Een dystopische wereld: van bedenksel tot de werkelijkheid van nu? Deel 25A. De huidige werkelijkheid: intensieve controle?

Civis Mundi Digitaal #145

door Maarten Rutgers

Is de huidige samenleving dystopisch of heeft de huidige samenleving slechts dystopische trekjes?

We hebben in de eerdere delen van deze serie een aantal dystopien voorbij zien komen. Voor een belangrijk deel ging het om fictieve dystopien, verbeeld in romans. Een enkele roman beschreef de werkelijkheid als tijdelijk dystopisch. Enkele besproken boeken gaan over de werkelijkheid, zoals die zich aan ons voordoet de laatste decennia, maar ook vooral nu. Philippe Muray (CM 136), minder ideologisch bevangen dan Guy Debord (CM 135), ziet de werkelijkheid in zijn tijd – de negentiger jaren van de vorige eeuw – als dystopisch. Als we zijn observaties en redenering volgen is er geen andere conclusie mogelijk. Deze conclusie blijft overeind, wanneer we naar de huidige tijd kijken. Muray’s observaties zijn moeiteloos te vertalen naar vandaag. Hoewel ik minder snel geneigd ben de wereld als een pretpark te zien, past deze beschrijving zonder veel weerwoord op grote groepen in onze samenleving die op die manier hun dagelijkse werkelijkheid proberen te overweldigen. Het is datgene waarvoor zij leven, het maakt hun leven leefbaar. Maar geldt dit voor iedereen? Er is meer te onderzoeken.

Arundhati Roy (CM 140) demonstreert in haar essays over de situatie van vandaag de dag in India hoezeer daar sprake is van een dystopie. Ook Douglas Rushkoff beschrijft de werkelijkheid zoals die zich aan hem met dystopische elementen presenteert. Salman (CM 128) laat zien hoe het WEF (World Economic Forum) een aanzet geeft tot een dystopische wereldorde, een dystopisch wereldplan, een toekomst waar het individu het aflegt tegen de collectiviteit en de elite.

Het is de moeite waard na te gaan wat de toestand van de huidige maatschappij is. Daarbij zijn de conclusies van de vorige artikelen te betrekken, maar ook zonder de SARS-CoV-2-pandemie zijn er mogelijk aanknopingspunten de huidige samenleving in Nederland of ruimer Europa, dan wel de westerse wereld, dystopisch te noemen, daarbij voorbijgaand aan vele landen in de wereld waar (vrijwel) zeker van een dystopie gesproken kan worden. Te denken valt hierbij aan diverse landen ontstaan na het uiteenvallen van de oorspronkelijke Sovjetunie, maar ook aan Noord-Korea, Myanmar en nog meer.

In het navolgende artikel onderzoek ik in hoeverre in onze directe werkelijkheid de verschillende elementen van een dystopie terug te vinden zijn en in welke mate.

Hoewel ook in sommige eerdere delen de meest belangrijke kenmerken van een dystopie zijn opgenomen, lijkt het verhelderend ze hier nogmaals op te sommen. Ze hoeven niet allemaal voor te komen om over een dystopie te kunnen spreken. Bijna altijd komen de eerste zes voor.

 

