Civis Mundi Digitaal #152
Bespreking van Mike Lofgren, The Deep State: The Fall of the Constitution and the Rise of a Shadow Government. New York, Penguin Random House, 2016
In Deel 1 omschrijft Lofgren de Deep State en zijn belangrijkste geledingen: de geheime diensten en andere instellingen die de regering aansturen, zoals Wall Street bankiers, grote bedrijven, in het bijzonder Big Oil en Big Tech, en andere invloedrijke organisaties, denktanks en stichtingen. Hij noemt het vooral een plutocratie: de macht van het geld.
Vervolgens laat hij zien hoe vooral na de oorlog de invloed van de Deep State en haar geledingen toeneemt, zoals ook door Peter Dale Scott beschreven in vorig nummer. Deel 2 gaat verder in op de redenen waarom er weinig verandert wat betreft de Deep State, hoewel presidenten wel probeerden geheime diensten meer onder controle te krijgen en het stempel van hun regering op het beleid te drukken. Tegen de macht van het geld (b)lijken ze niet opgewassen. Zou de macht van het volk er wel tegen zijn opgewassen als het collectief in beweging komt?
De auteur is van Zweedse afkomst en schreef eerder de bestseller The Party is Over: How Republicans Went Crazy, Democrats Became Useless, and the Middle Class Got Shafted. Hij is een insider en was 28 jaar stafmedewerker bij het Congres en de Senaat op het gebied van defensie, maar hij werkte daar ook voor het Budget Committee. Hij begon als Republikein ten tijde van Reagan en noemt zich een insider, maar werd aan het einde van zijn loopbaan resoluut partijloos. Politieke ideologieën zag hij als “middelen om houdingen en gedrag te manipuleren... een surrogaat voor het oplossen van problemen en een manier om het verlangen te vervullen om ergens bij te horen dat groter is dan jezelf... of een substituut religie”. (p1,137)
Lofgren vraagt zich af of de Amerikaanse politiek geen grote dure reality show is geworden met een nauwlettend script. Hij beweert dat de democratie qua vorm maar niet in naam is veranderd in een oligarchie, eigenlijk een plutocratie, waarbij het geld regeert. De politiek is is zijn morele kompas is kwijtgeraakt en is afhankelijk geraakt van “big donors” en economische theorieën die in diskrediet zijn geraakt [zoals het neoliberalisme]. Regerende klassen hebben hun ziel verkocht aan gevestigde belangen. Er zijn hervormingen nodig om weer op koers te komen. Het begint met bewustwording van wat er mis is met name wat betreft het functioneren van de regering en de Deep State. Zijn boek is bedoeld om ons daarvoor de ogen te openen.
Lofgren is een van de eersten die de term ‘Deep State’ gebruikte en populariseerde. Peter Dale Scott verwijst naar een artikel van hem in zijn boek dat in CM 151 is besproken. Na zijn omschrijving van de Deep State, volgen hoofdstukken over
Mike Lofgren, ‘The man who popularized the Deep State’ https://www.npr.org/transcripts/776852841
Inleiding: de vooruitzichten van Trump
In de ‘Gilded Age’ bepaalden miljardairs in vergaande mate de wetgevende macht, die werd gesponsord door hun bedrijven. Na de hervormingen van New Deal onder Franklin Roosevelt na de crisis van 1929 ging het meer in de richting van een Europese sociaaldemocratie. Maar na de oliecrisis, de val van het communisme en de neoliberale Reagan revolutie in de jaren ’80 namen en de oligarchische tendensen en de ongelijkheid toe “tot de meest ongelijke inkomensverdeling sinds de crisis van 1929... Politieke elites beheersen onze beide partijen.” De keuze tussen presidentskandidaten lijkt op “de keuze tussen Coke of Pepsi”, tussen twee vertegenwoordigers van de zittende elite, die bevriend met Wall Street en Big Money zijn, hun sponsors. (pxi,xiii)
De politieke onvrede heeft Trump naar voren gebracht, die daarop inspeelde met zijn “subversieve retoriek... media-entertainment... en demagogische vaardigheden... Het lijkt vreemd dat veel stemgerechtigden menen dat de bron van hun problemen de oplossing van hun problemen is. Maar het is niet de eerste keer dat de massa wordt misleid door door ‘wishful thinking’.” (p xi-xvi)
Trump presenteert zich als een “vriend van de werkende klasse”, maar had meer superrijken in zijn kabinet dan enige andere president. Hij was ook de meest vermogende president ooit, mogelijk door dubieuze financiële transacties waarover nog rechtszaken lopen. (G.W.Domhoff, Who Rules America, p168, zie CM 143 Deel 2)
