn islamitische visie uit zich in de opvatting van “de mens als medewerker aan de schepping [...die] in alle vrijheid de wil van God wil verwerkelijken.... om de schepping te vermenselijken, te humaniseren... Dat wil zeggen de goddelijke eigenschappen in en door de mens verwerkelijken.” (p346,347) Dit veronderstelt communicatie. Hij noemt de islam “mediterraans humanisme”,. “Mohamed is niet de enige en eerste gezondene: er zijn vele profeten en gezanten geweest.” (p348)
De wereld van morgen
Zijn laatste boek gaat over de derde wereld en de wereld van morgen: Le monde de demain. Le Tiers Monde accuse(1979). Hij pleit voor een trialoog tussen Oost, West en de derde wereld en een verbinding van filosofie met de wetenschappen om de wereldproblemen op te lossen. “Hoe kunnen we de wereld zo ordenen dat elke mens recht gedaan wordt?” Hij stelt tal van vormen van neokolonialisme aan de kaak en roept op om daaraan daadwerkelijk iets te doen in een realistisch, multidisciplinair wetenschappelijk gefundeerd perspectief. Evenals Ibn Khaldun is hij niet tegen spiritualiteit, meditatie en contemplatie. “Maar deze moet in balans staan met actie en arbeid”. (p351)
Lahbibi doceerde filosofie aan de universiteiten van Rabat en Algiers, waar Albert Camus in de jaren dertig filosofie studeerde. Hij schreef ook een roman Espoir vagabond, waarin hij uiting geeft aan zijn personalistische visie. “Zijn punt is dat de ethiek het eerste en laatste woord moet hebben als we het ideaal van de mensheid willen verwerkelijken, om mensen te bevrijden en hun menselijke waardigheid te herstellen.” (p354) Redelijk handelen is de weg, waarbij de gehele persoon betrokken is. “Rede en geloof staan daarbij niet tegenover elkaar, maar impliceren elkaar. Islam is geen overgave aan een onredelijke god of religie... maar [betreft] juist de gehele persoon met al zijn vermogens.” Men wil “één worden met de schepper... om de schepping verder te zetten”. (p355)