Kenmerken dystopie

  1. Intensieve controle meestal door de overheid, door de staat en of een machtige elite, en in de romans van de laatste decennia door middel van bestaande, maar vooral nieuw ontwikkelde technologische controle. Er wordt op deze manier misbruik gemaakt van de enorm toegenomen mogelijkheden van wetenschap en techniek. Het besluit tot gebruik ervan is vaak niet democratisch tot stand gekomen. Burgers worden zo via diverse wegen en methoden continu bewaakt en gecontroleerd, ook door medeburgers.
  2. Er is toezicht op en controle over het individu, waarbij het gevaar bijna altijd komt van een almachtige, met totalitaire pretenties en propagandistische ideologie optredende staat. Een (zeer) kleine elite maakt de dienst uit. Angst en onderdrukking spelen een grote rol.
  3. Conformisme. Wat te denken, hoe te denken, wat te uiten, hoe te uiten, vrijwel alles is voorgeschreven. Het wemelt van verboden en plichten. De rechten van het individu zijn (grotendeels) opgeschort of afwezig. Dissidente opvattingen en uitingen worden zoveel mogelijk genegeerd, aan de kaak gesteld, bestraft of uitgeroeid. Dit gebeurt niet noodzakelijkerwijs alleen maar door de staat. Hieraan doen ook groeperingen uit de samenleving mee. Er bestaat een fundamentele tegenstelling tussen vrijheid en veiligheid. Veiligheid gaat voor.
  4. Eenzijdige communicatie en propaganda zijn alom tegenwoordig. Maatregelen worden als onvermijdelijk en noodzakelijk gepresenteerd, zonder enige nuance. Tegenspraak wordt ontmoedigd en/of onmogelijk gemaakt. Kritische burgers worden monddood gemaakt, soms letterlijk. Burgers worden murw gemaakt. De heersende elite, al dan niet gesouffleerd door wetenschappers, weet wat het beste is voor de ‘gewone’ man.
  5. De verhouding tussen het collectief en het individu is een zeer belangrijk thema. Het belang van het collectief, het algemeen belang is veel groter dan het individuele belang. Het is bijna of geheel absoluut. Veelal worden argumenten met een emotionele of ethische lading gebruikt. Weerstand hiertegen wordt enerzijds als onbegrijpelijk en onfatsoenlijk voorgesteld. In extremere situaties wordt hij onderdrukt. Nadelen worden voor lief genomen omdat er een verbetering van de toestand wordt beloofd in de nabije toekomst als iedereen zich aan de beperkingen houdt.
  6. Dissidenten zijn aanwezig. In hun ogen stijgt het individuele beleven, het individuele belang vaak uit boven het algemeen belang of dient er op zijn minst een zekere balans te zijn. Vrijheid, dat wil zeggen bevrijding van de onderdrukking, gaat hen vrijwel altijd boven alles. Het hiervoor strijden is levensnoodzaak geworden en gevolgen worden voor lief genomen.
  7. In veel gevallen speelt de roman zich af in een desolate wereld, overgebleven na een natuurramp of oorlog. Overleven is een uitdaging. In andere gevallen is er sprake van een zogenaamde ideale leefwereld zonder ziekte, zonder honger, zonder armoede en andere onaangename zaken. Maar wel ten koste van vrijheid en dergelijke.
  8. Oorlog. Vrede is vaak afwezig. Er wordt oorlog gevoerd met andere naties of dissidente groeperingen.
  9. In veel dystopische romans is voortplanting gereguleerd en zijn liefdevolle relaties verboden. Het ontstaan ervan kan leiden tot dissidentie en bijbehorend gedrag. In sommige romans overkomt dit de hoofdpersoon of -personen, hetgeen meestal niet goed afloopt.

 

In de eerdere delen van deze serie kwamen meerdere dystopische romans en verhalen aan de orde. In de bespreking ervan werd al geregeld naar de huidige tijd gekeken. Welke elementen zijn herkenbaar? In het navolgende deel wordt de huidige werkelijkheid onder de loep genomen en getoetst aan de kenmerken van een dystopie. Hierbij worden de eerdere delen niet dunnetjes overgedaan. Er wordt nu meer in algemene zin getoetst, waarbij aan een verwijzing naar eerdere besprekingen niet valt te ontkomen.

 

Wat voor invloed heeft massa-surveillance op de privacy van de samenleving als geheel?

Rijksuniversiteit Groningen

 

Intensieve controle in het algemeen

Digitale surveillance is langzamerhand niet meer weg te denken uit onze samenleving. In CM 122 t/m 126 werd daar de nodige aandacht aan besteed. Het is al vrijwel niet meer mogelijk een overzicht te krijgen over waar dit wordt ingezet. Een zoekactie op Google levert direct 4.800.000.000 hits op. Ze zijn vast niet allemaal waardevol, er zullen vele dubbelingen inzitten, je vindt ook nogal wat reclame van firma’s die zich ermee bezighouden, enz., maar toch!

Hieronder voorbeelden.