“Trumps financiële plannen passen goed in de genadeloze roofzuchtige laissez-faire praktijken die de economie van de Deep State kenmerkten... Trump is veeleer een symptoom dan een oorzaak, een surfer op de golf van volksgevoelens... Hoe de verkiezingen ook wordt besloten, dit zal niet de kerndilemma’s oplossen die in het hart van de Deep State liggen. Stijl stijgende inkomensongelijkheid, de overheersing van het geld bij verkiezingen en wetgeving, de ogenschijnlijke verslaving aan oorlog... kunnen niet uitgebannen worden door een enkel presidentschap... zeker niet door een bluffende demagoog die een beladen relatie met feiten en logica heeft.” Een hervorming van de Deep State zal bij hem onwaarschijnlijk zijn. (pxvi,xviii,xix)
Trump lijkt het ambtenarencorps in de overheidsdepartementen als de Deep State te zien in plaats van de vele stichtingen, denkktanks, ‘policy planning netwerken en inlichtingendiensten’, zoals bij andere auteurs. In een wet, ‘Schema F’ genaamd wilde hij vijftigduizend ambtenaren vervangen en daarbij trouw aan de grondwet vervangen door trouw aan de president in een meer autocratische staat. Zijn beleidsplannen sluiten aan bij conservatieve stichtingen en denktanks, die een onderdeel vormen van de deep state. (Zie De Groene Amsterdammer, 29 aug. 2024,’Trump 2.0’, p30). Wie er ook aan de macht komt, de Deep State zal zich linksom of rechtsom wel weten te handhaven.
Een gespleten samenleving tussen top en onderbouw
Lofgren schetst een somber beeld van de VS, dat zich niet echt heeft hersteld en hervormd na de economische crisis van 2008. Hij relateert deze crisis aan de enorme kosten van de oorlog in Irak, van naar schatting een triljoen dollar en het onverantwoordelijke gedrag van Wall Street (zie bespreking van De Wagt Deel 1 in CM 150) Het “marionettentheater” van het Congres en de Senaat draagt weinig oplossingen aan. Beide staan onder “de disproportionele invloed van machtige bedrijven”, waarvan de bevolking zich niet bewust is. De regering lijkt “meer en meer resistent tegen de wil van het volk naarmate zij verwikkeld is geraakt in een netwerk van invloed van bedrijven en privépersonen, met een bijna onbegrensde hoeveelheid geld om zijn wil door te drijven.” Hij spreekt van een paradox tussen een dysfunctioneel land met een “ogenschijnlijke almacht”. De gezondheid, levensstandaard en levensverwachting van veel Amerikanen gaat in de richting van een derdewereldland. Terwijl het geld zich ophoopt in New York (Wall Street) en Silicon Valley.
Alvorens hij verder gaat met zijn beschrijving van de Deep State geeft hij zijjn impressies van bijna 20 jaar werken in Washington, waar de politieke top is gehuisvest. Er wordt per jaar voor een triljoen, duizend miljard, aan contracten aangegaan, voor een groot deel met de wapenindustrie vanwege de "voortdurende lucratieve oorlogen”. Er zijn meer dan 1600 stichtingen gevestigd met hordes lobbyisten. Hij noemt de onopvallende, haast verborgen gehouden positie van de CIA en de National Security Council, die een essentieel deel uitmaken van de schaduwregering van de Deep State. Hij noemt ook Fort Hunt, waar aan het eind van de oorlog gevluchte Nazi’s onderdak vonden, zoals raketexpert Wernher von Braun en hoofd van de Nazi geheime dienst Reinhard Gehlen en andere kopstukken.
Evenals in Manhattan, Hollywood en Silicon Valley bevinden zich in Washington een groot aantal carrière-strebers en beroemdheden met een eigensoortige cultuur, maar minder ostensief met openlijk glamour en opzichtige statussymbolen. Opvallend is de “militaire aanwezigheid” van de defensie-industrie. Het lijkt in dit opzicht op een garnizoensstad, zoals Berlijn. Er wonen ook veel “Merchants of Death”, zoals wapenhandelaren worden genoemd. “Er is een soort ongeschreven regel... dat ze zich niet al te duidelijk moeten laten zien.” (p26)
Verder zijn er etnische enclaves van gevluchte Vietnamezen, Iraniërs en andere bevolkingsgroepen als gevolg van “mislukte Amerikaanse interventies”. (p27) Na de War on Terror werd het Department of Homeland Security de op twee na grootste overheidsinstelling. Het houdt zich onder meer bezig met homeland surveillance en is een sterk toegenomen onderdeel van de Deep State.