 

De surveillancesamenleving

De laatste jaren neemt de controle door de overheid toe. Dat was zeer duidelijk tijdens de coronapandemie, maar al tevoren en zeker ook nadien is hier sprake van. Een belangrijk aandeel hierin heeft het cameratoezicht. In talloze gemeenten worden er in toenemende mate in de openbare ruimte camera’s geplaatst om toezicht te houden op de openbare orde. Daarnaast worden door winkeliers, maar ook particulieren steeds meer camera’s geplaatst om de veiligheid te vergroten of om criminelen af te schrikken en zo nodig te kunnen identificeren.

Daarnaast wordt vanuit veiligheidsoverwegingen (beperkt) toezicht gehouden op ontwikkelingen die zich voordien in sociale media. Een dergelijk toezicht is op grond van privacywetgeving nauwelijks toegestaan, hetgeen overigens niet betekent dat het niet gebeurt. Regelmatig komt in publicaties naar voren dat ten onrechte op deze manier gegevens zijn verzameld. Hetzelfde geldt voor chatgroepen.

 

Lange jaren werd gedacht dat alleen de overheid burgers bewaakt. Dit is achterhaald. Alle mogelijke partijen verzamelen gegevens over ons. Waar we vrijwel niet meer aan denken dat alle zogenaamde slimme apparaten ook gegevens over ons verzamelen, of het nu gaat om onze smartphone, onze smartwatch, onze auto, onze routenavigatie-apps, de slimme deurbel, de slimme koelkast en nog veel meer apparaten die verbonden zijn met internet. Als deze leveren data aan externe partijen. Hier gaan wij in het algemeen klakkeloos aan voorbij. Marc Schuilenburg, bijzonder hoogleraar digitale surveillance aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam, noemt dit in een interview[1] luxury surveillance. We doen ons dit zelf aan, omdat we dergelijke apparaten kopen. Hoewel wij denken dat het met deze voorshands niet zo’n vaart zal lopen, vergeten we compleet dat ze beschikbaar zijn via internet en doorgespeeld worden aan de firma’s die apparaten leveren. Er is zo een gigantisch datanetwerk ontstaan, dat nog immer groeit. Voor zover de overheid deze data kan gebruiken, onderzoekt ze deze met AI en probeert enerzijds voorspellingen te doen over gedrag van burgers, anderzijds verdachte personen op te sporen. De daarbij gebruikte AI wordt door niemand gecontroleerd. Ook private partijen gebruiken de data om gedrag te voorspellen, maar ook om commerciële aanbiedingen aan gebruikers te zenden. Boeiend is ook te constateren dat de commentaren op dit interview met een kritische en waarschuwende toonzetting vooral beklemtonen dat er geen vuiltje aan de lucht is. Al deze surveillance is goed; de wereld wordt er veiliger door. Over inbreuk op onze privacy wordt niet gerept. In een ander artikel[2] wijst Schuilenburg met zijn medeauteur erop dat we met zijn allen vergeten zijn dat we door talloze systemen in de gaten worden gehouden. We denken er niet eens meer aan, dat dit gebeurt. Ze gebruiken het voorbeeld van een reiziger. Ieder stap op de reis wordt geregistreerd. Het vliegticket, camera’s op het vliegveld, het geld opnemen, het hotel, enzovoort. Zo geven ze meer voorbeelden en overwegingen.

Marc Schuilenburg is niet de enige die waarschuwt. De rij is al lang en wordt nog langer. Slechts enkele voorbeelden.

Filosoof en publicist Hans Schnitzler[3] in het al wat oudere Het digitale proletariaat uit 2015, in Kleine Filosofie van de digitale onthouding uit 2017 en het meer recente Wij nihilisten. Een zoektocht naar de geest van digitalisering uit 2021. Hij kritiseert de ontwikkelingen en verbaast zich erover dat wij ons allen als makke lammetjes gedragen en met veel genoegen zelf naar de slachtbank lopen. Wij raken op deze manier ondergeschikt aan de techniek. Uiteindelijk krijgen wij een vernauwd en beperkt beeld van de werkelijkheid. Onze beelden worden gevormd door onze digitale wereld. Het gemak waarmee we ons dit laten overkomen, wij doen er zelf aan mee en ondergaan het, verbaast Schnitzler.