De Deep State is vooral ondergronds https://www.econlib.org/there-is-no-deep-state/
De openbare staat lijkt op een apenrots, daaronder gaat de slangenkuil van de Deep State schuil
Wat is de Deep State?
Lofgren omschrijft de Deep State als “een hybride associatie van sleutelelementen van de regering en onderdelen van het topniveau van financiële instellingen en de industrie, die in staat zijn de VS feitelijk te regeren met slechts beperkte verwijzing naar instemming van degenen die worden geregeerd, zoals gewoonlijk uitgedrukt in verkiezingen... De Deep State is het grote verhaal van onze tijd. Het is de rode draad die loopt door de oorlog tegen terroristen en de militarisering van de buitenlandse politiek, de financialisering en de deïndustrialisering van de Amerikaanse economie, de opkomst van een plutocratische sociale structuur [d w z gebaseerd op geld]. Dit heeft de meest ongelijke samenleving opgeleverd in bijna een eeuw, en een politiek dysfunctioneren dat het land heeft lamgelegd en kiezers ertoe drijft om Trump te omarmen.” Het roept de vraag op wie aan het roer staan van de regering van de VS. (p5)
Deze zorg is niet nieuw. “Onfortuinlijke buitenlandse gebeurtenissen leren ons opnieuw twee eenvoudige waarheden omtrent de vrijheid van een democratisch volk. De eerste waarheid is dat de vrijheid van een democratie niet veilig is als het volk de groei tolereert van een macht voorbij een punt dat deze sterker wordt dan de democratische staat zelf... De tweede waarheid is dat de vrijheid van een democratie niet veilig is als zijn stelsel van bedrijven geen werk verschaft en goederen op zo’n manier produceert en verdeelt dat deze geen aanvaardbare levensstandaard kan bestendigen... Onder ons groeit vandaag de dag een concentratie van private macht zonder gelijke in de geschiedenis.” (p.30, Franklin D. Roosevelt, Boodschap aan het Congres, 29 april 1938)
Een hoofdkenmerk van de Deep State is dat deze onzichtbaar is en minder gemakkelijk te omschrijven, omdat zij voornamelijk in de schaduw opereert. De regering vormt de zichtbare top van een ijsberg die zich voor een groot deel onder water bevindt, zoals ook de surveillance van de bevolking en de martelingen van vermeende terroristen om een bekentenis af te dwingen.
“De Deep State is geen uitdrukking van een geheime samenzwering of besloten kliek. Het geloof in overkoepelende samenzweringen en deskundige georganiseerde ‘cover-ups’ die deze samenzweringen decennia verborgen houden, wordt niet bevestigd door logica, feiten en ervaringen.” Er is geen verborgen meester-plan van een demonische figuur of iets dergelijks. (p33)
De Deep State bestaat uit instanties voor nationale veiligheid en wetgevende instellingen, vooral in de Departementen van Defensie, Buitenlandse Zaken, Homeland Securtity, de CIA en ook Justitie en Financiën, dat nauwe betrekkingen met Wall Street onderhoudt. “De Deep State bestaat niet alleen uit regeringsinstellingen." Ook private ondernemingen en instellingen zijn er deel van.
“Er zijn nu 854.000 personeelsleden aangenomen met topgeheime bevoegdheden – een groter aantal dan het aantal overheidsmedewerkers met duidelijke bevoegdheden... De celwand tussen regerings- en industrieel personeel is zeer doorlaatbaar.” (p35) Topfunctionarissen en directeuren van bedrijven worden vaak overgeplaatst naar de regering en omgekeerd. Daardoor is er een sterke invloed van grote bedrijven op de regering. “Het is niet teveel gezegd dat Wall Street misschien de uiteindelijke eigenaar is van de Deep State en zijn strategieën... De reden is dat Wall Street het geld heeft om regeringsmedewerkers een tweede carrière te verschaffen die de dromen van een regeringsambtenaar te boven gaat.” (p36)
Silicon Valley is essentieel voor de surveillance-tak van de Deep State en de besturingssystemen van het wapentuig en heeft derhalve banden met de regering en de Deep State, die ook banden heeft met het Militair Industriële Complex. Het besturen van dit complex vraagt volgens Lofgren een meer oligarchisch georganiseerde regering, waarin de democratie zich geleidelijk transformeert in een proces van toenemende militarisering met "permanente oorlog en constante surveillance”. (p39)
De Deep State bestaat niet uit “briljante samenzweerders”. Het is veeleer “een verkwistende en incompetente manier van regeren”. Zij blijft bestaan omdat machthebbers worden beloond. En vanwege de “apathie, angst en cynisme van de bevolking – het tegendeel van verantwoordelijk burgerschap”. (p40)
Illustratie: Matthijs Sluiter De bankencrisis heeft weinig veranderd https://www.dbnl.org/tekst/_taa014200801_01/_taa014200801_01_0222.php
Keerpunten die het tij niet keerden
De aanslagen van 11 september 2001, de invasie in Irak en de bankencrisis van 2008 stimuleerden het onderzoek naar achterliggende drijfveren (van de Deep State, die zich daardoor meer deed gelden). Bij de invasie in Irak begon Lofgren zich af te vragen wat de motivatie was van degenen die G.W. Bush de ‘Decider’ noemde. Maar hij zag ook de ‘groupthink’, die eigen lijkt aan organisaties en groeperingen, en bestaat uit het aannemen van gezichtspunten van collega’s en meerderen. In Washingtonis dit gemeengoed. “Het is moeilijk voor iemand om iets te begrijpen wanneer zijn salaris afhangt van het niet begrijpen ervan,” zei Schrijver Upton Sinclair. “Geen wonder waarom er zo weinig klokkenluiders zijn.” (p41,42)
Lofgren noemde enkele historische keerpunten, maar “toch keerde de geschiedenis zich niet”. Er werden geen maatregelen getroffen om crises en oorlogen te voorkomen. Aanslagen en crises werden afgedaan als verrassingen die niemand had kunnen zien aankomen, terwijl men er eigenlijk op aanstuurde. Wat betreft de Deep State veranderde er weinig, behalve dat deze toenam in invloed, zoals ook Peter Dale Scott beschrijft. (zie CM 151)
Bij opeenvolgende presidenten bleef de Deep State intact en nam toe in invloed, evenals het defensie- en nationale veiligheidsbudget. Hoop op verandering veranderde niets wezenlijks. Surveillance en investeringen in oorlogstuig namen toe. Lofgren stelt dat er een fundamentele politieke continuïteit bestaat die niet afhankelijk is van welke partij de regering beheerst”. (p44) Hij illustreert dit vooral aan de hand van de continuïteit van de buitenlandse politiek onder Bush en Obama.
Het is alsof de regering gevangen zit in de “ijzeren kooi” van de maatschappelijke organisatie en daarmee gepaard gaande bureaucratie, met een term van socioloog Max Weber. Men schikt zich naar de geldende verwachtingen en ingeslepen patronen. Wat betreft de Deep State zijn deze patronen omringd door een mist van propagandistische opvattingen, die haar voortbestaan verzekeren. Bijv. dat de VS de fakkeldrager en beschermer van vrijheid, democratie en mensenrechten is in een wereld vol bedreigingen, waar zij paal en perk aan stelt. Desnoods met martelingen en offensieve oorlogen en invasies, die eigenlijk de grootste bedreiging daarvoor vormen. (pxvii,47)
Naoorlogse ontwikkelingen en hun consequenties
De geheime ontwikkeling van de atoombom en de instelling van de CIA en de National Security Council met de National Security Wet van 1947 vormen volgens Lofgren “de dageraad van de Deep State”. Hoewel deze ondergronds al eerder bestond, zoals Roosevelt in eerder genoemd citaat al zei. Spionage en geheime acties tegen het communisme namen toen een hoge vlucht, voor een belangrijk deel gedreven door angst, paranoia, misvattingen en propaganda. Een tegenbeweging volgde bij de massale verwerping van de oorlog in Vietnam met een beroep op andere Amerikaanse waarden dan de geschonden nationale eer en veiligheid.
Het linkse antikapitalistische klimaat bracht daarna een tegenbeweging op gang van verdediging van het “systeem van het vrije ondernemerschap”. Dit werd ondersteund door economen als Friedrich Hayek, Ludwig von Mises en Milton Friedman, grondleggers van het neoliberalisme, dat werd omard door Margaret Thatcher en Ronald Reagan. Overheidsinvloed werd ingeperkt met privatisering en deregulering, die door diezelfde overheid min of meer werden afgekondigd met wetten. Dat gold echter niet voor defensie, waarvoor de uitgaven gigantisch toenamen, terwijl andere overheidsuitgaven werden gesnoeid. De Amerikaanse industrie was voor een belangrijk deel afhankelijk van defensiecontracten. Vandaar dat het militarisme door de industrie werd omarmd.