Het Rathenau Instituut schrijft in het rapport De prijs van een surveillancesamenleving[4]:“leven we in een surveillancesamenleving? Jazeker.” De eindconclusie van het rapport, nadat er een hele rij voorbeelden van surveillancetechnologie gepasseerd zijn, is: “surveillancetechnologie is niet onschuldig maar riskant. Wie speelt met surveillancetechnologie speelt met vuur.” Goede afwegingen bij de inzet zijn noodzakelijk. Dit gebeurt veel te weinig, geeft het rapport aan.

 

Banaliteit van de controle

De manier waarmee wij in het algemeen omgaan met internet is bijna gedachteloos te noemen. Wij accepteren alle mogelijke gebruiksvoorwaarden zonder ze zelfs maar te lezen. Ook halen we de schouders op als we worden gewezen op het gemak waarmee we persoonlijke gegevens meedelen of in het internet verspreiden. In veel gevallen vinden we privacy niet belangrijk onder het motto ‘ik heb niets te verbergen’.de Duitse schrijfster, essayiste en juriste Juli Zeh – besproken in CM 127 – zegt over dit motto dat het “een bankroetverklaring aan het idee van het autonome individu” is[5]. De controle die zo op ons wordt uitgeoefend ondergaan we zonder morren, onszelf daarbij verliezend. Hier lijkt sprake te zijn van banaliteit, zoals Hanna Arendt die beschreef[6] onder “banaliteit van het kwaad”.

De Big Tech firma’s monitoren het internetgedrag van gebruikers. Hierbij verzamelen zij grote hoeveelheden gegevens, waarbij niet duidelijk is wat ze er allemaal mee doen. Ten dele is het wel helder. Persoonlijke gegevens worden gebruikt om het individu beter toegespitst van dienst te zijn. Of we daar blij mee moeten zijn is de vraag. Amnesty International waarschuwt in haar rapport[7] uit 2019 voor de te grote macht van deze firma’s en de geringe controle door de overheid.

Minstens zo belangrijk is dat de sociale media firma’s een dubieuze rol spelen door samen te werken met bijvoorbeeld de overheid in de Verenigde Staten. Deze samenwerking is overigens slechts gedeeltelijk vrijwillig. Wetgeving in de Verenigde Staten maakt het rechtshandhavings- en opsporingsinstituties mogelijk gegevens van vele internetorganisaties – tech companies – op te eisen. Dit geldt niet alleen voor gegevens die in de Verenigde Staten worden verzameld, maar eveneens buiten het land zelf, over de gehele wereld. Hoeveel gegevens en welke verstrekt worden beslissen deze surveillance intermediaries[8] genoemde tech companies zelf[9]. Hierdoor zijn ze tot belangrijke spelers in de wereld van rechtshandhaving, opsporing en nationale veiligheid geworden[10]. Daarmee worden de gebruikers tot een speelbal van de internetorganisaties.

Hoogleraar communicatie aan de Universiteit van New Mexico Nicholas Kelly citeert[11] Edward Snowden als hij schrijft: “de overheid heeft Corporate Amerika gemachtigd om het vuile werk op te knappen.” Voor velen ziet dit ‘vuile werk’ eruit alsof iemand op je let, waarmee aangegeven wordt dat er sprake is van personificatie van de controle. Daardoor wordt gesuggereerd dat er de controle onder menselijk toezicht staat. De werkelijkheid ziet er echter totaal anders uit. Hier is sprake van geautomatiseerde controle met algoritmische evaluatie, hetgeen in de relevante literatuur de naam dataveillance heeft gekregen. Dit taalgebruik heeft er volgens Kelly toe geleid dat geargumenteerd wordt dat deze dataveillance “minder indringend is” en derhalve “minder wettelijke beperkingen zouden moeten kennen.” Algoritmen zouden minder bedreigend zijn. Helaas zijn de laatsten, zoals ook in CM126 al beschreven, vrijwel altijd een black box, waardoor de uitkomsten niet meer gecontroleerd kunnen worden en dus ook “zelden betwist worden”.

Door de nieuwste ontwikkelingen is controle “banaal” geworden[12], aldus Sarah Brayne, hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Texas. Ook zij wijst op “de machtiging van controle” aan derden en vooral op de snelle en omvangrijke toename ervan, waarbij sociale media en digitale platformen een steeds grotere rol spelen. Dit komt tot uitdrukking in de term platform surveillance. Al deze ontwikkelingen rond controle van menselijk gedrag gaan snel en meestal niet gehinderd door wettelijke regelingen. De overheid gebruikt en misbruikt deze verzamelde data op steeds grotere schaal. Uit onderzoek[13] blijkt dat bijvoorbeeld de installatie van een populair systeem als de deurbel met camera er in de Verenigde Staten automatisch toe leidt dat de gebruiker deelneemt aan een buurtapp. In veel gebieden hebben de gebruikers van deze app een overeenkomst – veelal verstopt in de kleine lettertjes – met de politie, waardoor de beelden en andere gegevens door de politie gebruikt mogen worden. De auteurs proberen in mijn ogen deze “controle door machtiging” te laten zien als een al eeuwen bestaand systeem waarbij burgers elkaar controleren en ook de gegevens doorspelen aan de overheid, en daarmee als onschuldig. De digitalisering heeft dit vergemakkelijkt. Op deze manier “is staatscontrole verankerd in het sociale leven van alledag.” Degenen die zich laten gebruiken voor deze manier van doen hebben verscheiden motieven of participeren onbewust. De auteurs van de studie reflecteren op al deze mogelijkheden.

 

www.bitsoffreedom.nl/tag/massasurveillance/

 

Overheidscontrole?

Hoe er in China mee wordt omgegaan werd in de al genoemde eerdere artikelen in CM beschreven. Een aardige aanvulling is het artikel[14] en het erin genoemde boek van Ariane Ollier-Malaterre, hoogleraar management en voorzitter van Canada Research in Digital Regulation at Work and in Life aan de Universiteit van Quebec. Zij geeft op grond van eigen onderzoek in China aan dat veel van de gesprekspartners een dubbele houding hebben ten aanzien van de uitgebreide digitale bewaking aldaar. Het zou passen in de diepgewortelde al eeuwen bestaande gewoonte om de inwoners te bewaken. Ook volgens de geïnterviewden zou een dergelijk systeem noodzakelijk zijn om de problemen waarmee China kampt op te lossen. Daarnaast wordt dit gesteund door hun opvatting dat er in algemene zin een gebrek aan moreel besef in de samenleving te vinden zou zijn. Digitale surveillance zou tot een beter gedrag leiden. Hoewel dus enerzijds de staat gezien wordt als een vaderlijke figuur die oppast dat de kinderen zich gedragen, geven de ondervraagden anderzijds aan dat zij allerlei mechanismen hanteren om te doen alsof er geen surveillance is. Daarmee laten zij zien dat de continue bewaking toch een moeilijk te dragen last is.

Het gaat zover dat de persoonsgegevens van TikTok gebruikers in andere delen van de wereld, dus ook in Nederland, voor de Chinese overheid ter inzage zijn[15].  Opmerkelijk is dat TikTok in vele Aziatische landen verboden is en ook in China zelf niet functioneert[16]. Of een eigen Europees platform met een decentrale opzet dit soort misbruik voorkomt is onzeker, want wie beheert dit platform?

Op sommige momenten steekt de discussie over een digitale euro weer de kop op. Het blijft onduidelijk of deze er zal komen. De argumenten die voor invoer pleiten zijn flinterdun, terwijl de risico’s groot zijn. De EU weet dat ook[17], wanneer ze bij monde van de voorzitter van de Eurogroep openlijk laat doorschemeren dat de Europese ministers van Financiën “nog op zoek zijn naar een overtuigend en duidelijk narratief om de toegevoegde waarde van de digitale euro te verduidelijken.” Volgens Bollen, de auteur van het artikel hierover, is er allang een duidelijk verhaal, hetgeen de EU niet wil vertellen vanwege de grote weerstand uit de bancaire wereld. Bollen: “de digitale euro kan helpen om grote maatschappelijke problemen als financiële instabiliteit, ineffectief monetair beleid en ongelijkheid tegen te gaan.” Hij geeft daar ook voorbeelden van. Het is echter een politieke keuze om er niet te willen spreken over “dat de digitale euro kansen biedt om de publieke afhankelijkheid van de bancaire sector te verminderen.”