Vrije markt kapitalisme ging gepaard met toenemende overheidsinvesteringen in defensie. De val van het communisme versterkte het triomferende vrije markt kapitalisme en verzwakte sociale wetgeving en overheidsdiensten. Wat betreft Wall Street namen financiële diensten in toenemende mate de plaats in van industriële productie in de zogenoemde informatiemaatschappij. Speculeren in plaats van produceren als manier om rijk te worden. De deregulering van de financiële markten vormt de achtergrond van de bankencrisis in 2008, zoals uitgelegd in de bespreking van het boek van De Wagt Deel 1 in CM 150.
Na de val van het communisme was er behoefte aan een nieuwe vijand om de toenemende defensieuitgaven te kunnen legitimeren. De oorlog in Koeweit tegen Irak vormde een voorproefje van de invasie na 11 september 2001, die een boost gaf aan de Deep State en Homeland Security met wijdverspreide surveillance. Marteling werd weer min of meer openlijk toegestaan tegen vermeende terroristen. Alles in dienst van de nationale veiligheid. "Autoritair militarisme ging hand in hand met libertair individualisme”. (p62)
Presidenten George H.W. Bush, Barack Obama George W. Bush, Bill Clinton en Jimmy Carter in 2008. (foto: Wikimedia)
Maken verkiezingen wat uit?
Het antwoord is ten dele al gegeven: hetzelfde beleid wordt voor een groot deel voorgezet onder opeenvolgende presidenten, vooral het buitenlands beleid, waarmee het Congres zich minder inlaat. “Als consequentie van mijn fundraising werd ik meer zoals de rijke donateurs die ik ontmoette... bankiers, hedge fund managers, durfkapitalisten," schreef Obama. Hij bracht meer tijd met hen door dan met de andere 99 procent van de bevolking. (p63)
De vereisten van het Pentagon en de CIA gaan voor die van de bevolking “als iemand de magische term ‘’nationale veiligheid’ uit”. (p64) Sinds 9/11 heeft het Congres de buitenlandse politiek voor een groot deel gedelegeerd aan de president, die zijn gang kan gaan zonder de volksvertegenwoordiging of het volk te raadplegen. “Het gewone volk heeft weinig invloed op zijn regering.” Dit wordt bevestigd door sociaal wetenschappelijk onderzoek naar correlatie van publieke opiniepeilingen met feitelijk regeringsbeleid. Conclusie: “de voorkeuren van de economische elites hebben veel meer invloed op beleidsverandering dan de voorkeuren van de gemiddelde burgers.” (p65)
Het Congres wordt sterk beïnvloed door lobbyisten en besteedt 40 procent van de werktijd aan fundraising. “Money buys votes” (p67) Lofgren is bezorgd voor corrumperende invloeden die leiden tot corrupte politici. De invloed van de Israëlische lobby, de American Israel Public Affairs Committee AIPAC, is buitenproportioneel. “Netanyahu... werd genoemd als de leider van de Republikeinse partij, dezelfde partij die pronkt met zijn xenofobe ‘America First’ patriottisme." (p69)
“”Money controls Washington,” volgens congreslid Vance McAllister. Men “stemt voor fundraising in plaats voor wat juist is”. Hij werd verslagen bij de volgende verkiezingen. “Dergelijke oprechtheid wordt zelden beloond.” (p70,71)
https://www.youtube.com/watch?v=pvjoqhuOiPY
Presidenten luisteren naar invloedrijke ondergeschikten
Lofgren ziet evenals Scott een verschuiving van de macht van het Congres naar de president, die na 9/11 met name op het gebied van nationale veiligheid meer bevoegdheden kreeg, onder meer om oorlogen te beginnen. De president wordt echter aangestuurd door adviseurs, met name nationale veiligheidsadviseurs en minsisters. Lofgren illustreert de grote invloed van Reagans secretaris Larry Speakes en stafchef Donald Regan. Speakes schreef het script voor de voormalige acteur, die uitvoerde en uitsprak wat hem werd voorgeschreven met behulp van “note-cards”. (p74,75) Zijn neoconservatieve aanhang zorgde ervoor dat de neoliberale vrije markt economie hoog op zijn agenda kwam te staan.