De risico’s zijn zoals bij elke digitalisering het kwijtraken van de controle over je eigen data. Het spreekt voor zich dat de EU beloofd volledige privacy te regelen, maar kan ze dat ook? De voorbeelden van de grote platforms en, in het geval van een digitale munt, van China zijn niet vertrouwenwekkend. Immers, de Chinese overheid gebruikt de digitale munt om burgers te controleren. In Europa zou, ondanks alle bezwerende woorden, een dergelijk systeem ook kunnen ontstaan.

In 2022 besloot de Europese Commissie de DSA – Digital Services Act – vast te stellen. De doelstellingen zijn[18]: “Betere bescherming van grondrechten, de aanpak van online misleiding en gebrekkige informatie, een gelijk speelveld voor bedrijven en digitale handel makkelijker maken.” Men hoopt hiermee de gebruiker meer zekerheden te geven over de informatie op en te beschermen tegen inbreuk op zijn privacy bij het gebruik van onlineplatforms. Op 17 februari 2024 moet deze verordening geheel geïmplementeerd zijn. De verordening gaat gedeeltelijk over de inhoud die via internet verspreid wordt. Het bepaalt wat wel en niet door de beugel kan. In een bespreking[19] – overigens door een lid van de Juridische Dienst van de Europese Commissie – wordt geconcludeerd dat: “de DSA vooral moet worden gezien als een poging om een evenwicht te vinden tussen die botsende grondrechten. Het is daarbij onvermijdelijk dat de meningen verschillen of de EU-wetgever in alle opzichten is geslaagd in dit streven en ook dat er… gaandeweg punten zichtbaar zullen worden die voor verbetering vatbaar zijn.”

Er is intussen nogal wat literatuur[20] over deze verordening, waarbij er voor- en tegenstanders zijn. Voor de laatste is de verordening niet goed genoeg. Het zou de grondrechten van burgers en hun privacy maar matig beschermen en vele sluipwegen openlaten. De vrijheid van meningsuiting is weliswaar niet (geheel) verdwenen, maar of de overheid zou moeten bepalen wat waar is, wat feiten zijn en wat niet, en wat desinformatie is, is een open vraag. Het gaat nog verder. De verordening geeft de staat nogal wat ruimte, die ook misbruikt kan worden[21].

 

https://sds-ict.nl/managed-security-monitoring/

 

Data uitwisseling

In de relevante literatuur en in de publieke pers zijn in toenemende mate artikelen te vinden die zich bezighouden met surveillance en het gebruik van erop gerichte software. Enkele voorbeelden, zonder deze uitvoerig te bespreken. Er bestaat anti-kindermisbruik software. Dit zou “het versturen van misbruikmateriaal via privéberichten kunnen herkennen, zonder de privacy te schenden van mensen die dergelijk materiaal niet delen.” Dit is niet feilloos. Ongeveer 20% van degelijk materiaal wordt niet herkend. Daarnaast is er een zeer kleine kans op vals-positieve scores, maar met vele miljoenen berichten per dag is het feitelijke aantal in werkelijkheid zeer groot. De wens om sociale media te verplichten dergelijke software op hun platform te gebruiken wordt in Europa vooralsnog afgewezen[22].

Al deze ontwikkelingen betekenen dat er steeds meer gegevens worden opgeslagen. Wat er met deze gegevens gebeurt, weet vrijwel niemand. Eén ding is zeker, diverse data verzamelende partijen combineren de door hen verzamelde gegevens met die van andere partijen Er vindt uitwisseling plaats. Deze steeds groeiende gecombineerde dataset wordt vervolgens continu doorzocht met behulp van algoritmen.

 

De bekende Duitse filosoof Peter Sloterdijk[23] ziet nog een ander soort controle door de staat. Daar de moderne staat een belangrijk deel van de inkomsten via belasting afroomt kan de staat ook bepalen hoe het leven in het algemeen verlopen zal. Hiertoe worden prikkels en aanbevelingen gebruikt en wanneer dat niet (meer) werkt wetgeving. Hij spreekt hier over “semi-dictatoriale verhoudingen” en “een verholen semisocialisme”. Hij formuleert het ook anders. “Wij leven allang in een neo-feodale samenleving, die zich als kapitalisme vermomt, in wezen echter semisocialisme is met een tendens tot driekwart socialisme.” In een commentaar[24] schrijft René Scheu, filosoof en journalist, als vervolg: “Bovenin heeft zich een nieuwe aristocratie genesteld, die uit door de staat gedulde, quasi-monopolistische semibedrijven, leidende managers van aan de staat gelieerde bedrijven en hogere ambtenaren bestaat; …” Sloterdijk zelf formuleert het nog iets anders: “We hebben boven ons een neo-feodale structuur in die zin dat er in korte tijd wereldwijd een superstructuur van miljardairs en multimiljonairs is ontstaan, die niet kan worden vergeleken met een aristocratie oude stijl. Onze feodale heren zijn schimmig en dat willen ze blijven ook.” Rushkoff (CM 143) was een jaar later duidelijker. Hij noemde enkele van deze heren bij naam. Hij is niet de enige. In de serie kwamen we op enkele plekken vooral de Big Five of toch Six en soms ook de “Frightful Five (Six)” genaamd (CM 125, 126, 128) al tegen. Daarnaast behoren ook andere miljardairs, die op andere terreinen hun inkomen binnen harken, tot deze groep, maar ook de CEO’s van multinationale bedrijven (CM 128). Sloterdijk laat zich niet uit hoe we uit deze situatie komen. In een ander interview[25] geeft hij aan dat: “het filosofisch juist is om op te merken dat oplossingen niet erger mogen zijn dan de problemen.”  Verder is hij huiverig om als Duitser oplossingen aan te dragen, daar “Duitsland de grootste exportnatie van dwalingen, die de wereld in beweging brachten, is. Dat risico moet je niet nogmaals nemen.”

Een totaal andere manier van controle uitoefenen geschiedt via microtargeting en social bots. Internet wordt gebruikt om burgers te beïnvloeden. Dit speelt in onze tijd een grote rol bij democratische verkiezingen[26]. Ook fake news is hierbij aan de orde. Digitalisering werd in de beginfase omarmt als mogelijkheid “om informatie diversiteit en een veelvoud van meningen en politieke deelname te bevorderen.” Het tegendeel gebeurt nu[27]. Het leidt tot zogenaamde echokamers waarin dezelfde informatie steeds weer wordt gedeeld in vrijwel dezelfde of enigszins gewijzigde woorden. Aan deze ontwikkeling werd aandacht besteed in CM 123 en 126.

 

 

In het volgend deel aandacht voor de bewaking van het individu en enkele andere kenmerken van een dystopie.

 

Noten


[1]      Brommersma S: ‘Vergeet de controlestaat, we leven in een controlemaatschappij’. Follow the Money, 4 februari 2024. (https://www.ftm.nl/artikelen/marc-schuilenburg?)

[2]      Schuilenburg M., Soudijn M: Digitale surveillance. Achtergrond, opkomst en onderzoek. Tijdschrift Cultuur & Criminaliteit 13 (2): 3-12, 2023

[3]   Schnitzler H: Het digitale proletariaat. De Bezige Bij, Amsterdam, 2015

Schnitzler H: Kleine Filosofie van de digitale onthouding. De Bezige Bij, Amsterdam, 2017.

Schnitzler H:Wij nihilisten. Een zoektocht naar de geest van digitalisering. De Bezige Bij, Amsterdam, 2021

[4]      Hamer J., Kool L: De prijs van een surveillancesamenleving. Een overzichtsessay over betekenis, werking en risico’s van surveillerende computers. Rathenau Instituut, Den Haag, 2021

[5]      Zeh J: Wo bleibt der digitale Code Civil? In: Nachts sind die Tiere. Frankfurt/Main: Schöffling & Co 2014

[6]      Arendt H: Eichmann in Jeruzalem: De banaliteit van het kwaad. Een reportage. Amsterdam, Moussault, 1969

[7]      Amnesty International: Surveillance Giants: How the Business Model of Google and Facebook threatens Human Rights. London, 2019

[8]      Rozenshtein A.Z: Surveillance Intermediaries. Stan. L. Rev. 70: 99-189, 2018 (https://review.law.stanford.edu/wp-content/uploads/sites/3/2018/01/70-Stan.-L.-Rev.-99.pdf)

[9]      Beens R.E.G: The State of Mass Surveillance. Forbes, 25 september 2020 (https://www.forbes.com/sites/forbestechcouncil/2020/09/25/the-state-of-mass-surveillance/)