Presidenten na Reagan hadden hun regering meer in de hand. Clinton had bijv. een ambitieuze agenda om de economie te stimuleren, maar ging gewoon door met de deregulering en liberalisering die onder Reagan vaart kreeg. Hij luisterde naar zijn minister van financiën Robert Rubin, een bankier van Goldman Sachs en naar de president van de Federal Reserve Bank Alan Greenspan, beide neoliberalen. Clinton paste zich aan met oog op zijn herverkiezing en de financiering door Wall Street, dat na zijn presidentschap zijn dankbaarheid toonde. “De financiële industrie betaalde hem 23 miljoen dollar voor spreekbeurten na zijn ambt”. (p78)
“Bush de Decider”, zoals hij werd genoemd, luisterde naar zijn vicepresident Dick Cheney, die eigenlijk als een soort co-president fungeerde en nauw contact onderhield met minister van defensie Donald Rumsfeld. Een machtig duo, dat al sinds president Ford aan de touwtjes trok in diverse functies en ministerschappen. De president is vaak “de dupe van zijn ondergeschikten”. Vooral als er iets mis gaat blijkt hij vaak ongeïnformeerd en wordt hij uit de wind gehouden.
Obama wilde de erfenis van Bush veranderen, maar zette deze in vergaande mate voort, inclusief de oorlogen die onder Bush begonnen, hoewel hij een totaal andere persoon en president is. Ook Obama was niet bestand tegen de druk van het leger, de CIA en het Departement van Buitenlandse Zaken om meer troepen naar Afghanistan te sturen. Het roept de vraag op in hoeverre “een gekozen president zijn eigen bureaucratie kan beheersen”. (p83)
Ondertussen ging de geldstroom naar defensiecontracten in toenemende mate door, die werd beïnvloed door het Militair Industriële Complex en Obama stemde ermee in. Wat betreft de binnenlandse politiek werd hij een “lamme eend president” en een “kampioen van de status quo” genoemd, omdat de Republikeinen het Congres domineerden. (p86) Zijn CIA directeur John Brennan merkte als een schoolmeester op, dat Obama veel geleerd had omtrent de complexiteit van de nationale veiligheid.
Running the World luidt de toepasselijke titel van het boek van David Rothkopf over de National Security Council. (Zie CM 144) Het is een van de meest invloedrijke instanties van de Deep State, waarin ook de CIA, het Pentagon en het Ministerie van Buitenlandse Zaken vertegenwoordigd zijn onder voorzitterschap van de president, die luistert naar zijn adviseurs en ministers.
https://www.blckbx.tv/buitenland/docu-over-9-11-nine-eleven-langs-de-lat-van-het-kritisch-denken
Defensie heeft de aanslagen niet afgewend
Verdedigt de Amerikaanse defensie de VS?
“Van alle vijanden van algemene vrijheid is oorlog wellicht het meest te vrezen... Legers, schulden en [meer] belastingen zijn de bekende instrumenten om de velen onder de overheersing te brengen door de weinigen... Geen land kan zijn vrijheid bewaren te midden van continue oorlogsvoering.” James Madison, ‘Political Observations’, 1795
Lofgren wijst op foute inlichtingen van de CIA over massavernietigingswapens van Irak die de invasie in Irak legitimeerden. [Of was het een leugen tegen beter weten in?] Hij vraagt zich ook af: “Gaven CIA analisten het Witte Huis een adequate inschatting van de waarschijnlijke stappen van Poetin als de VS Oekraïne aanzette tot associatie met de Europese Unie en mogelijk lidmaatschap van de NAVO? Poetin had zijn intenties duidelijk getelegrafeerd in 2008, toen hij Georgië aanviel onder bijna identieke omstandigheden. Hoewel de verantwoordelijkheid voor de zich ontvouwende tragedie in Oekraïne grotendeels bij het Kremlin ligt, draagt Washington aanzienlijke schuld voor zijn medeplichtige rol bij het stoken van onrust in Kiev, die tot de coup leidde.” En later tot oorlog. (p92)
Lofgren wijst ook op professionele operaties [van de CIA?] die daarbij betrokken waren en wijst op gebreken in het functioneren van de CIA en de National Security Council in het voorspellen van de gevolgen van hun operaties. [Maar kan het ook gewoon geopolitieke opzet zijn om Oekraïne los te maken van Rusland en provocaties uit te lokken, volgens het standaard repertoire van de VS om staatsgrepen en oorlogen te entameren. Zie Daniele Ganser, Imperium USA, besproken in CM 151.] Volgens Lofgren heeft het leger van de VS "vaak het eerst in plaats van het laatst zijn toevlucht genomen tot gebruik van gewapende troepen in omstandigheden van dubieus nationaal belang”. (p100)
Hij wijst erop dat er in 2014 Special Operations Forces van de VS waren in 133 landen voor uiteenlopende samenwerking, training en geheime missies. Hij wijst ook op het “verre van bescheiden” defensiebudget. Maakt het de wereld en de VS veiliger?
“Met al zijn honderden miljarden van jaarlijkse bestedingen, was het Departement van Defensie niet in staat het nationale territorium of zelfs zijn eigen hoofdkwartier, het Pentagon, te verdedigen.” [Of was de machtigste defensie ter wereld daartoe wel degelijk in staat en is het ongeloofwaardig dat zij daartoe niet in staat was, maar liet men het gebeuren? Zie Ganser en De Wagt] Zou het Pentagon dat “nonstop is geïnvolveerd in buitenlandse interventies” niet zijn voorbereid het territorium van de VS te verdedigen? (p93,94)
https://historianet.nl/misdaad/terrorisme/9-11-de-terreuraanslagen-van-11-september-2001 Raketinslag
Het vijfhoekige Pentagon waar het Ministerie van Defiensie is gevestigd heeft niet eens zichzelf adequaat verdedigd
Het Militair-Industriële Complex: crisis als kans
Wanneer troepen ergens verminderen of worden teruggetrokken, zoals uit Irak “richt het militair industrieel complex zijn blik onmiddellijk op nieuwe horizonten. Het Pentagon zoekt nieuwe theaters van conflict.” (p95) Regering en media zoeken bedreigingen van nationale veiligheid om middelen in te zetten om deze te neutraliseren. Het overzicht van mogelijke bedreigingen “bestrijkt zo ongeveer de hele planeet. Een nogal uitgebreide omschrijving van nationale veiligheid”. Het gaat ook om “vitale belangen” van de VS. Vandaar “dat de VS voortdurend in een toestand van oorlog. koude oorlog of bijna oorlog verkeert". (p98)
Lofgren wijst erop dat tientallen voormalige hoge officieren werkzaam zijn aan de top van bedrijven die defensiecontracten krijgen. De officieren verdienen daarmee één tot elf miljoen dollar per jaar. “Kan dit het enthousiasme verklaren van officieren voor te hoog geprijsde wapensystemen?” (p99)
Hij doet een boekje open over de “extravagant dure” aankopen van bijv. de F-22 en F-35, die bovendien minder adequaat werken dan “het werkpaard de F-16, vanwege hun complexiteit en kwetsbaarheid. Lofgren spreekt van “vergulde wapensystemen”, die als duur porselein in de buffetkast blijven staan.
“Het Militair-Industriële Complex ziet crisis als kans [...en] is met de financiële industrie een van de grootste en machtigste van de speciale belangen die onze politici goed voorzien houden van contanten... Het primaire doel [van de interactie tussen het Departement van Defensie en ‘contractors’] is veeleer ‘cash flow’ dan militaire effectiviteit... ’Continuïteit van kleine oorlogen (of de dreiging daarvan) is essentieel voor de bedrijfscomponent van het MICC [Militair-Industrieel-Congres- Complex]’,” aldus Pentagoninsider F.C. Spinney. (p103)
“Het ’beest’ (het M I Complex) wordt gevoed door angst... Vrees en overdrijving worden gebruikt om na 9/11 publieke emoties uit te buiten en gijzelen de war on terror door Irak binnen te vallen vanwege een eigen agenda”. (p105,106) Niet Irak maar VS bondgenoot Saoedi-Arabië subsidieerde echter decennia lang terroristische bewegingen. “Het streven van de politiek is om de bevolking gealarmeerd te houden... door te dreigen met eindeloze series mythen met monsters die allemaal denkbeeldig zijn,” schreef H.L. Mencken, In Defense of Women, 1918
Heeft de Amerikaanse wijze van bevechten van de war on terror met “full-dress” militaire invasies, drone aanvallen, geheime gevangenissen, martelingen en speciale uitleveringen niet meer terroristen gecreëerd dan het in staat is om op te sluiten en te doden?... Het is een voorbeeld van hoe de Deep State... een heksendrank exploiteert van angst. selectief geheugen en ‘agenda setting’ om de belangen van regerings- en bedrijfssegmenten van de Deep State stevig mee te vermengen.” (p106)
https://www.slideshare.net/slideshow/petro-dollar-9265818/9265818
Economische oorlogsvoering: de petrodollar
Behalve het Militair-Industriële Complex doet Wall Street ook mee met oorlogvoering en heeft daarbij eigen binnenlandse en wereldwijde belangen veilig te stellen. Het gaat om “een open economisch systeem, een mondiaal economisch model dat geschikt is voor investeringen en penetratie van de VS... het systeem van vrij ondernemerschap, of meer accuraat de doctrinaire neoliberale interpretatie daarvan... De VS gebruikt zijn militaire spieren om een economisch model te bestendigen en andere landen te weerhouden om af te wijken van zijn orthodoxie... Het gaat om olie, maar olie is maar een component (zij het een belangrijke) van een groter doel: de handhaving van de dollar als wereldmunt.” (p109)
In de jaren zestig kende de VS handelstekorten op de betalingsbalans, meer import dan export, en hoge kosten van de oorlog in Vietnam. In 1971 liet Nixon de goudstandaard los, waardoor de waarde van de dollar niet meer door goud werd ondersteund en geen vaste waarde had, en de waarde daalde met betrekking tot andere munten. De oliecrisis van 1973 verergerde het handelstekort [door dure olie-import]. In plaats van de export te vergroten, werd de focus van de VS “het manipuleren van de waarde van de dollar... Bankiers en financiële ingenieurs begonnen de industriëlen te vervangen... De dollar kon zijn status als wereldmunt handhaven alleen als de landen die de VS moesten betalen genoodzaakt waren een nuttige besteding voor die dollars konden vinden.” Namelijk het kopen van goederen en het sluiten van transacties die werden betaald in dollars, zoals olie, na de overeenkomst daarover met Soedi-Arabië en de OPEC landen om olie te verhandelen in dollars. De petrodollar, waarvan de waarde niet gekoppeld was aan goud maar aan olie, werd zo de basis van de financiële economie van de VS.