[10]   Developments in the Law: Cooperation or Resistance? The Role of Tech Companies in Government Surveillance. Harvard L. Rev. 131 (6): 1722-1741 (https://harvardlawreview.org/archives/vol-131-no-6/)

[11]   Kelly N: Facing Surveillance: Personified Surveillance, Algorithmic Injustice, and the Myth of Big Brother in Post-Snowden Popular Culture. Surveillance & Society 20 (2): 172-185, 2022

[12]  Brayne S: The Banality of Surveillance. Surveillance & Society 20 (4): 372-378, 2022

[13]   Brayne S., Lageson S., Levy K: Surveillance deputies: When ordinary people surveil for the state. Law Soc Rev. 57: 462-488, 2023

[14]   Ollier-Malaterre A: Digital surveillance is omnipresent in China. Here’s how citizens are coping. https://theconversation.com/digital-surveillance-is-omnipresent-in-china-heres-how-citizens-are-coping-225628

Ollier-Malaterre A: Living with Digital Surveillance in China. Citizens’ Narratives on Technology, Privacy, and Governance. Routledge. Abingdon, 2023

[15]  Stikker M., Waal S. van der: Waar blijft de Europese TikTok? NRC, 5&6 november 2022

[16]   He L: Wait, is TikTok really Chinese? CNN, 28 maart 2024. (https://edition.cnn.com/2024/03/18/tech/tiktok-bytedance-china-ownership-intl-hnk/index.html)

Nijenhuis H: Expert: ‘TikTok verboden in China, realiseer je wat dat voor ons betekent?’ AD, 31 maart 2024

[17]   Bollen Th: De digitale euro: balanceren tussen bancaire belangen en de revolutie van ons geld. Follow the Money, 3 juli 2023 (https://www.ftm.nl/artikelen/ecb-introduceert-digitale-euro?)

[18]   https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2023/02/17/eu-regelgeving-van-start-extra-verantwoordelijkheden-digitale-diensten

[19]   Wilman F: De Digital Services Act (DSA): een belangrijke stap naar betere regulering van onlinedienstverlening. NtER 9/10: 220-232, 2022

[20]   Duivenvoorde B., Goanta C: The regulation of digital advertising under the DSA: A critical assessment. Computer Law & Security Review 5, 105870, November 2023

Turillazzi A. et al: The digital services act: an analysis of its ethical,legal, and social implications. LAW, INNOVATION AND TECHNOLOGY 15 (1): 83-106, 2023

[21]   Chander A: When the Digital Services Act Goes Global. https://scholarship.law.georgetown.edu/facpub/2548

[22]   Fanta A: Surveillancesoftware voor opsporing kindermisbruik in de EU is zeer gebrekkig, geeft de fabrikant toe. Follow the money, 25 januari 2024. (https://www.ftm.nl/artikelen/software-tegen-kindermisbruik-ashton-kutcher-ondermaats?)

[23]   Maltzan L., Nehre S: Gespräch mit Peter Sloterdijk. December 2020. https://www.21zeitgeister.eu/?name=PeterSloterdijk

[24]   Scheut R: Mehr Freiheit oder mehr Zwang – Hand aufs Herz: Wie hältst du’s mit deinem Staat? NZZ, 9 februari 2021 (https://www.nzz.ch/feuilleton/peter-sloterdijk-ueber-staat-freiheit-zwang-und-semisozialismus-ld.1600610)

[25]   Mäder C, Ribi Th: Peter Sloterdijk: Deutschland ist die grösste Exportnation für Irrtümer». NZZ, 24 november 2022 (https://www.nzz.ch/feuilleton/peter-sloterdijk-ueber-zeitenwende-und-welterklaerungen-ld.1713217)

[26]   Efthymiou-Egleton T. et al: Big Data and Democracy. HAPSc Policy Briefs Series, 1 (2): 18-15, 2020 (https://ejournals.epublishing.ekt.gr/index.php/hapscpbs/article/view/26473)

[27]   Bogner A. et al: Technikfolgenabschätzung und die Zukunft der Demokratie – ein Überblick. In: Bogner A. et al: Digitalisierung und die Zukunft der Demokratie: 9-23. Nomos Verlag, Baden-Baden, 2022