Daardoor kon de VS een enorm handelstekort hebben en toch de dollar als wereldmunt handhaven. Elk land, vooral een handelsland als China had dollars nodig om olie te betalen. De VS kon met dollars overal terecht, want dollars waren gewild om olie mee te betalen, ook waren het dollars die de VS bijdrukte op de geldpersen, zonder toegevoegde waarde [in bijv. goud]. Ook deze dollars waren gedekt door olie. Er vond een voortdurende recycling van dollars met en door olie plaats.
De dubbele standaard van de buitenlandse politiek van de VS
“Dit dollar recycling systeem is een reden waarom de Deep State zich gedwongen voelt militaire krachten gereed te houden voor interventie in het Midden-Oosten als de afhankelijkheid van de VS van buitenlands olie in het geding is. Onderbreking van olietoevoer... zal het daarmee opgetuigde financiële systeem onhoudbaar maken waarvan de fiscale en monetaire politiek van de VS afhankelijk is” (p111) Vandaar de invasie in Irak, omdat Saddam Hussein Iraks olie in euro’s wilde verkopen in plaats van in dollars. Daarom moest Saddam verdwijnen. Hetzelfde gold voor Ghaddafi, die de olieverkoop wilde koppelen aan de gouden dinar, als nieuwe Afrikaanse munt. (Zie de bespreking van De Wagt, Deel 4 in nr 151)
“De humanitaire reden voor het afzetten van Ghaddafi ziet er verschrikkelijke zwak uit... Landen met de meest vreselijke rapporten inzake mensenrechten konden ermee door.” In Quatar heerst nog een vorm van slavernij en dwangarbeid, waardoor vele arbeiders het leven lieten bij de bouw van een stadion voor het wereldkampioenschap voetbal. “Saoedi-Arabië onthoofdt mensen... voor overspel en tovenarij”. En is een bondgenoot van de VS die geen enkele sanctie krijgt voor het steunen en financieren van terroristen. “Ze kregen escortes van de FBI,” onder hen familie van Bin Laden. “Een reden waarom het rapport van de Commissie 9/11 leest als een ‘cover-up’... 28 bladzijden over de Saoedi relaties met Al Qaida werden verwijderd.” (p112)
Saoedi-Arabië investeert zijn oliedollars in vele miljarden aan wapens uit de VS en andere investeringen en “doet het de hele mondiale geldmachine functioneren” samen met met andere feodale tirannen. Het maakt het de VS afhankelijk van deze landen voor zijn financiële systeem. (p113,114)
In het algemeen geldt: “Oorlog is goed voor business’... Oorlog verschaft veeleer meer kapitaal dan kapitaal te vernietigen, vooral aan degenen in de top van de inkomenspiramideBbijv. Bij Bijv. bij vicepresident Dick Cheney, voormaligdirecteur van wapenproducent Halliburton.bSancties zijn een ander wapen. Het nadeel is dat deze ten koste gaan van de burgerbevolking. Een voorbeeld: volgens voormalig minister van BZ Madeleine Albright was de prijs van een half miljoen Irakese kinderlevens het waard om de sancties door te voeren. Sancties blijken echter weinig effectief, zoals vroeger en nu tegen Noord-Korea, Cuba en Rusland.